GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De verflauwing der grenzen - pagina 51

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De verflauwing der grenzen - pagina 51

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit op 20 october 1892

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

49 dat van het Schriftgezag kan zich niet herhalen; eenvoudig,

als

ondergaan van het geloof aan de Schrift, dat zoo eeuwenlang stand hield, vooruit reeds aan elk nieuw opko-

wijl

het

mend gezag heb In

ik

Van

het geloof zou ontnemen'' i8o).

voor jaren reeds, toen

ik het las,

de Schrift staat een ceder voor u van geestelijke

eeuwen lang

achttien

zijn

wortelen uitschoot

van ons menschelijk bewustzijn, en

in zijn

in

Houw

groen aan

zijn

autoriteit, die

schaduw

het religieus

is

geklommen

nu dien ceder om, en nog een wijle

omgehouwen stam

woord

den levensbodem

en zedelijk leven der menschheid zoo onnoemelijk in waardij.

dat

de diepe waarheid gevoeld.

nabotten,

maar

zal het

wie, wie geeft

ons straks een anderen ceder, wie aan de kinderen onzes volks

een schaduw aan den niet als resultaat

ik,

terug?

zijne gelijk

Dit, dit is het,

waarom

van geleerdheid, maar met de naïeveteit

van het kindeke, weer

in stil geloof,

voor die Schrift ben neer-

gebogen, voor die Schrift geijverd heb, en nu jubel

God

en

Ge

weet, ik ben niet conservatief,

servatisme

:

in

mijn

dank, als ik het geloof in die Schrift weer zie wassen.

ziel

Ik tracht het

maar

dit ja is

nu mijn con-

looverdak van dien ceder voor ons volk

te redden, dat het straks niet

schaduwloos nederzitte

in

de dorre,

de verzengende woestenij. Zóóals mijn Heiland aan Mozes en de Profeten geloofde, zoo en de Schrift te gelooven.

den

Christus

van

mysterie zelf aan,

loochenende

De

niet

anders wensch ook ik aan

Want immers

dwaling

beschuldigt,

waarop heel

van het

in

zake de Schrift

randt

hiermee het

gegrond staat, maar ooVonze God i8i).

Christus' kerk

dat Hij zijn zou onze Heere,

strekking

wie

stelsel,

dat

ik bepleit, doorziet

ge

den grondslag der Palingejiesie^ en een eigen levensbescliotiwing, dank zij het licht, dat de Heilige Geest op den kandelaar der Schriftuur ontsteekt. Allerminst dus een dus.

Een eigen

lev ens kring o-^

groep van vrome mystieken, maar een eigen beginsel ook voor onze hoogere kennis; uit dit beginsel een eigen overtuiging afgeleid en van die overtuiging de toepassing gezocht op al het rijke volle leven. Vandaar dat we niet kunnen stillijdelijke

;

zitten,

maar onze overtuiging ook

bij

onze kinderen en kinds4

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's

De verflauwing der grenzen - pagina 51

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's