De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 183
[Deel 1]
POTCH EFSTROOM
te verzamelen, wijst eveneens op weinig enthousiasme. Er was kennelijk weinig bereidheid om de door Casimir en Van Schelven gedeelde doelstelling via Kamp het Potchefstroomse Universiteits Kollege te steunen. Men liet eigen opvatting en status domineren: eredoctoraten diende de v u alleen te geven aan excellente geleerdheid. Pas in 1930, bij het halve-eeuw-bestaan, begreep de v u dat eredoctoraten ook andere functies zouden kunnen vervullen. Van Schelven werd in 1923 met een kluitje in het riet gezonden. Want Kamp was een goed en stimulerend docent, een overtuigd propagandist voor de gereformeerde beginselen, maar geen groot wetenschapper. Dat Van Schelven tegen die achtergrond zich niet haastte, is begrijpelijk. Toen Kamp onverwacht in juli 1924 te Potchefstroom overleed, had hij nog niet gerapporteerd. Maar de v u had een kans gemist. Een derde voorbeeld. Opnieuw een benoemingszaak. En opnieuw ging het om een hoogleraarschap waarvan gereformeerd Nederland intellectuele leiding van verwachtte. Woltjer en Bavinck waren actief geweest in de Vereniging voor Christelijk-Nationaal Schoolonderwijs en in het Gereformeerd Schoolverband. Hun principiƫle bestuurlijke en wijsgerige verdedigingen van het christelijke onderwijs waren alom gewaardeerd. Zij hadden aanzetten gegeven tot een christelijke opvoedkunde. Het had de roep om de ontwikkeling van een christelijke pedagogiek vanuit de onderwijswereld versterkt. Reeds op de jaarvergadering van de Vereniging in 1904 sprak P. J. Kloppers - hoofd van een christelijke school, medeauteur van een in die tijd veel gebruikt pedagogisch leerboek en voorheen enkele jaren amanuensis van de v u - de wens uit dat de v u de wetenschappelijke pedagogiek ter hand zou nemen. 248 Tot de jaren '20 kwam men niet verder dan een jaarlijkse studiedag en een reeks voordrachten. Maar Woltjer en Bavinck waren overleden en men begreep dat er nu meer nodig was. Er moest een leerstoel in de pedagogiek aan de Vrije Universiteit komen. De realisering daarvan werd opgedragen aan een commissie van het Gereformeerd Schoolverband, die begin 1 9 2 6 met een concreet voorstel kwam bij directeuren van de v u . Als gevolg daarvan zonden directeuren een voordracht tot de benoeming van een buitengewoon hoogleraar Paedagogiek, en stelden een tweetal kandidaten voor - in alfabetische volgorde opgegeven - te weten dr. S. O. Los te 's-Gravenhage en dr. J. Waterink te Amsterdam. 249 Gelijk met deze missive van
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Historische Reeks | 455 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Historische Reeks | 455 Pagina's