Vrije Universiteitsblad 1946 - pagina 35

een preek is evenzeer een wetenschappelijke bezigheid' als het opstellen van een pleidooi of het doen van een operatie. Alleen studie, onderzoek leert zulke werkzaamheden verrichten. Het is daar'^m een te betreuren zaak, dat zij, die buiten de universiteit staan, bijna steeds in haar uitsluitend opleidingsinstituut zien. Geeft een hoogleeraar goed onderwijs, is hij daarin trouw, doet hij zijn best, zijn vragen die men stellen mag. Maar men moet ze niet met zulk een bedoeling stellen, dat men terzijde laat, of hij zelfstandig onderzoek kan instellen, den tijd, de gelegenheid, de benoodigde hulpmiddelen daarvoor ontvangt, doch alleen let op de behoorlijke, de vlotte mededeeling van bekende stof aan de studenten. Het is verkeerd, alleen daaraan waarde te hechten. Zeker, colleges moeten er worden gegeven. Maar dat is slechts een deel van de taak van den hoogleeraar, misschien niet eens onder alle omstandigheden de belangrijkste. Hij moet kunnen onderzoeken en dus zijn onderzoek onderwijzen. ' Ziehier het vraagstuk van de Universiteit. Zegt men dat het onoplosbaar is, dan is dat tot op zekere hoogte waar. De beste handleiding voor het pianospelen leert iemand niet 'spelen, niet eens slecht spelen. Hier zijn twee, die toch ook weer één zijn, beide is noodig. De Universiteit heeft een dubbele taak, die toch één taak is. Maar een taak, die door bijkomende omstandigheden wordt verzwaard. • Daarover D. V. een volgend maal. F. W. G. Onze V..U. en Amerika

Reeds onmiddellijk, op denzelfden dag waarop wij per vliegtuig in Amerika aankv/amen, hadden wij de gelegenheid in een' ruimen kring van predikanten met hunne dames op verzoek het een en ander over het wedervaren van Nederland te vertellen, en uit den aard der zaak kwam daarbij onder veel andere onderwerpen ook de Vrije Universiteit ter sprake en wij hebben de gelegenheid te baat genomen om aan dit gehoor iets omtrent de houding van onze Vrije Universiteit gedurende den bezettingstijd en haar wedervaren te vertellen. Wij hebben er met name op gewezen welke houding de Vrije Universiteit aannam ten opzichte van de door de Duitschers geëischte loyaliteitsverklaring en dat zij zich tengevolge van die houding genoodzaakt zag van April 1943 af tot het einde van den oorlog zichzelf gesloten te houden. Ook herinnerden wij eraan, dat de Duitschers onze laboratoria voor Natuurkunde en Scheikunde danig hebben geplunderd, waarbij wij met bij zonderen nadruk gewag hebben gemaakt van het gebeurde met het instrument voor atoomsplitsing. Het was onmiddellijk te bemerken, dat deze dingen met zeer groote belangstelling werden aangehoord en dat men de houding van onze Vjije Universiteit hoogelijk waardeerde en veel voor haar voelde. Ook bij andere gelegenheden hebben wij later over onze Vrije Universiteit verteld en de belangstelling, die in Amerika gevonden werd, zoeken te 'verlevendigen. Op een zekeren Zaterdagmiddag ontving ik een bezoek van iemand van Nederlandsche origine, die ook nog familie hier te >

1739

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen