Achttiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 195

dagteekening boven hun eigen naam; en 4°. hun onderteekening boven het woord „correspondent"; b. op de aangebrachte strook papier (de ren versaal) vullen zij in: l**. de dagteekening waarop het lidmaatschap genomen is; 2°. den naam en de woonplaats van het lid; 3°. het bedrag der jaarlijksche contributie; en 4°. hun eigen naam en woonplaats; c. zij laten het nieuwe lid op de renversaal zijn naam teekenen, na hem een exemplaar van de Statuten der Yereeniging, waarmede door die handteekening instemming betuigd wordt, te hebben ter hand gesteld; en d. zij scheuren de renversaal af, waarna zij het groote stuk aan het lid ter hand stellen, en de renversaal onder hun bewaring houden. A R T . 6. Aan belangstellenden, wien echter de som van ƒ 25.— te hoog is, geven zij een „bewijs van aandeel in een lidmaatschap", naar gelang de contribuant ƒ 10.—, f5.—, fB.—, ƒ 1 . — of / 0.50 •) kan toezeggen. Bij de afgifte van zoodanig bewijs handelen zij in gelijken zin als boven in art. 5 ten aanzien yan bewijzen van lidmaatschap ia aangewezen. A R T . 7. Aan de agenten, die zij voor een onderdeel van hun district hebben aangesteld, geven zij een aantal „bewijzen van aandeel in een lidmaatschap" in zoodanige hoeveelheid en van zoodanig bedrag, als hun voorkomt dat door den agent zal te plaatsen zijn. Deze aandeelbewijzen worden vooraf door den correspondent onderteekend. De invulling der aandeelbewijzen en der renversalen geschiedt bij de plaatsing door den agent. De door den aandeelhouder geteekende renversalen worden den correspondent weder ter hand gesteld. A R T . 8. Nadat een aantal „aandeelbewijzen" geplaatst zijn, voegt de correspondent die bij gedeelten bijeen, op zoodanige wijze dat die samengevoegde gedeelten weer lidmaatschappen vormen van f 25.—• of meer. Hij plaatst op die aandeelbewijzen de letter en het nummer van het bewijs van lidmaatschap, en vult op dit laatste stuk den naam in van dengene der aandeelhouders, die hem hiervoor het meest geschikt voorkomt, met inachtneming van art. 5. Voorts plaatst hij op den achterkant van het stuk de namen der contribuanten die mede tot dat lidmaatschap behooren, met het bedrag hunner contribution, opdat het,lid op wiens naam het lidmaatschap nu staat, bij eventueel overlijden, bedanken of vertrek van één der mede-contribuanten, zorg drage dat er een ander voor in de plaats kome, ten einde het lidmaatschap zelf niet door hem verloren worde. En ten slotte bericht hij aan ieder mede-aandeelhouder van zoodanig lidmaatschap: wat daarvan de letter 1) Voor bijdragen hier niet genoemd kunnen de „aandeelbewijzen" worden gewijzigd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen