De gemeente gratie - pagina 12
Tweede deel. Het leerstellige gedeelte.
DOEL VAN HET LEERSTELLIG ONDERZOEK.
8
dan
ge
stuit
varen
liet,
niet.
Maar wat beduidt
kamp
overgingt in het
dit
uw
anders dan dat ge
belijdenis
der Modernen, en aldus den maatstaf
der wereld voor den maatstaf aanneemt? Of ook kunt ge, voor de diepte
der dingen het oog sluitend, half onnadenkend in de oppervlakte voort-
en zeggen, dat ge
drijven,
om
deze tegenstrijdigheden u niet bekommert,
en er niet door gehinderd wordt. Maar wat beduidt dit anders dan dat ge insliept en de oogen sloot, en door niet waarlijk te leven aan de raadselen des levens ontkwaamt? Zegt ge daarentegen: Ik ze
ja
niet voelt,
belijdenis vast, de tegenstelling tusschen
houd aan mijn bestaat,
de zonde
is
genade en natuur
een macht in het leven, en voor den
ons menschelijk leven geboren,
sluit ik
de oogen
niet,
strijd, hieruit in
maar
sta ik
met een
opmerkend, onderzoekend en vragend oog, en zoek naar oplossing van het dan kan het niet anders, of op elk der zich op mij werpend mysterie,
—
besproken punten moet ook
gij
persoonlijk die hinderlijke tegenstrijdigheid
ontwaard hebben.
we gaan nog verder. Toen de Modernen ook hier te lande een tijddat ze door hun uitwisschen van de grenslijn zich aan waanden, lang deze raadselen ontworsteld hadden, droomden ze weinig anders dan een Ja,
schoonen droom, waaruit ze maar ontwaakten. Al hadden
zij
al
te
spoedig bitterlijk teleurgesteld
toch de tegenstelling tusschen natuur en ge-
nade prijsgegeven, nochtans hielden ook zij nog vast aan de tegenstelling tusschen het heilige en onheilige, tusschen hetgeen edel en onedel is. En zie,
ook
in dien
verzwakten vorm plaatste die herleefde tegenstelling toch
ook hen aanstonds weer voor gelijksoortige raadselen, die
hun eigen
in
kring tot zeer uiteenloopende oplossingen hebben geleid, en nog steeds
voortgaan de geesten onder hen te verdeelen. Dit nu bewerkt de zonde.
Die vreeslijke macht, waartegen ook voeren.
Maar
juist die strijd is niet
zij
het hun eere achten strijd te
denkbaar, of telkens en telkens weer
schijnen de
rangen en de slagorden van wie vriend en vijand
gemengd
worden. Eerst ging
te
al
hun
strijd
zoover dat ze inzien, hoe hun vijand elders
om
tegen ons.
is te
wat door hen
in
is
dooreen-
zijn ze
reeds
zoeken, en hoe ze veeleer
dien vijand overhoop te werpen, terug hebben te
wij hielden, en
Nu
ons bestreden werd.
komen op
veel
wat
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902
Abraham Kuyper Collection | 692 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902
Abraham Kuyper Collection | 692 Pagina's