Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 90

de fysische oceanologie en de hydrodynamica

4 De Raad telde 6 leden afkomstig uit het wetenschappelijk personeel (de heren Breimer Burke De Vries

Vugts Westra en Wiggers) 2 afkomstig uit het niet wetenschappelijk personeel ( mejuffrouw Baer en de

heer Hamer) 2 studenten geologie (de heren Coolen en De Vente) en 2 studenten fysische geografie (de

heren Bosch en Seibert)

5 Onder druk van het tijdsgewricht waren begin 1969 reeds enkele eerste aanpassingen m democratische

richting gerealiseerd De subfaculteit zou voortaan met meer uitsluitend de hoogleraren maar tevens de

docenten met leeropdracht en twee vertegenwoordigers van de wetenschappelijke staf (1 geologie en 1

fysische geografie) omvatten alsmede twee studenten ( 1 geologie en 1 fysische geografie waarvan 1

student assistent en 1 Nd van de studieraad of het studiecollege) In de herstructureringscommissie van het

Instituut waren naast de hoogleraren (Uytenbogaardt en Wiggers) en het overige wetenschappelijk perso

neel (Burke en De Vries) ook het niet wetenschappelijk personeel (Dekker en t Hoen) en de studenten

Gansen Lokhorst Schellekens en Zimmerman) vertegenwoordigd Aan de basis van deze herstructurerings

commissie stonden afzonderlijke commissies voor de geologie en de fysische geografie

6 Met name Vugts en Westra beiden persoonlijk sterk gemotiveerd voor de democratisering speelden een

vooraanstaande rol in het overleg binnen het wetenschappelijk corps

7 Binnen de aardwetenschappelijk instituten bestond de cultuur dat alles moest wijken voor het veldwerk Het

veldwerkseizoen begon m het algemeen in april/mei en liep door tot rond eind september Voor het voeren

van overleg intern en met derden viel daarmee jaarlijks een aanzienlijke periode uit Die situatie dreigde

contraproductief te worden naarmate de toenemende bestuurlijke complexiteit noodzaakte tot een mm of

meer volcontmu overlegbednjf Heel geleidelijk werd de praktijk aan die realiteit aangepast maar de vim

ders die naarmate de zon hoger kwam te staan de buik van alle betrokken beroerden waren daarmee met

uitgeroeid

8 Bezwaren tegen de voorgestelde Subfaculteit der Aardwetenschappen werden al m een vroeg stadium van

de zijde van de Interfaculteit naar voren gebracht Het is aannemelijk dat daarbij een zekere rancune van

de zijde van de sociale geografie (de verhoudingen tussen Wiggers en zijn sociaal geografische collega

Heslmga waren er m de loop der jaren niet beter op geworden) meespeelde De nieuwe bestuursstructuur

leek mogelijkheden te bieden om de onttrekking van de fysische geografie aan het Geografisch Instituut

althans ten dele te redresseren Overigens verwierp ook de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschap

pen de voorgestelde Subfaculteit der Aardwetenschappen

9 Van de Fliert toonde overigens meer dan de andere hoogleraren binnen het instituut steeds grote sociale

belangstelling voor personeel en studenten Die laatsten ontving hij zelfs van tijd tot tijd bij zich aan huis

een gewoonte die binnen de traditionele kleinschalige kring van de VU niet ongebruikelijk was

10 Een opzet om in dat verband binnen de fysische geografie een afstudeerrichting oceanografie op te zetten

werd al snel losgelaten De fysisch mathematische competenties van studenten m de fysische geografie

waren zo stelde Groen vast ontoereikend voor een dergelijke specialisatie

11 Vanaf de beginfase heeft Wiggers jarenlang deel uitgemaakt van de nieuw ingestelde Universiteitsraad

onder andere als vice voorzitter belast met de contacten met het College van Bestuur

12 De Subfaculteit Fysische Geografie is op dat moment formeel nog m oprichting de officiële instelling

geschiedt pas m november 1972

13 Tekort aan ruimte is evenals overigens tekort aan personeel en aan overige middelen uiteraard een relatief

begrip De ruimte waarover het Instituut voor Aardwetenschappen na de mhuizing aan de De Boelelaan kon

beschikken was in vergelijking met de situatie bij de zustersubfaculteiten m den lande m eerste instantie

betrekkelijk riant Met de snelle groei van de VSF en belendende subfaculteiten ontstond er echter al spoe

dig een al dan niet gepercipieerd ruimteprobleem De standaardoplossing om dergelijke problemen weg

te werken werd geleidelijk aan steeds meer gevonden m het aanpassen van de gehanteerde ruimtenormen

14 Ruim 25 jaar later werd de dakopbouw uiteindelijk alsnog gerealiseerd

15 Daarnaast werden m verband met de omvang van het bijvakonderwijs aan sociaal geografen enkele perso

neelsplaatsen toegewezen door de Interfaculteit der Aardrijkskunde en Prehistorie

6 Enkele cijfers

1970 197S

Aantal studenten Totaal personeel Aantal studenten Totaal personeel

Natuurkunde 270 101 2 280 8 110 8

Scheikunde 431 142 415 2 162

VSF 114 36 179,6 49 8

Biologie 316 121,6 564 135

17 Pas rond de jaarwisseling 1978/79 ontstond de ZWO stichting AWON Daarmee verkregen de aardweten

schappen een meer structurele relatie met de 2' geldstroom organisatie

18 In 1982 omvat de Ie geldstroom formatie 39 8 WP en 31 8 NWP

19 Formeel bedroeg de totale cursusduur 6 jaar Binnen de aardwetenschappen lag de feitelijke studieduur

veelal rond de 7 jaar maar een nog langere studieduur was met uitzonderlijk

20 In de praktijk werd het aantal lager 22 onder andere m verband met toewijzing van protesten tegen

plaatsing aan de VU

21 Voor wat betreft het wetenschappelijk onderzoek ontbrak een dergelijke wettelijke noodzaak

De academische promotie leidde zowel voor geologen als voor fysisch geografen tot het doctoraat m de

Wiskunde en Natuurwetenschappen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen