„Officieele Berichten uit de Ned. geref. Kerken.

De inzending van officiëele berichten neemt derwijs toe, dat er mi reeds bijna ^ kolom was aangeboden. Deze voorraad is niet te bergen. Plaatsgebrek dwingt ons zelfs én Feuilleton, én Buitenland, én Kerkelijk Ambt XIII, én Zending ditmaal geheel weg te laten. Mogen we daarom beleefdelijk verzoeken, dat men zijn berichten zoo kort mogelijk stelle, en vooral de korte berichten omtrent beroepingen enz. niet weglate'^

RED.

De aangekondigde samenspreking van de Deputaten van het Synodaal Convent met eenige broeders uit de Christelijke Gereformeerde Kerk heeft op 17 en 18 Nov. jl. te Kampen plaats gehad. De zittingen werden door den heer Docent S. van Velzen als Voorzitter geopend, terwijl als secretaris fungeerden dé HH. Dr. Bavinck en Dr. VandenBergh. Ook de heer Ds. Bavinck, predikant te Kampen, nam aan deze samenspreking deel. De zittingen zijn gedurende twee achtereenvolgende dagen, telkens driemaal gehouden, des morgens, dés middags en des avonds. Onder de gemeenschappelijke, door alle beleden overtuiging, dat inwoners in eenzelfde stad of dorp, die eenzelfde taal spreken, één in belijdenis zijn en eenzelfde kerkenordening erkennen, van Godswege gehouden zijn, om ook kerkelijk saam te leven, wierd uitsluitend de wederzijdsche verhouding besproken. Besprekingen, die tot genoegzame helderheid van inzicht in de wederzijdsche verhoudingen leidden, om nu reeds door de vijftien aanwezigen eene Commissie van zes personen te doen aanwijzen, die uitgenoodigd wierden, het resultaat der besprekingen kortelijk op zulk eene. wijze te formuleeren, dat deze formuleerihg tevens dienst zou kunnen doen als agendum voor eene meer publieke vergadering, waartoe in den aanvang des volgenden jaars het initiatief zal worden genomen. Overmits echter de deputaten hierop niet gelast zijn, kunnen ook zij hiertoe niets anders dan als particuliere personen medewerken. In deze Commissie wierden benoemd de HH. Dr. Bavinck, Dr. v. d. Bergh, Dr. Kuyper, Doe. Noordtzij, Dr. Rutgers en Doc_ Van Velzen.

Namens de saamgekomenen,

DR. BAVINCK.

DR. V. D. BERGH. Secretarissen.

Kampen, 19 November 1887.

Ook in de kerk van Amstelveen kwam de Reformatie tot stand Lang was er geaarzeld, daar nog steeds de hoop werd gekoesterd, dat de kerkeraad het initiatief zou nemen om de eere des Heeren in zijne kerk te handhaven tegenover opgelegde en Christus naar de kroon stekende besturen.^ Doch de predikaat en de meerderheid der kerkeraadsleden deinsde al meer en meer. Sommigen dezer laatsten legden hun ambt neder, maar de overblijvenden werden tegenover de standhoudende minderheid instrumenten der hiërarchie om elke gedachte zelfs aan losmaking van zondige banden reeds te tuchtigen met bullen van afzetting en uitwerping. Toen werd langer aarzelen ongeoorloofd. De overgebleven ambtsdragers riepen de geloovigen samen, die den kerkeraad aanvulden. De nieuwe leden werden op 13 dezer n bevestigd door den consulent Ds. B. van Schelven van Amsterdam, waarna de kerkeraad overging tot afsnijding van de synodale hiërarchie voor de kerk van Amstelveen. Als adres voor de stukken, voor den kerkeraad bestemd wordt opgegeven de, scriba van dien raad Br. A. van Leeuwen, Frederikstraat bij den Overtoom (Nieuwer-Amstel).

B. VAN SCHELVEN.

Aan de Kerkeraden der 'Nederduitsche

Gereformeerde Kerken (doleerende).

Op het Synodaal Convent werd de vraag gesteld, of de voorlezing van eene predicatie niet zoo zij m te richten, dat eenige deputaten in last krijgen de vacante kerken te voorzien van eene goede volgreeks degelijke en wèl gefundeerde predicatiën ? '

Zij werd aldus beantwoord: Kan ook deze hulpverstrekking (nl. door oefenaars) vooralsnog slechts onvoldoende zijn, dan wordt de oevlucht genomen tot het lezen eener predicatie. Om voor degelijke predicatiën te zorgen, wijze het Convent een drietal deputaten aan, die eene geregelde volgreeks verschaffen. Als die deputaten werden aangewezen de B.B. s. B. van Schelven, Ds. N. A. de Gaay Fortan en W. Kühler AVz.

Ter volvoering van hun mandaat wenden ndergeteekenden zich tot alle Nederduitsche ereformeerde kerkeraden, ook der op dezen ogenblik niet vacante kerken, daar het hier eldt een gemeenschappelijk belang, dat om eunen door alle kerken vroeger of later zal orden gevoeld. Aan predicatiën ontbreekt het door^Gods enade niet van gezalfde mannen, die de oneranderlijke waarheid Gods op uitstekende ijze voor het oor van Gods volk hebben verolkt.

Daarvoor ware ons nader overleg met de erken met noodig. Maar of het voornemen zal kunnen worden olvoerd, hangt voor een zeer groot deel, zoo iet bijna geheel, af daarvan, of de behoefte an zulke volgreeks van predicatiën dringend evoeld wordt. Alleen in dat laatste geval zal er drang zijn m ook geldelij't saam te werken tot uitvoeing van zulk een plan. Dit plan zou dan zijn om aan eiken kerkeaad elke week te bezorgen twee predicatiën, éne over eene zoogenaamde vrije stof en ééne ver de aan de orde zijnde Catechismus-afeeling.

Het bedrag der kosten is nu nog m«eielijk e bepalen; eerst wanneer het getal deelnemenen bekend is, kan met voldoenden grondeene berekening gemaakt; hoe grooter het getal is, hoe kleiner de som wordt, door elke kerk bij te dragen.

Vandaar, 4at wij met de vraag ons wenden tot alle kerkeraden van Nederduitsche Gereformeerde kerken : Meldt ons of de behoefte aan zulke volgreeks van predicatiën door u wordt erkend en of gij bereid zijt in de gemeenschappelijke kosten voor uw deel bij te dragen.

Ten einde alle teleurstelling te voorkomen, nemen wij ons voor om, eer wij tot uitvoering overgaan, mededeeling te doen van het juiste cijfer van wat door elke kerk zal moeten worden opgebracht voor dit doel.

Gaarne ontvangen wij uw antwoord zoo spoedig mogelijk, liefst binnen de veertien dagen, volgende op de dagteekening dezer circulaire. De Deputaten van het Synodaal Convent:

B. VAN SCHELVEN.

N. A. DE GAAY FORTMAN.

W. KÜHLER WZN.

Amsterdam, 19 Nov. 1887.

Als aanvulling van de door den kerkeraad van Amstelveen gezonden circulaire wordt aan de kerken in de classis van Amsterdam nog meegedeeld dat het adres van den ouderling, Br. A. van Leeuwen is: Frederiksstraat i bij den Overtoom.

B. VAN SCHELVEN.

Consulent,

Sprang, den 23 Novt 1887.

Aan den synodalen Kerkeraad der Ned. Herv. Gem. te Sprang.

In antwoord op Uwe missive van 17 dezer hebben de ondergeteekenden de eer U het volgende te antwoorden:1. Dat hun niets bekend is van het ontstaan eener nieuwe gemeenschap in onze kerk van Sprang.

2. Dat wel in deze kerk de belijders der waarheid, zich gedrongen hebben gevoeld op te komen tegen den smaad, op den heiligen naam van Koning'; Jezus geworpen; en dat zij in de plaats van den, na herhaalde waarschuwing, nog steeds ontrouwen kerkeraad, een anderen hebben gekozen en de ondergeteekenden het voorrecht genoten, * daartoe benoemd te zijn.

3. Dat deze kerkeraad voor de geheele kerk van Sprang het synodale juk heeft afgeworpen. 4. Dat fej den Heere smeekt de oogen der dwalende broederen te openen, opdat ook gij het zondige en voor de gemeente verderfelijke van uw heulen met de vijanden van Koniiig Jezus moogt leeren inzien en in de mogendheid des Heeren Uwe zondige wegen verlaten. De kerkeraad der Ned. Gereformeerde kerk (doleerende)

A. Vos Az.

K. VERHOEFF.

G. KuijPERS.

J. W. DE ROON.

P.S. Bovenstaand is als antwoord aan den synodalen kerkeraad van Sprang gegeven.

De classicale vergadering der, classis Harderwijk werd op Woensdag 2 Nov. te Nijkerk gehouden. Voorzitter Ds. W. van den Bergh, scriba ouderling G. van Aller van Nijkerk. Het onderzoek naar; den staat der verschillende kerken werd ingesteld. Het huisbezoek bij alle leden der gemeente, en de armenverzorging ook bij hen, die niet zich aanmelden, bijzonder de stille armen, liet in de meeste kerken nog te wenschen over. Opgemerkt werd, dat de leden der gemeente ook in oefening van tucht op elkander en persoonlijke barmhartigheid het ambt der geloovigen door de genade des Heeren hebben te oefenen, en de taak des kerkeraads te verlichten.

Te Voorthuizen waren in. antwoord op een herderlijken vermaanbrief aan hen, die den kerkeraadj niet erkenden, en in de openbare school Zondags samen kwamen, eenige bedenkingen door een hunner ingebracht. Dit had geleid tot een tweetal samenkomsten tusschen eene commissie uit den kerkeraad, en het bedoelde lid der gemeente; een negental punten waren behandeld, en een verslag dezer samenkomsten was opgemaakt. Het beroep, door den kerkeraad te Nunspeet op Br. de Gooijerj uitgebracht, werd goedgekeurd; betreffende het .examen volgens art. 8. zouden o. a. inlichtingen bij de Deputati Synodi ingewonnen worden. De verdere behandeling dezer zaak werd aan de kerkeraden van Voorthuizen en Kootwijk opgedragen, terwijl de kerkeraden van Nijkerk en Barneveld de noodige stappen zouden doen op een verzoek tot aanstelling van een persoon te Putten als oefenaar in de classis.

De vacatuurdienst werd geregeld, en door den penningmeester der cassicale kas, den heer W. de Vroom te Harderwijk, werd'rekening en verantwoording gedaan. Op zijn verzoek werd besloten in De Heraut mede te deelen, wat uit verschillende kerken was ingekomen. Onder dankzegging werd hieraan voldaan. Ontvangen was: uit Sneek ƒ10, Zuidland ƒ 8, Velp ƒ 28.87, Steenwijk ƒ n.i8, Harderwijk/13 65I/2, Gouda ƒ 25, ZwoUe / 15, Voorthuizen ƒ 17.04, Maassluis ƒ 29, Meppel ƒ i8.8o, _ Bussum ƒ8.21. Aalten / 22.02, op de classicale vergadering nog ƒ 14 uit Oudewater en ƒ 17.30 uit Waarder ingekomen.

Intusschen was omtrent één uur de korte redikatie, in art 41 der kerkenorde voorgechreven, door Ds. Houtzagers gehouden, aarna aan de afgevaardigden der kerken geegenheid gegeven werd, hun oordeel daarover it te spreken. In de vergadering der classis, daarna geouden, toegankelijk ook voor gemeenteleden, erden door de kerkeraadsleden behandeld: . Op welke wijze te oordeelen over de aantelhng der godsdienstonderwijzers? 2. Hoe te andelen bij de verkiezing van kerkeraadseden ? 3. Wanneer en hoe getuigen aan de uders bij den Heil. doop te vragen ? De toestand van enkele kerken, nog niet oor een kerkeraad der classis vertegenwoorigd, werd besproken. Eenige agenten hadden chriftelijk of mondeling bericht medegedeeld n voor de aanstaande classicale conferentiën erd Elburg opnieuw aangewezen. 's Avonds trad Br. De Gooijer uit Veenendaal oor de aanwezige afgevaardigden der classis n de gemeente van Nijkerk op.

W. VAN DEN BERGH, Praeses.

G. VAN ALLER, Scriba.

GOUDA, 17 Nov. Heden werd alhier de ergadering gehouden van de gecombineerde lasses Leiden, Den Haag en Gouda. Verteenwoordigd waren de kerken van Oudewater, arlanderveen, Leiderdorp, Oude-en Niéuweetering, Den Haag, Reeuwijk, Leimuidsn, elft, Zevenhoven, Bodegraven, Zwammerdam, oosduinen, Waarder, Nieuwveen, Haastrecht, udshoorn, Gouda en Ter Aar. Van Rijnsaw terwoude waren de afgevaardigden verhinderd te komen.

Door Ds. Winckel werd de vergadering na het zingen van Ps. 105: i geopend met gebed en het lezen van Psalm 79. Nadat de notulen van de vorige vergadering waren voorgelezen en goedgekeurd, werden gekozen tot praeses Ds. Reuijl, tot assessor Br. W. van Geest en tot scriba Ds. Vlug.

Opnieuw werd voor drie maanden de bediening des Woords en der Sacramenten in de vacante kerken geregeld. Door Ds. Winckel werd namens de vijf deputaten, die op de vorige vergadering waren aangewezen om een onderzoek in te stellen naar den toestand der gemeenten van wijlen Ds. Ledeboer en van andere Gereformeerde gemeenten in de classes, rapport uitgebracht omtrent den uitslag van dit onderzoek, voorzoover dit reeds had plaats gehad. Aan dezelfde deputaten werd opgedragen dit onderzoek en, voorzooveel noodig mocht zijn, de onderhandeling daaruit voortvloeiende voort te zetten.

Vervolgens werden door eenige kerkeraden een drietal broeders voorgedragen, om na onderzoek va, nwege de classes als oefenaar in de classes te worden toegelaten. De broeders Van Schouwenburg, Vlug en Winckel worden gedeputeerd om dit onderzoek in te stellen. Naar aanleiding van een bij de vergadering ingekomen schrijven uit Leimuiden omtrent eene aldaar gehouden verkiezing van Diakenen werd besloten, dat deze kerk door de visitatoren zal worden bezocht, opdat zij nader van deze zaak mogen kennis nemen. Op voorstel van de kerk van Waarder werd besloten dat de dienaars er toe arbeiden zullen, dat niet de moeder, maar de vader het kind ten Doop presenteere; alsmede, dat in de derde vraag van het formulier voor den Doop onveranderd «waarvan hij vader of getuige is" zal gelezen worden. Op de vraag der kerk van Oudshoorn: »Hoe te handelen met broeders uit naburige, nog niet ontkomen kerken, die zich bij een doleerende kerk wenschen aan te sluiten? " werd geantwoord, dat zulke broeders wel tot het gebruik der Sacramenten kunnen worden toegelaten, maar lidmaten blijven' van hun eigen plaatselijke kerk.

Naar aanleiding van eene, door de kerk van Zevenhoven op het agendum gebrachte vraag werd nog gehandeld over de gedragslijn, die de kerkeraad heeft te volgen ten opzichte van zulke leden, die weigeren den kerkeraad te erkennen. Daar over sommige punten nog al zeer lang was gediscussieerd, moest een groot deel van het agendum worden verschoven naar een volgende vergadering. Bepaald werd nog, dat de volgende vergadering zal worden saamgeroepen over drie maanden in Den Haag, en dat de oproeping zal uitgaan van de kerk te Zevenhoven. Daarna ging de scriba voor in gebed en hiermede werd de vergadering besloten. < '

G. VAN ALLER,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen