GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1971 - pagina 97

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1971 - pagina 97

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Administratie van vermogens Effectenzaken Herengracht 479 Amsterdam-C. Tel. 227311 (6 lijnen)

Effectenbeurs Nis 8 Tel. 244468 (3 lijnen)

LiND,JARMAN& WESTEROUEN VAN MEETEREN N.V. Commissionairs in effecten Nachtegaaistraat 50 Utrecht

ZIJ heeft het 'déja VU' Geef mij maar een goede machine, die gemakkelijk werkt en waar je verder geen omkijken naar zult hebben...

Stencil - Offset en wat daarbij behoort aan reproductieapparatuur. Overtoom 25-Amsterdam Telefoon 020-180901

'Wie is van hout...' een maatschappelijke versteller boekbespreking Een verklaring voor het succes van 'Wie is van h o u t . . . ' kan zijn dat dr. Foudraine in dit boek een persoonlijke gang door de psychiatrie afbeeldt, die een soort volwassenwording laat zien op het bonte gebied van de medische zorg voor de geesteszieke mens. Dr. Foudraine is zeer kritisch ten aanzien van de traditionele psychiatrie. Zijn kernkritiek: in het algemeen hebben de psychiaters de geesteszieke mens ontmenselijkt en zij doen dat tot op de huidige dag te vaak nog steeds. Daarop slaat ook de titel van zijn boek, 'Wie is van hout', een associatie op een uitroep van een patiënt die 'gedemonstreerd' werd op een college door een in witte jas gestoken professor aan studenten die het vak moeten leren. Ik citeer uit het boek: 'De professor praat over het hoofd van de patiënt heen tot de studenten en legt hun uit welk 'ziektebeeld' de patiënt vertoont. Hij beschrijft het gedrag en de belevingswereld van de patiënt in geuren en kleuren. Dan roept de patiënt plotseling uit: 'Ik ben van hout, ik ben van hout'. De professor kan nu in enthousiasme ontsteken en aan de studenten uitleggen dat deze uitdrukking eveneens zeer typisch is voor het ziektebeeld (b.v. de 'schizophrenie'). Men kan zich inderdaad (met Laing) in een dergelijke situatie afvragen: 'Wie is hier nu eigenlijk van hout, de professor of de patiënt?' In zijn gedistancieerde, objectiverende (d.i. tot dingmakende) onderzoek- en beschrijfhouding en daarbij in de dehumaniserende 'setting' van de collegezaal (mensonterend kan het ook genoemd worden) valt het de professor helemaal niet op, dat de mens die daar zit, aangestaard door studenten, iets zeer zinnigs tot uitdrukking brengt, n.l.: 'Ik voel me behandeld als een stuk hout'. Integendeel, de professor is zo weinig op diepere communicatieve en menselijke engagement uit dat hij doof is voor deze ironie en aan zijn belangstellend gehoor opnieuw gaat uitleggen hoe de uitspraak van de gedemonstreerde klopt met zijn veronderstellingen over wat het allemaal 'is' wat de patiënt 'heeft'. Als de lezer zich nu verwonderd afvraagt: 'Maar dat gebeurt toch niet?', dan moet ik hem uit de droom helpen. Het gebeurde en gebeurt helaas nog steeds'.

door Jan Petrie Jan Petrie, wetenschappelijk medewerker aan de sub-faculteit psychologie van de Vrije Universiteit, bespreekt in dit artikel 'Wie is van hout. ..' van de psychiater dr. J. Foudraine. Het boek, uitgegeven door Ambo, is bezig te ontluiken tot een Nederlandse bestseller. Waarom?

'Meubel' Foudraine vertelt ons in zijn boek hoe hij met een dergelijke 'mens van hout' een voor hem beslissende levenservaring heeft meegemaakt. In zijn opleidingstijd in een universiteitskliniek kreeg hij als een soort meubel, dat niemand meer wilde hebben omdat er niets mee te doen was, een patiënt toegewezen, een man, die zwaar geestesziek was. De medische term ervoor was 'defect schizophreen' wat in feite betekent, in de termen van Foudraine, dat er met die man niet te praten, te huilen of te lachen viel, een on-menselijke mens dus. Foudraine wilde aan deze beoordeling niet toegeven en probeerde uit alle macht contact met de man te krijgen. Hij nodigde hem uit voor een dagelijks gesprek, dwong hem de krant te lezen, wandelde met hem door het park (en dat moet in die tijd een zeer ongebruikelijk gebeuren geweest zijn voor een passerende psychiater), wierp hem een voetbal toe, kortom probeerde hem aan het reageren te krijgen, alles zonder resultaat. Wanhopig bleef hij aan de gang om met deze mens iets te voelen van een menselijk contact, maand na maand. In een ontroerende passage beschrijft Foudraine de ommekeer in de patiënt en in hemzelf. 'Tijdens een der zittingen zong een vogel buiten. Wij hadden een tijd in stilte doorgebracht. Min of meer automatisch zei ik: 'Hoor je die vogel, Karel?' Ik keek naar buiten en verwachtte geen antwoord. Maar toen ik voor het geopende venster stond, hoorde ik achter mijn rug mijn cliënt zeggen: 'Ik hoor hem goed, het maakt me melancholiek'. Ik bleef als vastgenageld voor het raam staan. De uitspraak, de toon. het gevoel dat eruit sprak overrompelden me. Toen ik me omdraaide en hem aanzag, troffen onze 43

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Magazine | 208 Pagina's

VU Magazine 1971 - pagina 97

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Magazine | 208 Pagina's