GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 361

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 361

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

f

\U1 magadne? * • * * « * * * * * * * * * * * • * • * * • * * * * • • * * * *

V E S V U KCDNGRES B. 7 e n S o k t o b e r 1 9 7 5 ****•**•*•**•*********••***•****

EKOIMC3MIE G^ S T A A T ie ,,...den Staat zich eerst beschermend, dan ook bevorderend, steeds meer met den volkshuishouding te bemoeien. Zoo ontstond de nationale Staat in economischenzin"(G., II, p-68). Buiten de in de produktie- en handelssfeer gelegen verklaring, zoals we die gaven voor het lang aanhouden van het liberale denken, noemt Gerretson „de neiging tot dogmatiek van ons redelijk, consequent, doch wat traag denkend volk, dat zich hardnekkig pleegt vast te klampen aan elk stelsel, waaraan het zich eens verslingerd heeft" {G., Il, p. 69). Vreemd genoeg ontzenuwt hij zelf één alinea verder dit argument wanneer hij stelt dat ,,het zaad der nieuwe denkbeelden", dat bij de leidende klasse geen wortel had kunnen schieten, bij de gemeente toch wel in goede aarde was gevallen. Niet het volk, maar haar leiders, waren dogmatisch en traag.

„Volksinstinct" Waar het ons hier om gaat, is de vraag wat die nieuwe denkbeelden concreet moesten betekenen voor de bedreigde positie van de Koninklijke. We kunnen hier niet beter doen dan Gerretson op de voet te volgen: Welnu, men begon weer te beseffen... dat het niet onredelijk is, te verlangen, dat de leiding althans der nationale sleutelbedrijven den volksgenooten blijve voorbehouden... men voelde dat het, ondanks alle theorieën (nadruk van mij, PVD) niet goed kon zijn om een nationale onderneming van die betekenis weerloos ten prooi te laten vallen aan vreemde overmacht... Men gevoelt, zich dompelend in dezen stroom van stukken: hier spreekt een dieper volksinstinct" (G., Il, p. 69). Het ingrijpen was aarzelend en werd behoedzaam uitgevoerd om niet de suggestie te wekken dat men tegen Amerikaanse belangen zou discrimineren. Cremer, in 1897 Minister van Koloniën, kon op grond van de reglementen van 1873, die weldra zouden worden gewijzigd, en door op een sUnkse wijze de aandeelhoudersvergadering indirect te beïnvloeden, voorkomen dat de Moeara in handen van de Standard viel. Vanaf dit moment was het zowel voor de Koninklijke als voor het Ministerie van Koloniën duidelijk dat het idee van een nationale concurrentiepolitiek tot het verleden

******************************** sprekers: prof. E.AItvater. D.>öffe, prof. A . H e e r t j e , p r o f . H . G e r s t e n b e r g e r , W . B o e r b o o m , C.Deutschnnann, prof. F. deRoos.S.SCuurman, prof.G.Kade kaaiden, f.a.- «xjr een dog, f.5.-voc»^hetekongres tavorfprogro'n sonde lani, of bi| de VESVU. VU. Kflrr*.-^^-T7 . cei. 54a.qsS3

******************************** vrije universiteit a'dam ******************************** De Nederlandse economische ontwikkeling vertoont vanaf 1870, wanneer het industrialisatieproces deflnitief doorzet, enige fundamentele structurele kenmerken. Naast de toenemende verbondenheid met de wereldeconomie is er sprake van een groei- en concentratieproces en de steeds belangrijkere rol die de staat in dit groeiproces speelt. De directe exploitatie van NederlandsIndië onder het Cuituurstelsel verschafte de staat de financiële middelen om infrastructurele werken in Nederland op te zetten, waardoor het industrialisatieproces kon worden gestimuleerd. Maar ook daarna, toen het Nederlands kapitaal, vrij van staatsbemoeienis, naar Indië stroomde, en nog later, vanaf 1900 toen de zgn. „ethische politiek" gevoerd werd, bleef Nederlands-Indië een bron van nationale verrijking en een stimulans voor het Nederlands groeiproces. En alhoewel de economische politiek vanaf 1860 fundamenteel liberaal was, en de staat zich niet actief in het kapitalistisch produktie-proces mengde, was er sprake van een ,,protectionistische onderstroom", 1) die in de tijd van toenemende imperialistische rivaliteit tussen de west-europese staten van steeds groter belang werd. In dit artikel willen wij uiteenzetten wat de rol van de staat is geweest in het groeien concentratieproces van ,,De Koninklijke" (Nederlandsche Maatschappij tot exploitatie van Petroleumbronnen in Nederlands-Indië), voor zover dat proces direkt betrekking op Indië heeft gehad. Dit artikel beoogt daarmee een facet te belichten van de relatie tussen economie en staat, waaraan de Vereniging van Economie Studenten aan de VU (VESVU) op 6, 7 en 8 oktober een congres wijdt aan.

diende te behoren: óf de Nederlandse aardolieproducenten zouden zich nationaal concentreren, óf de Standard zou de leiding nemen in dit concentratieproces. De Koninklijke zou zich, in het verloop van het concentratieproces, in weinig onderscheiden van haar grootste concurrent de Standard. Ook zij ging over tot produktiebeperking en prijsopdrijving en begon onderhandelingen met Indische producenten over samenwerking. Door de telkens weerkerende crises op de wereldmarkt, waarbij het ineenstorten van de markt tot prij sslagen leidde tussen de elkaar beconcurrerende oligopolisten, werd men gedwongen te gaan samenwerken, om daardoor een eind te maken aan de moordende concurrentie.

Samen met Shell Henri Deterding, die sinds het overlijden van Kessler, in 1900 directeur, van de Koninklijke was geworden, trachtte een samengaan met de Shell te realiseren, terwijl de Standard via een overeenkomst met de Shell de Koninklijke in haar macht probeerde te krijgen. Maar na ruim een jaar van onderhandelen werd op 17 mei 1902 The Shell Transport & Royal Dutch Petroleum Company Ltd. een feit. Heel duidelijk en onomwonden blijkt de beoogde politiek van het opdelen der wereldmarkt uit het telegram dat Deterding die dag aan de Standard zond, waarin hij deze meedeelde dat de bereikte overeenkomst ongetwijfeld ook aangenaam voor Standard was „daar we nu meer succes zullen hebben met het op niveau houden van de prijzen in het oosten"(G., Il, p. 243). Via de Shell werd de invloed op de Amerikaanse markt versterkt, en door de op 27 juni 1902 toegetreden Rothschild-groep leidden nieuwe kanalen naar de Russische oliemarkt. Deze drieënige octopus opereerde onder de naam Asiatic Petroleum Company op de oosterse markt. De nog resterende Indische producenten hadden zich verenigd in het Comité van Indische Producenten dat met de Asiatic over verkoopcontracten onderhandelde. Het Comité, dat zich tegen de machtspositie van de Asiatic trachtte te verweren, heeft niet lang stand kunnen houden. Na 10 verga-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 361

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's