GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 79

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 79

[Deel 2]

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE K E U S VAN

DE VU

magnificus - voor zijn rekening en was dus onder andere in eerste instantie verantwoordelijk voor de ontwikkelingssamenwerking en contacten met zuidelijk Afrika. Met het aanvaarden van de opdracht tot het schrijven van de brief aan Potchefstroom nam hij het Zuid-Afrikabeleid stevig in handen. Op 22 januari 1974 zond Brinkman vertrouwelijk een concept aan drs. R. C. E. Kapteyn, sinds enige tijd het hoofd van het Bureau Buitenland, prof. dr. J. van den Berg en dr. J. P. Feddema. Men mag aannemen, dat Brinkman dat concept ook besprak met de Potchefstroomse theoloog prof. dr.T. van der Walt, die enige tijd in Nederland verbleef. Op 31 januari 1974 ging de op onderdelen aangepaste brief ter fiattering naar de universiteitsraad. Het was een lange brief, van meer dan vijf kantjes. Allereerst werden de excuses aangeboden voor het lang uitblijven ervan ('oorzaak was het voortgaan van de discussie, ook bij het uitvoeren van het raadsbesluit' van april 1973). Ook werd gewezen op de nieuwe bestuurlijke inrichting van de v u ; niet meer de senaat maar democratisch gekozen Universiteitsraad was nu de hoogste universitaire gezag. Behouden was echter de doelstelling als christelijke instelling. Vervolgens werd het vu-standpunt jegens de apartheid verwoord: Bij alle interne discussie en gebrek aan eenstemmigheid in onze universiteit moet onderzijds met de grootste nadruk worden gesteld dat in dit opzicht de meningen bij ons eensgezind zijn: de apartheid wordt, zowel uit ethische als uit politieke overwegingen, volstrekt afgewezen. Wij achten haar in strijd met de gerechtigheid welke aan alle mensen, ongeacht hun huidskleur of ras, de vrijheid verzekert om te kiezen waar zij willen wonen, welke arbeid ze verrichten, met wie zij in het huwelijk willen treden, op welke scholen zij hun kinderen willen laten gaan, enz. enz.

Voor het standpunt van de v u met betrekking tot Zuid-Afrika werd ook verwezen naar het eredoctoraat verleend aan ds. C. F. Beyers Naudé en de samenhang daarvan 'met de fundamentele motieven die aan het bestaan van onze universiteit als christelijke instelling ... ten grondslag liggen'. Tegen die achtergrond, ging de brief verder, rijst de vraag, of de docentenruil niet betekent dat de v u en haar docenten zich laten inscha-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 79

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's