Studentenalmanak 1902 - pagina 142
ALLEEN-ZIJN.
/ ^ ^ ^ c h , waart gij nu toch hier, mijn lieije,
(êy Gezellig aan mijn zij gezeten.
Opdat ik in uw zoete omarming
Al wat mij hier verveelde kon vergeten!
Hoe heerlijk zouden wij genieten;
Mijn arm om uwe leest geslagen,
Uw arm om mijnen hals zich klemmend;
Mijn oog zou u om kussen vragen.
Gij zoudt ze geven, rozenmondje;
Ik zou u vaster in mijn armen
Dan drukken, aan uw zachten boezem
Mijn hart, dat soms zoo koud is, warmen!
E n zwijgend zouden wij begrijpen,
W a t beiden voelden in het harte,
't Genot van innig samenwezen,
Dat balsem geeft in alle smarte.
Maar ach, gij zijt niet hier, mijn liel^e.
En anders kan ik niet dan dichten
Aan u. Maar, dat mij dit vergund is,
K a n mij reeds troosten en verlichten.
Q.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902
Studentenalmanak | 174 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1902
Studentenalmanak | 174 Pagina's