GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een handvol filosofen - pagina 71

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een handvol filosofen - pagina 71

Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

7j H. Bavmck: theoloog enfilosoofmet allure 67

In de zomer van 1914 was in Europa een oorlog uitgebroken, waar alle Europese

landen actief of passief bij betrokken waren. Een jaar na het uitbreken van de oorlog

spraken de directeuren van de Vrije Universiteit over de noodzaak dat de inkomens

van de hoogleraren iets achteruit zouden moeten gaan, omdat 'een niet onbelangrijk

aantal studenten onder de wapenen staat en de bijdragen uit de college-gelden dus

minder zijn dan gewoonlijk'.'7' Ook plannen voor de bouw van een nieuw univer-

siteitsgebouw in Amsterdam-Zuid of in Nieuwer-Amstel werden stopgezet, omdat

de achterban van de universiteit in die oorlogstijd de hoge kosten niet kon opbren-

gen.'7^ Dat de oorlog gevolgen had voor de financiële situatie van de universiteit,

was in 1914 niet te voorzien. Het was dan ook niet om die reden, maar vanwege de

nood van de tijd waarin hij leefde, dat Bavinck zich in het najaar van 1914 gedrongen

voelde om verantwoording af te leggen van zijn houding tegenover de uitgebroken

oorlog en oorlogen in het algemeen.

Zoals hij tijdens colleges de vragen van studenten serieus nam, tot de zijne maakte

en geen probleem uit de weg wilde gaan, zo schreef hij over die oorlog: 'De moder-

ne oorlog is geen oorlog van mensen maar van machines, het slagveld is een abattoir

geworden'."^7 Hij zag in die oorlog niet veel anders dan een strijd om macht en be-

langen, waarin elke strijdende partij God voor haar eigen doelen annexeerde. Het

verbaasde hem niet dat velen zich overgaven aan pessimisme of fatalisme en wan-

hoopten aan het christelijk geloof en de boodschap van de kerk van liefde en vrede.

Ondanks alle ellende koos hij niet voor een pacifistische houding, maar verdedigde

hij de mogelijkheid van een rechtvaardige oorlog. Hij sprak over vredessituaties die

een valse vrede konden betekenen, indien zij onrecht, onderdrukking en leugen in

stand hielden. Hij verdedigde dat burgers en volken het recht hadden om hun leven

en eigendommen te verdedigen. Het voeren van een oorlog moest dan ook de stren-

ge toets van recht en rechtvaardigheid kunnen doorstaan. 'Want waarheid en recht-

vaardigheid zijn voor een mens, voor een volk en voor heel de mensheid meer waard

dan het leven, dan vrede en welvaart en rust'.'^*

Bavinck betoogde verder dat iedereen kon weten dat er veel haat, bedrog en vij-

andschap in de wereld bestond. Reden voor een naïef optimisme was er niet. Zo-

als de mens ziekten niet kon uitbannen, maar er toch tegen bleef strijden, zo moest

volgens hem ook de oorlog worden bestreden. Met ernst en nuchterheid schreef hij

aan het eind van zijn beschouwing, dat oorlogen er naar het woord van Jezus zul-

len blijven tot het einde der wereld, maar dat Jezus' woord geen bevel inhield. Het

was een profetie die de mensen kon behoeden voor misrekening en ongefundeerd

optimisme.

Ondanks zijn nuchterheid leed Bavinck aan de barbarij van het oorlogvoerend

Europa. Het natuurwetenschappelijk denken dat zijn toepassing had gekregen in de

oorlogsmachinerie verbijsterde hem. Vaak had hij erop gewezen dat veel verworven

zekerheden die de wetenschap leek te bieden slechts vermeende zekerheden waren.

De oorlog had de mens in een andere wereld gebracht en zijn persoonlijkheid op

175 Archief college van directeuren, Notw/en, 30 maart 1915

176 Zie Gedenkboek Vnje Universiteit 1930, p 26 De noordkant van de gemeente Nieuwer-Amstel grensde

destijds aan de gemeente Amsterdam ter hoogte van de huidige Ceintuurbaan en Van Baerlestraat In 1921 werd

het noordelijk deel van Nieuwer-Amstel bij Amsterdam gevoegd.

177 Bavinck,'Het probleem van de oorlog', p 26

178 Bavinck,'Het probleem van de oorlog', p 22

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's

Een handvol filosofen - pagina 71

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013

Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's