In de schaduwe des doods - pagina 162
meditatien voor de krankenkamer en bij het sterfbed
154
Wie niet weet en belijdt: „Ik ben van mijn God gegrepen, wijl verkoren en, wanneer ik ook sterf, nu of over tien jaar, de gouden harp en de palmtak wacht mij !" telt eigenlijk onder de trawanten des Hoeren en zijn heilige keurbende nog niet mee. Satan, die is er altoos op uit, om u als een riet heen en weer te bewegen; maar Christus' kerk moet u vastigheid aanbrengen. Zoo verstond een Paulus, zoo verstonden onze vaderen het, en daarom waren ze zoo volleerd in de heilige kunst der religie, die niet anders is dan de kunst van het geloof. ;
Het sterven mij gewin. Niet
misschien;
mogelijkerwijze;
zoo de Heere mij alsnog genade
verleent.
Neen maar stellig; als iets dat muurvast staat en vanzelf spreekt. Niet alleen verliest hij niet met te sterven, maar hij wint er door. Zijn lot en toestand zal er door verbeteren. En dat hij desniettemin bereid is te blijven leven, is alleen omdat het nooit de vraag mag zijn, of hij wint, maar hoe er de meeste winste zal zijn voor Christus' naam. Het sterven mij gewin. Wil dat zeggen, dat Paulus zich het sterven als zoo gemakkelijk voorstelde, en geen kennisse had aan de bitterheid van den dood? Maar we herinnerden er u immers reeds aan, hoe hij geen ander sterven dan op het schavot, door het geweld van menschenhanden, tegemoet zag en wat den dood betreft, wie anders dan Paulus noemde hem: den laatsten vijand? Neen, de man die jubelde: „Het sterven is mij gewin", was volstrekt geen sentimenteel persoon, die er prijs op stelde, dat men ook van hem na zijn dood aan de vrienden berichten zou, dat Paulus, o, zoo zacht en kalm ontslapen was. Beter dan iemand wist deze wondere man van Tarsen, dat zelfs na het sterven nog de toestand van beroofdheid volgt; dat we dan, ;
hij het uitdrukt, „ontkleed" zullen zijn; ons lichaam en onze levenswereld zullen missen; en dat dit duren moet tot tijd en wijle de voleinding der eeuwen ingaat, en Christus weerkomt, en Hij ons weer op doet staan in ons verheerlijkt lichaam, om eerst daarna in het rijk der heerlijkheid met Hem als koningen te heerschen
gelijk
eeuwiglij k. Illusie
kende deze geloofsheld
Klaar en nuchteren zag
niet.
wat er hij het sterven, in het sterven en na het sterven met hem gebeuren zou. En toch bleef hij roemen: „Mij is het sterven gewin", omdat zijn leven op aarde zoo vol strijd en bangheid was; omdat het verdriet en de ergernis zoo telkens zijn hart overstelpte en bovenal omdat hij
in,
;
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893
Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893
Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's