GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1973 - pagina 404

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1973 - pagina 404

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

leen door dat feit kwamen we er in Azië tussen. We hadden geen produkten te bieden die zij graag wilden hebben. Op "normale" wijze kon met bepaalde gebieden in Azië geen handel worden gedreven, omdat men niet geïnteresseerd was in wat de Europea-

i; I i . 1 1 I I I I I I I I I I I

nen te bieden hadden. Wat de Europeaan deed, was die handel wegdrukken door schepen de grond in te boren, forten te bouwen, kortom door handel af te dwingen. Het was piraterij, roof en plundering. Dat was de beginfase. Er is in Europa wel iets unieks aan de hand geweest, maar het is ook zo dat mede dank zij de baten van die roof en plunderingen Europa in staat was zich economisch te ontwikkelen. Het is dus niet op eigen kracht

I

J,

j i ! j i t

'

i

alleen gebeurd, maar mede dank zij het feit dat wij in staat waren anderen te beroven, omdat we op het punt van de wapentechniek en de scheepvaart een voorsprong hadden. Die maakte dat al datgene wat zij al hadden, door ons kon worden gebruikt. Het is niet zo dat het allemaal op eigen kracht was. De baten van de koloniën hebben een heel belangrijke rol gespeeld bij de financiering van onze infrastructuur, de aanleg van de spoorwegen en zo meer. De slavenhandel is ook heel lucratief geweest. Dat is de tweede correctie die gemaakt moet worden. De sprong vooruit van Europa is mede gemaakt door de anderen naar beneden te drukken. Het is niet zo dat zij "achterbleven", nee, zij werden naar beneden gedrukt, ze werden "onderontwikkeld". Deze samenhang tussen "het ontwikkelde" en het "onderontwikkelde" komt in de rede niet voldoende naar voren.

80 procent

I I

I

!. I; . II »M IiWfi I; ;

In de rede wordt bijvoorbeeld gesteld dat de technisch hoogontwikkelde landen, die eenderde van de wereldbevolking uitmaken, meer dan 80 procent van het wereldinkomen voortbrengen, maar het khnkt heel anders als je zegt dat deze landen meer dan 80% van het wereldinkomen consumeren. En dat kun je alleen krijgen door het weg te halen bij anderen. We brengen die 80% niet alleen voort, maar we gebruiken daarvoor de mensen en de grondstoffen uit de derde wereld. En zo was het altijd al. Er is niet zozeer sprake van vooruitlopers en achterblijvers, maar van groepen, die zich verrijkt hebben ten koste van anderen. De onderontwikkeling van de een is het gevolg - mede een gevolg, het ligt iets genuanceerder - van de onderontwikkeling van de ander. 36 Nu is de redenering dat diezelfde groep, die jaar het hand in vonden, erg groep ken.de geval. logisch aan Dat zou loop achteruitgedrukt isontwikkelingshulp uitsteken Wat isvoor is van een en ereen de sinds zoals gedachtensprong, geschiedenis om groot de blijkt, de heeft, afgelopen gedeelte andere heeft isnudat die ineens opniet plaatsgeook achttien die te andere trekecht niet een

gebaseerd op 's lands producenten, zich gaan ontwikkelen. Het is niet reëel, wanneer een arm land als eerste greep naar groter welvaart te hoog grijpt, b.v. naar zware industrie, deze ligt topzwaar bovenop 's lands economie. Want pas geleidelijk laat de onderstructuur, die daarvoor nodig is, zich opbouwen. Zijn er echter in een land eenmaal voldoende vakmensen en voldoende nutsbedrijven aanwezig, dan voelt het particuliere kapitaal zich aangetrokken, er zich te gaan vestigen, - zij het vreemd of eigen. Eerder ziet het geen rendabele mogelijkheden. Als het buitenlandse kapitaal van de garanties, die het ook elders reeds geniet, verzekerd mag zijn, zal het niet schromen zich naar nieuwe landen te begeven. Vóór het stadium is bereikt, dat het kapitaal vanzelf komt, is 't de tijd voor de wijsheid van de ruime blik, want dan moet er door 't Westen gegeven worden, dat, wat pas op lange termyn rendeert. Dan is: nu. Dat is dus de tegenwoordige tijd. Dit zal hier en daar pijn doen: In 't Oosten, als primitieve of half-primitieve bedrijven op den duur 't veld zullen ruimen voor moderne. In 't Westen doet het pijn, wanneer men thuis en op vreemde markten beconcurreerd wordt door produkten van moderne Oosterse ondernemingen, die veel goedkoper kunnen produceren vanwege lage levensstandaard, en dus het lage loonpeil, dat daar - nog - heerst. Toch zou men juist de Oosterse expansie, op weg naar eigen hoger levenspeil, nooit mogen willen breidelen! Want zonder deze ver-vooruitziende blik, zullen we eenmaal merken, dat de voor-dehand-liggende weg doodloopt - eenvoudig, omdat men een geheel nieuwe richting in moet slaan, en niet moet vervallen in de herhaling van ideeën die voor het welvaartspeil van de mens te kort zijn geschoten. Maar het doet nog ergens andes pijn - en dat is nog veel belangrijker en is veel gecompliceerder. Ik zei: deze ontvdkkeling zal harmonisch moeten plaatshebben. Maar van het Oosten gezien, is de aanpassing aan zoveel van wat het Westen heeft gebracht, weliswaar geboden, niettemin blijft het een geweldig probleem. Men wil zichzelf zijn, en toch dit vreemde element in zichzelf integreren. Hoeveel Westerse maatregelen - praktisch, en om hun doeltreffendheid nodig geacht -, verstoren niet het gewoonterecht, zelfs soms de religieuze riten of opvattingen, ja het hele vertrouwde leven dat men leidde sinds eeuwen her? Wie ook de leiding in handen hebben, kunnen hier de geleidelijkheid en de harmonie, dunkt me, niet genoeg in het oog houden. Op zichzelf is het goed, dat men in de vroegere ontwikkelingsfasen geen particulier kapitaal mag verwachten, want komt het om

een of andere reden eerder, dan ontwricht het veelal het sociaal bestel. Hoe voorzichtig moet men immers zijn, zijn medemens, in plaats van hem geleidelijk bij een zekere ontwikkelingsgang van dienst te zijn hem niet juist geestelijk te ontwortelen en in verbijstering te brengen. Het zou zijn alsof men iemand, die men wakker wil schudden, meteen de shocktherapie toedient - iets wat moreel niet verantwoord is. Deze héle ontwikkeling kan alleen in geleidelijkheid en harmonie gebeuren, anders breekt men meer 'mi dan dat men opbouwt. Voordat wy het zouden weten, zou men van ons. Westerlingen, alleen onze ondeugden hebben ge« leerd - het onevenredig groot belang dat wij hechten aan de materie en aan de rede - en zij zouden er nog acuter en heviger onder »g lijden dan wijzelf. fe De materie zouden wy in dit verband juist J moeten beschouwen als het goed, waarmee wij niet alleen onszelf, maar ook anderen gezegend willen zien, - door onze actieve hulp. En ons verstand kunnen we demonstreren in de prachtige en zegenrijke functie, waarvoor het ons gegeven is - niet voor meer en niet voor minder. Mochten sommigen, waar ter wereld ook, '&H gehecht aan hun tradities, zich principieel tegen allerlei vernieuwingen verzetten, dan zou men hierop in 't algemeen kunnen antwoorden: gij zijt voor menige goede ge«, woonte uw voorgeslacht dankbaar. Weest niet bang, op uw beurt, zelf nieuwe goede gewoonten te beginnen: Uw nageslacht zal er u dankbaar voor zyn! Het onderwerp wereld-welvaart omvat niet alleen onderwerpen als landbouwmethoden, of openbare werken, het grijpt diep in het gehele leven van de te veranderen gebieden. Het doet dat ook in de wijze van denken van ieder mens - daar, maar ook hier. Deze verandering van levensinzicht is de belangrijkste en omvangrijkste opgave van het heden, en zal in de toekomst steeds in belang en omvang groeien. Wat hierbij ontbreekt - ge weet het - zijn juist dit besef, en de mensen die door dit besef actief worden. Geld en technische mogelijkheden zouden niet behoeven te ontbreken, als zij er waren. Het besef ontwaakt - langzaam. Ginds staan mensen op om te gaan leren - hier en elders om te gaan helpen. Een begin van een keur- „,,. corps. ** Voor de gewone mensen, die er niet actief op uittrekken, is 't dus bepaald meer een kwestie van geestesgesteldheid, dan van geld geven, want met een bijdrage is men er nog niet af, het is een zorg en een roeping voor allen samen - hier en ginds - deze roep van de realiteit. De geesten moeten er rijp voor worden. In 't bijzonder de soepele en op de toekomst gerichte geesten van de jongeren. Zij, die de jeugd helpen in de opleiding voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's

VU Magazine 1973 - pagina 404

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's