1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 142

128 fünfzehigen, eocaenen Phenacodus durch Hyracotherium und durch das dreizehige Anchitherium bis zum einzehigen Equus." i) Maar audite alteram partem: Fleischman, eenmaal een aanhanger der descendentie-theorie, gaat de quaestie critisch na en werpt een eigenaardig licht op dien stamboom van Haeckel en de tabel van Marsh: ,Der genealogische Nachweis droht au einer neuen Schwierigkeit zu scheitern. Wir kennen jetzt eine Anzahl alterer Arten, die in ihrer Organisation wesentlich von den heutigen Pferden abweichen, z. B. Hyracotherium, Eohippus, Orohippus, Mesohippus, Anchitherium und eine Gruppe anderer Arten, welche unzweifelhaft wahre Pferde sind, namlich Hypparion, Protohippus, Pliohippus, Hippidium. Das Verbindungsglied beider Grappen soil Merychippus sein, ein Thier, das abgesehen von seinen Backzahnen vorderhand nur durch seinen lateinischen Namen bekannt ist. Obgleich der Name ohne weiteres in die klaffende Lücke der Stammreihe eingerückt werden und Laien über unsere Unkenntnis hinwegtauschen hann, lasst sich doch der thatsachliche Mangel wirklicher Zwischenglieder nicht verschleiern, deren Studium uns vielleicht gestatten würde, die Transmutation der Unpaarhufen aus den Familien der Palaeontherinae und Hyracotherinae an den Skeletten direct abzulesen. In der Pferdegeschichte klafft also an entscheidender Stelle, genau 80, wie zwischen der Fischflosse und der fünffingerigen Hand eines höheren Wirbelthieres eine bis heute nicht ausgefüllte Lücke", 2) Reimarus bevolkt zon, maan en sterren met levende wezens; Marsh en Haeckel rijden op een tand, want van 't «paradepaard", de beroemde Merychippus, zijn niets dan een paar tanden bekend. Reimarus in het geheel minder dan Haeekel, maar beiden komen overeen in 't feit dat ze de werkelijkheid plooien naar hun systeem, en vertellen hoe 't misschien zou kunnen zijn. De echte christelijke natuurwetenschap tracht uitdrukking aan de vraag hoe 't is', want God heeft zich geopenbaard in de Natuur. 1) E. Haeckel, Systematische Phylogenie der Wirbelthiere, 1895, pag. 548, 549 2) A. Fleischmann, Die Descendenztheorie, pag. 77.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen