GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Levend onderzoek aan de Vrije Universiteit - pagina 27

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Levend onderzoek aan de Vrije Universiteit - pagina 27

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

HERINNERINGEN

prepareerbakjes, waar de formaline even uitgegoten was; aardappelschalen van het practicum plantensystematiek. Met bunsenbranders werd alles in grote erlenmeyers gekookt. Ondertussen was een andere groep bezig met het versieren van het gebouw en het inrichten van de kleine practicumzaal en de collegezaal als feestruimte. 's Avonds waren er enkele sketches en was er een gezellig samenzijn. Er werd niet gedanst. 28

Dit feest heeft richting gegeven aan alle volgende vieringen in de faculteit. Een eenvoudige formule: eten koken voor een groot aantal mensen, attracties opbouwen met laboratoriummateriaal en dat alles door zoveel mogelijk mensen. Proeforganismen Zowel in de plantkunde als in de dierkunde werd, ter wille van de efficiëntie, gewerkt met een zeer beperkt aantal organismen. In de dierkunde waren dat hanen (Hollandse Blauwen) en in de plantkunde de aardappel. Uiterst vernuftige instrumentjes werden door de instrumentmakerij ontwikkeld om uit de aardappelknol nette schijfjes weefsel te steken, die daarna meestal in het Warburgapparaat terecht kwamen om de respiratie te meten. Bij de dierkunde werden de hanen met een radioactief jodiumpreparaat geïnjecteerd; na verloop van tijd werden ze gedood met chloroform en werd de schildklier door een kenner uitgeprepareerd voor nader onderzoek. Het was een verdrietige zaak dat de rest van de dieren, nauwkeurig bijeengeveegd, als radioactief materiaal werd afgevoerd. Je kon ze dus niet opeten. De dierkunde ging overigens al vrij snel over op een ander proefdier, de poelslak. (Die kun je in ieder geval niet eten.) De plantensystematiek gebruikte de wieren als proefobject. De diersystematiek en diergeografie spitste het onderwijs en onderzoek vooral toe op vogels. De experimentele plantenecologie bestudeerde de verspreiding van pollenkorrels en de ecofysiologie van enkele hogere planten. De dierecologie beperkte zich, afgezien van enige uitstapjes op vertebratengebied, tot bodemdieren als spinnen, kevers, mijten en springstaarten. Het verzamelen van proeforganismen was een dankbaar werk. Poelslakken werden op zonnige dagen opgevist in de Eempolder, spinnen w e r d e n - e v e n e e n s op zonnige d a g e n - g e v a n g e n naast een pannenkoekenrestaurant in Hollandse Radingen bij Plantenfysiolo-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Historische Reeks | 168 Pagina's

Levend onderzoek aan de Vrije Universiteit - pagina 27

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Historische Reeks | 168 Pagina's