Jaarboek 1971 en 1972 - pagina 28

minder draagkrachtigen in de rijksstudietoelagen zal opvangen, maar hoe men dat wil bereiken is niet aangegeven en ik moet nog zien, dat men een systeem ontwerpt, waarin dit integraal gebeurt. Onder het bestaande systeem zijn er tal van gevallen die tussen de kade en het schip vallen. En hiermee heb ik dan de verwachting van de redactie van Pharetra, dat ik mij bij deze gelegenheid wel zou uitlaten over studentenstop en collegegeldverhoging niet beschaamd. Veel aandacht hebben de senaat en de afzonderlijke faculteiten gegeven aan het wetsontwerp tot herstructurering van het wetenschappelijk onderwijs, dat, zoals u bekend is, op basis van de voorstellen van de regeringscommissaris Prof. dr. K. Posthumus vlak voor de verkiezingen is ingediend en dat een drastische beperking van de cursusduur beoogt. Blijkens de regeringsverklaring heeft de regering van dit wetsontwerp grote verwachtingen. Zij meent, dat de invoering daarvan enerzijds voor grotere groepen studenten het volgen van een universitaire studie mogelijk zal maken, anderzijds belangrijke besparing van kosten zal opleveren. Algemeen is men in de universitaire wereld overtuigd van de noodzaak de cursusduur te beperken. In tal van studierichtingen is men daarmee los van het wetsontwerp bezig; in verschillende zijn nieuwe curricula reeds ingevoerd. Over de zaak, die men met het wetsontwerp wil dienen bestaat derhalve weinig verschil van mening. Tegen de voorgestelde oplossing bestaan twee grote bezwaren. Het eerste is het opleggen van een uniforme cursusduur van vier jaar voor alle studierichtingen behalve de geneeskunde. Daardoor wordt tekort gedaan aan de verscheidenheid, die de universitaire studie kenmerkt. Het tweede ernstige bezwaar is, dat men de selectieve propaedeuse invoert, terwijl een coördinatie tussen het wetenschappelijk onderwijs en het hoger beroepsonderwijs nog niet tot stand is gebracht. Met andere woorden wanneer men het wetsontwerp zonder meer invoert, laat men veel studenten, die de selectieve propaedeuse niet doorstaan, in de kou staan. Met name ter ondervanging van het laatste bezwaar heeft onze gedelegeerd directeur Ir. C. A. Doets een interessant plan van integratie van wetenschappelijk en hoger beroepsonderwijs ontwikkeld, dat de aantrekkelijkheid heeft, dat het de universiteiten de positie van instituten voor zuiver wetenschappelijke studie teruggeeft. Moge het plan-Doets ook van 26

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen