Zions roem en sterkte - pagina 222

;

ARTIKEL XXIX.

214

geen van beide nauwlijks gelijkt aan hetgeen wij van den Heere zelf ontvangen hebben. Inzonderheid verkeert de Mis het Avondmaal des Heeren in eene offerande, die daarmede niet bestaan kan, ja eene afgoderij is, die alle andere te boven gaat gelijk onze Catechismus het op de LXXXe vraag duidelijk genoeg dat

verklaart. 4. Zij grondt zich meer op de menschen dan op Christus, alzoo openbaar is, dat zij gestadig roemt op pausen en karnidalen, en menigte der menschen, die met haar van één gevoelen zijn; dat zij haar gedrag regelt naar de overleveringen der menschen, de lessen der oudvaders, de regelen en besluiten der concilien,

goede woord van God den mensch onthouden of niet dan na bede en bij vergunning toegelaten wordt om te lezen. 5. Zij vervolgt degenen die heilig leven naar den woorde Gods, en die haar bestraffen over hare gebreken, gierigheid en afgoderijen doch dit is te klaar voor geheel de wereld, dan dat het nader betoog behoeft.

terwijl het

;

Wat besluit gij dan uit al het betoogde ? Wij besluiten dan vrijmoedig met de woorden onzer Belijdenis Deze twee kerken, te weten, de Gereformeerde en Roomsche, zijn lichtelijk te kennen, en van elkander te onderscheiden, dewijl zij beide hare eigene kenmerken aan het voorhoofd dragen. Vraag. Wat staat ons uit dit verhandelde te leeren ? Antw. 1. Wij mogen ons verheugen over den glans en luister, die door 's Heeren genade, op de Hervormde Kerk nog ligt, Hoogl. 6:10. Wie is zij die daar uitziet als de dageraad schoon gelijk de maan, Vraag.

Antw. :

;

zuiver als de zon, schrikkelijk als slagorden met banieren ? 2. Wij moeten aan de andere zijde ons over onze eigene, en der Kerk, gebreken dikwijls met schaamte voor God verootmoedigen, dewijl wij in veel opzichten zoo weinig beantwoorden aan onze voorrechten zoo zeer gelijkvormig zijn in onkunde, zeden, en zondige gebruiken, aan hen, uit wier midden wij uitgegaan zijn, Jerem. 2 Daarom zal Ik nog met ulieden twisten, spreekt de Heere; 9, 10. ja met uwe kindskinderen zal Ik twisten. Want gaat over in de eilanden der Chittiten, en ziet toe, en zendt naar Kedar, en merkt er wel op, en ziet of desgelijks geschied zij. ;

:

3. Wij moeten niet ijdel betrouwen op onze gemeenschap met de ware Kerk, Jerem. 7:4. En vertrouwt niet op valsche woorden, zeggende Des Heeren tempel, des Heeren tempel, des Heeren tempel, zijn deze. De meeste van hen, die in den schoot der Kerk zijn, zijn Gereformeerd, op zijn paapsch, dat is, door opvoeding en gewoonte. Zij hooren de Schrift, en zeggen dat die Gods woord is, doch zonder verstand van de leer der Schrift zij zoeken de zaligheid, doch in hunne werken, die ze uiterlijk in den godsdienst, hoewel zonder geloof, zonder den Geest, betrachten zij meenen dat zij rijk, en zeer verrijkt zijn, ja geens dings gebrek hebben, zonder te weten dat zij 17 ellendig en jammerlijk en arm en blind en naakt zijn, Openb. 3 :

;

;

:

Vraag. Wat al meer ? Antw. 4. Wij moeten niet voldaan wezen dat wij in den schoot der Kerk zijn opgenomen, tenzij dat wij op goede gronden besluiten kunnen, dat de rechte kenmerken van Christus' discipelen .

•

.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen