1968 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 142

106

DE LEVENSSTROOM

wij God kunnen noemen) al dan niet in overeenstemming is met biologische theorieën. Reeds eerder gaven wij aan dat hij - als bioloog - de aansluiting op dit „geloof" tot stand tracht te brengen door vanuit exploratief gedrag van dieren (z.i. met selectiewaarde) te denken in de richting van exploratief gedrag en het verschijnsel van liefde, bij de mens. Wij willen in dit verband geen aandacht geven aan het hoofdstuk over telepathie, omdat hier slechts zijdelings argumentatie wordt gegeven voor het aanwezig zijn van „meer dan materialistische" motieven in de natuur. Sir Alister merkt zelf op dat het gevaar aanwezig is dat critici vooral dit gedeelte onder de loupe nemen: daarom alleen al willen wij ons tot de hoofdlijn van zijn denken trachten te bepalen. Deze hoofdlijn vinden we dan nader uitgewerkt in zijn laatste hoofdstuk: „De plaats van de natuurlijke theologie in het grondplan van de evolutie". Sir Alister stelt hierin dat met name verband moet worden gezocht tussen de psychische zijde van het dier en de religieuze gevoelens van de mens. Naar het oordeel van Sir Alister is er een hechte band tussen een theologie, zoals die Lord Gifford voor ogen stond en de stoffelijke wereld (zie pag. 265 ned. vert.). Nu komen wij met name tot de zaken die ons interesseren. Sir Alister citeert b.v. Lord Morley: „De volgende taak van de wetenschap is het Scheppen van een religie voor de mensheid". Sir Alister vlakt dit ten dele af, door te zeggen dat het z.i. gaat om een „wetenschappelijke behandeling van de religie die een van de belangrijkste, zo niet het belangrijkste onderwerp voor discussie in onze tijd is. Sir Alister constateert een afnemend geloof en is van mening dat „het geloof" weer vaste grond kan Icrijgen door o.a. de geest van het wetenschappelijk onderzoek. Hij verwijst hier reeds naar een tweede boek (onder de titel: „The Divine Flame") dat de schrijver van dit artikel echter nog niet gelezen heeft. Sir Alister behandelt dan op zijn wijze (en hij is m.i. een theïst die zijn Bijbel kent) de eventuele tegenstelling tussen religie en geloof (die gooit hij op één hoop) en de natuurwetenschappelijke benadering. Dit leidt hem tot een nadere evaluatie van wat Lord Gifford bedoeld heeft en hij stelt dan dat z.i. natuurlijke theologie (vlgs Lord Gifford) als een wetenschap behandeld dient te worden en „ik vermoed dat hij speciaal de astronomie en de chemie tot voorbeeld heeft

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen