De Vrije Universiteit na Kuyper - pagina 421

46-29, Toen de kerkelijke strijd A. Kuyper, Pro Rege Kampen 1911, voorwoord gedateerd 's-

Gravenhage, 20 december 1910, p VI en VII

47-35, Achter de populair S U Zuidema, Gemene gratie en Pro Rege bij Dr Abraham Kuyper

In Antirevolutionaire Staatkunde, TM jg 1954, p 1 en 49 ev

48-4, Wetenschap bedrijven A. Kuyper, De Gemeene Gratie m Wetenschap en Kunst Kampen,

2e druk, zj Ingebonden achter deel 3 van De Gemeene Gratie met afzonderlijke nummering en

titelpagina, p 30, 32, 33, 44 en 45

48-16, Deze gedachtengang (en verder de citaten uit werk van Kuyper) A. Kuyper, Pro Rege I

en II Kampen 1911, III Kampen 1912, I p 245, III p 379-381, 387, 430, 431, 433, 434, 438,

443, 447, 466, 467

51-27, Toen sprak hij over God G Puchinger, Abraham Kuyper, de jonge Kuyper (1837-1867)

Franeker 1987, p 77-79

51-33, De historicus moet C Augustijn, Kuypers zelfportret In Hollands Maandblad, december

1987, p 17 'Wie zo als middelaar van God en mensen optreedt, moet wel onbewust en

halftjewust zich met God identificeren'

NOTEN van hoofdstuk 3.

59-2, Kuyper is dood A. Anema, Dr A Kuyper, artikel ondertekend met Zandvoort 13 IX '20

Prof Mr A. Anema In Stemmen des Tijds, jg 10 nr 2, febr 1921, p 113-124 Slechts «en

dele overgenomen in Gedenkboek ter hennnermg van het overlijden van Dr A Kuyper en de

sprake die daarbij uit de Pers voortkwam Amsterdam 1921, p 88-92

61-14, Jan Romein WJ Wiennga, De Vnje Universaeit als bijzondere mstellmg 1880-1980 In

Wetenschap en Rekenschap 1880-1980 Kampen 1980, p 12 Wiennga vatte het boek van

Romein samen en concludeerde dat de VU is opgencht vóór de behandelde kentering Over die

kentering omstreeks 1900 liet hij zich, voorzichtig, verder niet uit Ik meen dat Romein zijn

stelling met bewees en dat de overgang de gehele periode van 1880 tot 1914 duurde

62 17, Getergd door het optreden de bneven over deze kwestie heb ik in het H D C

gedeponeerd, ze waren in het bezit van Mr H Bos

62-30, Mijn geweten H D C, Kuyper-archief Zie ook R H Bremmer, Herman Bavmck en zijn

Tijdgenoten Kampen 1966, p 231

63-1, Omgekeerd nam zie J Voerman, Het conflict Kuyper Heemskerk Utrecht 1954 Zie ook J

de Bruijn en G Puchinger, Briefwisseling Kuyper Idenburg Traneker 1985 Verder te citeren als

Briefwisseling K1

63-28, Drie dagen later J Stellingwerff, Hoe Abraham Kuyjxr zijn eigen beeld betaalde In VU

magazine van oktober 1980

64-19, Van den aanvang G Puchinger, Colijn, momenten uit zijn leven Kampen z j , p 61 en

62

65-4, Vanwege de Imtjeszaak Bnefwisselmg K-I, p 210 Verder geciteerd p 202, 207, 213 en

222, p 207 en 277, p 230-233 en 243

65-30, Kuyper joeg nu velen A. Kuyper, Afgeperst, naar aanleiding van het kamerdebat op 6

december 1911 Kampen 1912, p 8

66-5, En dit gevoegd Bnefwisselmg K-I, p 308

67-39, Prof H H Kuyper zie H Koffijberg, Gij, Calvmisten Amsterdam 1915, p 23

68-19, Een officier toch opgenomen in H Koffijberg, "Opruüng"^ Open brief aan Dr A. Kuyper

n a V de critiek op mijn brochure "Gij Calvinisten" Amsterdam, 9 april 1915, 40 blz

Op 14 maart 1915 schreef Kuyper hierover aan Idenburg, zie Briefwisseling K-I, p 510 'En dan

blijft heel de toestand mijn zenuwen spannen Het ziet er nog zoo donker uit Het is de

Heksenketel die op 't vuur staat, en schier elke week brengt meer zorgen, soms zelfs angsten

Hierbij komt dan nog 't onaangename, dat deze oorlog ook in onze partij met zoo

415

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen