Elfde Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 31
Prof. F. L. Butgers wijst op den post, die in uitgaaf onder het hoofd Studiefonds geboekt is ten bedrage van/"4405.08^. Dat geld is verkregen voor een goed deel door vrijgevallen hoogleeraarstraktementen, wat een zeer ongewenschte en hoogst onzekere bron van inkomsten is. Aan versterking van liet Studiefonds isdan ook dringend behoefte. Het is niet voldoende, dat er ,een kamer open" is in het Hospitium, de bewoner van zulk een kamer heeft ook levensonderhoud noodig. Prof. De Hartog wijst er op, dat men wel eens aan het Studiefonds denken mag, om te voorkomen, dat er, zooals men op. de Betuwe zegt, een gat in de maan moet geschoten worden;; hij hoopt op krachtige werkzaamheid ten behoeve van het Studiefonds. De heer Van Oversteeg doet opmerken, dat het zeer wenschelijk is, dat men, vóór aan het "Studiefonds te denken, de Vereeniging^ steunt; als het haar goed gaat, profiteert het Studiefonds er vanzelf bij. Door den heer W. N. de Zwaaf uit Den Haag wordt naar het verband tusschen het Studiefonds en de Vereeniging gevraagd, tervsrijl de heer Ter Weeme uit Rotterdam een krachtig woord van opwekking tot het schenken van meerderen steun uitspreekt, en er op wijst, dat er vooral in vele groote steden nog veld ter bearbeiding over is. Ds. B. van Schelven meent, dat het geschil over het Studiefonds gemakkelijk op te lossen is, wanneer men bedenkt, dat dit fonds geboren is uit het bestaan der Universiteit; deze laatste dient dus eerst geholpen. Voorts zou het niet kwaad zijn, indien men voor 't vervolg niet alleen de vergadering in kennis bracht met het financieel verleden, maar haar ook de financieele toekomst eens liet zien; dat zou een krachtige prikkel kunnen zijn tot verdubbeling van ijver. De heer Hovy antwoordt den heer De Zwaaf, dat er wel geen direct verband bestaat tusschen de Vereeniging en het Studiefonds^ maar er is toch wel een verband. De financieele zorgen zijn groot, maar ook in dezen past ons geen klagen, onze verwachting is van de hulpe des Heeren. Op voorstel van Prof. De Hartog wordt besloten een collecte voor het Studiefonds te houden, die ƒ 213.15 opbrengt. (De collecte, bij den Bidstond gehouden, bracht de som van ƒ406 op.) Thans worden de verschillende benoemingen gedaan, en terwijl de commissie voor het opnemen der stemmen haar arbeid verricht, vangt Professor Rutgers zijn rede aan over De practische oefening en opleiding van de studenten in de Godgeleerdheid. Spreker doet opmerken, dat dit punt door heeren Directeuren niet aan de orde gesteld is, om de vergadering een resolutie in
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Jaarboeken | 157 Pagina's