GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 111

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 111

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

schien de olievelden vernietigen, maar dat zou geen onoverkomelijk probleem zijn. Ik ben echter erg bang dat de zaken gevaarlijk uit de hand zijn gelopen'. In een hoofdartikel schreef het blad: 'De geïndustrialiseerde landen onder ogen moeten zien dat het niet hun belang is afstand te doen van een groot deel van hun welvaart in ruil voor een kortstondig bezit en dat in een handelsoorlog de onbehoorlijke acties van een vrekkig kartel alleen kan worden tegengegaan met een even onbehoorlijke en niets ontziende actie'. Maar dat was dan ook een blad dat het wereldhandelssysteem kenschetste als 'welvarend, beschaafd en naar twee kanten voordelig'.

'Verstopt' Het was na het kennismaken van zulke verhitte beschuldigingen aan het adres van de Arabieren als dè veroorzakers van de economische neergang in het westen, een verkoeling dr. Jelle Zijlstra, president van de Nederlandsche Bank te beluisteren (Brandpunt, 8 februari). Dr. Zijlstra zei dat de economie niet alleen door de olieprijzen in wanorde was geraakt. 'Het is zelfs niet voor het grootste deel daaruit te verklaren; voor het kleinste deel is het daaruit te verklaren'. 'Als we de toestand van Nederland en van de landen om ons heen goed willen beoordelen, dan moet het ons duidelijk zijn, dat aan de vooravond van de oliecrisis - toen we het om zo te zeggen nog niet wisten - er grote moeilijkheden al in de economie ingebakken waren. We hadden al voor de oliecrisis een aantal jaren een toenemende inflatiegolf. De inflatie nam van jaar tot jaar toe. De produktiekosten, met name de kosten van de arbeid gingen van jaar op jaar boven de arbeidsproduktiviteit uit en al deze dingen tezamen zouden zonder de oliecrisis grote moeilijkheden hebben veroorzaakt. Natuurlijk is de oliecrisis een harde klap geweest. Het is zoiets als een zwakke man die een klap op z'n hoofd krijgt: een klap op het hoofd is altijd vervelend, maar als je stevig en sterk bent, dan kijk je even om je heen en ga je weer verder, maar als je toch al verzwakt was, komt het harder aan (. . .). In wezen zat het overgrote deel van de moeilijkheden van vandaag al in de pijplijn - die was verstopt - en het komt er nu uit'.

Zondebok De verstopte pijplijn, waar dr. Zijlstra over sprak, was dus in eerste instantie in het geheel geen oliepijplijn en, zo schreef de Amerikaanse olie-ingenieur/econoom dr. H. A. Merklein (in World Oil, april '74) de voor de regering van de V.S. gemakkelijkste manier om uit de economische moeilijkheden te komen zou zijn: niet om die op te lossen, maar om een zondebok te vinden. Om de Arabieren de schuld van de schaar-

ste te geven. 'Welke economische politiek er daarna ook wordt gevoerd, altijd kan de regering dan "niet schuldig" bepleiten.' Ook dr. Merklein reageerde (in april reeds!) op stemmen die zich voor bezetting van oliegebieden uitspraken, omdat de V.S. daarop 'onvervreemdbare rechten' zouden hebben. Hij noemde zulke gedachten 'ronduit dwaas', omdat je, nog afgezien van de morele kant van de zaak, wel aan de gang kon blijven, wanneer je eenmaal was begonnen om militaire antwoorden te geven op economische problemen. 'Hef is redelijk aan te nemen, dat het Arabische olie-embargo zal worden gevolgd door volledige of gedeeltelijke embargo's op andere grondstoffen wanneer die schaars worden'. Merklein gaf er een - onvolledig - lijstje bij van landen die dan z o u den moeten worden bezet. Voor koper waren dat: Chili, Zambia, Zaïre en Canada (samen 74 procent van de handel in koper); voor lood: Australië, Mexico, Peru en Canada (samen 90 procent) voor tin: Maleisië, Bolivië en Thailand (78 procent); voor zink: Canada en Mexico (62 procent) en voor aluminium: Jamaica en Suriname. Maar als Merklein de Arabische landen dan niet als de belangrijkste veroorzakers van de economische misère beschouwde, wie waren dat dan wel? De V.S. zelf. Jarenlang speelden ze de rol van enige geldschieters in de wereld en de dollars die over het wereldrond circuleerden (en die de V.S. van een geweldige goederen- en dienstenstroom verzekerden) brachten deze geldmonopolist geweldige welvaart aan. Stel dat een gewone burger het monopolie kreeg, zo schreef Merklein, om de V.S. van het benodigde geld te voorzien. Toen het bruto nationaal produkt van het land begon te groeien en er dus meer transacties werden afgesloten, was er meer geld nodig. De geldmonopolist had dat geld natuurlijk uit z'n raam kunnen gooien voor de voorbijgangers, maar in plaats daarvan bracht hij het in omloop door goederen te kopen en door het uit te lenen. Hij kocht zich letterlijk rijk en dat zou allemaal goed zijn gegaan wanneer deze gang van zaken zich binnen de grenzen (we spreken nu weer over de V.S.) had afgespeeld. Maar de dollars gingen naar het buitenland; een stroom buitenlandse goederen kwam de V.S. binnen, waar men tot grote welstand kwam en de drukpersen, waarop het geld werd gedrukt, nog wat sneller liet draaien. Om een lang en ingewikkeld verhaal kort en simpel te houden: in het buitenland, waar de dollars hier en daar de centrale banken uitpuilden, begon men het vertrouwen in de hardheid van deze valuta te verliezen. Tot tweemaal toe moest er worden gedevalueerd. Die waardevermindering kostte de Arabische landen iets van 1,3 miljard dollar. Geen wonder dat de OPEC-landen, die zich éénmaal had-

21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 111

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's