Revue 1994 - pagina 77

Dat is voor mij de definitie. De maker komt natuurlijk weer wel om de hoek kijken als het gaat om de ontstaansgeschiedenis. Maar wat de bedoeling van de kunstenaar was toen hij het werk maakte, of tot welke stroming het behoort, dat zijn zaken waarvan ik mij afzijdig houd." Geestdriftig praat de directeur over wat hij noemt de 'kwaliteitsfase' van het inmiddels verzelfstandigde Van Gogh Museum, goed voor rond de 850.000 bezoekers per jaar. "Toen ik hier kwam werken, was er één kunsthistoricus in dienst. Nu zijn dat er negen. We willen ons op wetenschappelijk gebied verbeteren." In november komt het eerste jaarboek uit, het 'Van Gogh Museum Journal', een Engelstalig wetenschappelijk boek met publikaties over de museumcollectie. Daarnaast werken drie mensen vijfjaar lang aan de eerste geannoteerde editie van de brieven van Van Gogh. "Tenslotte zijn het de meest gelezen brieven van een kunstenaar." Wetenschappelijke kwaliteit is in de visie van de bijzonder hoogleraar alleen mogelijk met een inhoudelijk directeur aan het roer, en niet, zoals ook wel eens wordt bepleit, een manager. "Je kunt een museum uitstekend economisch runnen maar dat wil niet zeggen dat het daarmee een goed museum is. De mensen denken dat de economie van een museum voor een groot deel berust op onbetaalde diensten, ruilverkeer, goodwill en wetenschappelijk gezag. Als ik een Ensor in bruikleen vraag, krijg ik die niet op een sluitende begroting. Die krijg ik op elan van een beleid en op kwaliteit van de catalogus. Dat is de manier waarop veel gebeurt voor veel minder geld. Je merkt gewoon dat de een het wel krijgt en de ander niet omdat men weet hoe zo'n kunstwerk behandeld wordt. Ik ben er dus heel sterk voor dat de leiding inhoudelijk blijft. Dat wil niet zeggen datje een schaap met vijf poten moet hebben, want dat loopt heel slecht.

vrije Universiteit

amsterdam

Je moet mensen hebben die managen niet vervelend vinden, er ook lol in hebben." De nieuwe bijzonder hoogleraar zal ook in het openbaar van zich laten horen. Hij wil proberen "impulsen te geven aan de maatschappelijke discussie". Over bijvoorbeeld het museumbeleid van de overheid, die naar zijn mening onvoldoende randvoorwaarden biedt. Om maar iets te noemen: "Als je in Nederland kunst schenkt aan de overheid is dat weliswaar niet belast, maar het levert ook geen voordeel op, zoals in Amerika." Onderwijs is nieuw voor De Leeuw, maar groepen studenten in het museum heeft hij altijd graag te woord gestaan. "Met hen kan ik in dialoog treden. Als museum richt je je tot het publiek, maar je krijgt de echo uit de pers, tenzij er aan de klachtenbalie af en toe nog eens een echo komt. Je ziet zelden een dialoog met de harde kern van de gebrui-

"Een doctorstitel biedt nauwelijks kansen op de arbeidsmarkt."

grotere

kers. Discussiëren met een groep studenten over mijn verzamelbeleid vind ik daarom altijd zeer stimulerend." Hij begint het avontuur met zichtbare nieuwsgierigheid. "Het is heel gek. Je wordt voor zo'n leerstoel gevraagd, het spreekt je ontzettend aan en dan opeens is het zover." De eerste twee promotie-kandidaten hebben zich al gemeld. ^

De prof

7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen