Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 107
De Vrije Universiteit 1880-2005
catureFabius.^39 Toch getuigen allen dat Anema ook toen nog in de collegezaal tot on
gekende hoogten kon stijgen. Het werd adembenemend mooi, weet De Gaay Fortman
nog, als hij bijvoorbeeld over Goethe begon, en meer algemeen herinnert zich A.M.
Donner, hoe Anema zijn studenten meenam 'naar punten van waaruit ons de grootheid
van de levensvragen, de schoonheid van Gods Woord en de kleinheid en narigheid van
het menselijk bedrijfin soms ruige termen en tegelijk met grote eerbied in de zaak wer
den getoond'.^'*" Anema was grof en egocentrisch, en toch ging van hem een ongewone
aantrekkingskracht uit, zegt I.A. Diepenhorst.^'*' Vatten we alle getuigenissen samen,
dan lijkt Anema's geheim daarin gelegen te hebben, dat hij een scherpe kritische zin
paarde aan een diep gevoelde persoonlijke vroomheid.^'*^ Het laatste woord geven we aan
de student J. Meynen, die het tot presidentcurator zou brengen: 'het gebed waarmee
Anema zaterdag om twaalf uur de collegeweek sloot, dat zal ik mij altijd blijven herinne
ren'.^'*3
Anema's nonchalance was evengoed als Diepenhorsts oppervlakkigheid ingegeven
door de natuurlijke behoefte tot zelfbehoud. De hoogleraren in de rechten waren chro
nisch overbelast. Een vierde man was dringend nodig. Anema hoopte op Victor Rut
gers^'W, maar die stond niet bij Kuyper in de gunst.^'s Een andere gegadigde kwam naar
voren in de persoon van Willem Zevenbergen. Die was in 1913 gepromoveerd, en had
vervolgens vier jaar achtereen een studiebeurs ontvangen om zich wetenschappelijk ver
der te bekwamen.^'^ Geen wonder, dat zijn kandidatuur spoedig in bespreking kwam.
De meningen waren echter zeer verdeeld. Anema en Diepenhorst steunden, Fabius
miste daarentegen 'een sterken drang bij mr. Z evenbergen, om zijn wetenschappelijk
denken te doen beheerschen door de gereformeerde beginselen'.^'*'' De senaat koos met
de kleinste meerderheid de zijde van Fabius, en weigerde positief te adviseren.^'*^ Bij cu
ratoren was het al even krap, drie tegen twee, maar hier ten gunste van Z evenbergen.
Van Schelven was zeer beslist tegen, omdat 'alle positieve waarborgen voor het gerefor
meerd karakter van de wetenschappelijken arbeid van mr. Z evenbergen ontbreken'.^t^
In alle onderwijs moest het Woord Gods op de voorgrond staan. Dat kon hij bij Zeven
bergen niet ontdekken.^'" Directeuren moesten het toen uitmaken. Ze wisten het eigen
lijk ook niet, en besloten de meerderheid van curatoren te volgen.
In zulke gevallen kan de praktijk van het onderwijs nader uitsluitsel geven. Hier was
dat echter nauwelijks het geval, bij gebrek aan helderheid. 'Men vertelt dat prof Z even
bergen vrij onbegrijpelijk college geeft,' heette het al in 1920.^51 Hij was vurig en toege
wijd, aldus de studentenalmanak na zijn vroege overlijden, maar 'helaas doofde zijn en
thousiasme vaak door onze domheid en gebrek aan inzicht', te meer omdat hij 'geneigd
was de studenten wat hoog te taxeeren'.^s^ 'De heren weten uit de filosofie,' placht hij te
zeggen, om dan vervolgens over de hoofden van de heren heen te spreken. Wie Zeven
bergens inauguratie had bijgewoond was er al op voorbereid. 'Leemten in de wet' is een
zuiver filosofisch betoog, alleen voor ingewijden toegankelijk. Maar wat ieder kan con
stateren is dat de auteur geen enkele maal steun zoekt in de gereformeerde wetenschap.
ERVEN OF LENEN 1905 1926 103
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's