GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 132

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

118 fremde, nicht assimilirbare Körper möglichst rasch und bequem abzuscheiden." De bestrijding van het teleologisch principe bij Ostwald zoo goed als bij Lewin komt hierop neer, dat elk organisme niet in absoluten zin doelmatig is; dat er omstandigheden voorkomen in de natuur en anders toch kunstmatig zijn te maken, waarbij een bepaald organisme niet meer bestaanbaar is en de physisehe en chemische factoren het leven vernietigen. Een bezwaar dat door velen gedeeld wordt. Zoo b.v. Huizinga wijst op 't feit dat sommige bacteriën het sublimaat zelf opzoeken en doodgaan: „een feit dat (zegt hij) m. i. hier voorloopig geen andere beteekenis heeft dan dat het pleit tegen de teleologische opvatting van deze verschijnselen". Zoolang dus 't organisme niet voor alle mogelijke en onmogelijke stoffen doelmatig georganiseerd is, zoolang blijft de tegenwerping, dat men van dien geest, die alles bestuurt, kan zeggen: ,veel weet ik, maar alwetend ben ik niet". ,Auch darin scheint dieser Geist dem menschlichen zu gleichen, dass er von sich sagen kann: allwissend bin ich nicht, doch ist mir viel bewusst" i). De argumenten van Ostwald, Lewin, Huizinga, hier aangehaald, en van vele anderen treffen het Pantheïsme, maar niet daardoor getroffen wordt de teleologie van het Theisme, dat een wereld aanneemt buiten God, doch door Hem nog bestuurd en onderhouden. ,Ist die Welt ausser Gott und sein Werk, so muss sie dem Wesen und den Eigenschaften nach von ihm unterscheiden seyn. Sie kann also ebensowenig ewig, als unerschaffen, oder ein Gott seyn. Gott selbst kann seine Eigenschaften einem Geschöpfe nicht mittheilen. Sein Verstand ist unendlich : aber werden dadurch die ausser ihm möglichen Dinge, welche sein Verstand sich vorstellt unendlich ? Muss er sie nicht vielmehr, eben darum, weil sie von ihm unterschieden sind, als endlich vorstellen? Sein Wille, oder seine Neigung zum Guten, zur Lust und Glückseligkeit, ist ohne Schranken; aber können dadurch auch die ihrem Wesen nach eingeschrankten Dinge ausser ihm seiner unendlichen VoUkommenheit und Glückseligkeit 1) Ostwald, Vorl. pag. 332.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 132

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's