GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1970 - pagina 146

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1970 - pagina 146

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prakticuvi tandheelkunde

Medewerkers Wat de medewerkers aan de faculteit betreft, er zijn nu 1 buitengewoon en 25 gewoon hoogleraren, 7 gewone en 3 buitengewone lectoren, 110 wetenschappelijke hoofdmedewerkers en medewerkers en 125 artsassistenten aan de faculteit verbonden. Verder zijn er plm. 170 niet-wetenschappelijke personeelsleden. Het ziekenhuis heeft daarenboven, vooral wat het niet-wetenschappelijk personeel betreft, een eigen bezetting van plm. 500 verpleegsters en 1300 man niet-wetenschappelijk personeel (laboranten, röntgenpersoneel en verder leden van de huishoudelijke dienst en van de schoonmaakdienst o.a.). Men kan stellen: er zijn tientallen docenten, professoren en lectoren dus, het aantal wetenschappelijke medewerkers loopt in de honderden en het totale aantal van op directe of indirecte wijze aan de medische faculteit verbonden niet-wetenschappelijke personeelsleden loopt tegen de 2000. Karakter Een paar opmerkingen over het karakter van een moderne medische faculteit. Het oude beeld van de universiteit van een hoogleraar die in een zaaltje aan studenten les geeft en dan hoogstens, als hij medisch hoogleraar is, de zorg heeft over enkele ziekenzalen, is dus wel grondig veranderd. U zult zich mogelijk afvragen waarom het zo moeilijk is, gezien deze aantallen medewerkers van de faculteit om de studenten toch een goede opleiding te geven. Men moet bedenken dat de faculteit ook, mogelijk zelfs in de eerste plaats, cen8

VU-BLAD

trum van wetenschap moet zijn. De onderzoekmogelijkheden van de patiënten moeten nu eenmaal op een academisch niveau staan wat meebrengt dat zeer vele en uitgebreide, veel personeel- en ruimtevragende onderzoekingen en dat niet alleen op één terrein, maar vrijwel op alle medische terreinen hier moeten kunnen geschieden. De patiënten mogen geen proefkonijnen zijn, wat o.a. inhoudt dat ze geen hinder mogen hebben van het onderwij saspect van het ziekenhuis. Het is daarom zo dat er slechts één gevorderde student (co-assistent) wordt toegelaten op 10 patiënten-bedden. Dus een afdeling van 100 patiënten mag hoogstens 10 coassistenten herbergen. De wetenschappelijke staf op zo'n afdeling, dat zijn dus volledig bevoegde artsen, is veel groter. Men kan stellen dat het aantal bevoegde artsen dat in het ziekenhuis werkt bijna tweemaal zo groot is als het aantal co-assistenten. Deze verhoudingen zijn dus heel anders dan de buitenwereld wel eens denkt. Dit relatieve gebrek aan patiënten is een van de voornaamste knelpunten in de opleiding. Wij proberen dit op te heffen door ons te affiliëren met niet-academische ziekenhuizen. Het affiliatiecontract met de Vereniging ,,R.K. Ziekenverpleging Amsterdam", waarvan het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis en het St.Lucasziekenhuis uitgaan, is reeds rond. Met de andere ziekenhuizen zijn de besprekingen in een vergevorderd stadium. Bestaansrecht. Wat is het bestaansrecht van het bijzondere karakter van onze faculteit? Het bestaansrecht van onze faculteit op zichzelf is buiten kijf. De behoefte aan medisch onderwijs is zo groot dat na de Vrije Universiteit ook in Rotterdam een medische faculteit is opgericht, terwijl een achtste medische faculteit in Maastricht in voorbereiding is. Maar wat is het bestaansrecht van het bijzondere karakter van onze faculteit ? We zouden kunnen wijzen op het ,.diaconale" karakter van onze faculteit: het bevorderen van de zorg voor zieken in binnen- en ook in buitenland door de opleiding van artsen. W e kunnen de faculteit en vooral het ziekenhuis dan zien als een bijdrage van het volksdeel waarvan onze universiteit uitgaat aan het welzijn van de wereld. Ook dit pleit nog niet duidelijk voor een christelijke faculteit, laat staan een protestants-christelijke faculteit. W e kunnen wijzen op de over het algemeen zeer goede sfeer in ons ziekenhuis en op de aandacht die aan de individuele mens wordt besteed. Ook dit is iets dat nog niet specifiek christelijk hoeft te zijn. Overigens moeten wij ook zo realistisch en zo nederig zijn om te erkennen dat ook aan de VU en ook aan onze faculteit niet alles goud is wat er blinkt. De wereldbeschouwing waarvan onze universiteit uitgaat houdt in dat het ook een bepaalde mensbeschouwing heeft: de mens als uniek naar Gods evenbeeld geschapen wezen. In de praktijk is ook op dit punt de divergentie in onze door het christendom veelal bepaalde cultuur met andersdenkenden vaak niet zo groot. Toch gaat zich hier al duidelijker een taak aftekenen. Een laatste motief is dat onze faculteit een werkplaats en een ontmoetingsplaats kan zijn van hen die hun heil van God in Christus verwachten (dit zit in het dagelijks leven soms wel erg diep verborgen). Alles bij elkaar genomen voldoende motivatie, dacht ik, voor een bijzondere, christelijke universiteit, naast de medische faculteit van de katholieke universiteit en naast algemene universteiten. Nood Tenslotte de nood van onze faculteit. Meer dan andere faculteiten moet onze faculteit als een eenheid kunnen fungeren. W e moeten de mens integraal kunnen behandelen. Om echter een team van honderden medewerkers samen te stellen dat èn op voldoende academisch niveau staat èn goed met elkaar kan opschieten èn tot de toch maar beperkte orthodox-protestantse kring behoort, is vrijwel onmogelijk. Van harte hoopt de faculteit daarom dat de nieuwe grondslagformule die voldoende armslag geeft om te kunnen werven uit alle ,,Christgelovigen", om een term uit de Heidelbergse catechismus te noemen, wordt aangenomen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1970

VU-Blad | 187 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1970 - pagina 146

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1970

VU-Blad | 187 Pagina's