GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 338

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 338

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ magaune 28

gen. De vogels (dat wil zeggen: de weidevogels zoals de grutto, kievit, tureluur, kemphaan en watersnip) bleken een uitgesproken afkeer te hebben van de leidingen in hun broedgebied. Uit de gegevens kwam naar voren, dat ze een strook van ongeveer honderd meter aan weerskanten van de leidingen als broedgebied meden. De scholekster vormde een uitzondering, die trok zich er niets van aan. Heijnis berekende, dat in het Westzijderveld en De Reef het broedgebied voor deze weidevogels door de hoogspanningsleidingen in feite met 100 ha was verminderd. Hij betreurde dat: ,,De weide\>ogel-gemeenschap is in hoge mate karakteristiek voor Nederland. Nergens ter wereld is iets vergelijkbaars te vinden. Er zijn wel weidevogelgebieden in andere Westeuropese landen maar die zijn van veel geringere betekenis. Door de hoge dichtheden waarin zij voorkomen hebben onze weidevogels een grote internationale betekenis. Van de grutto wordt verondersteld, dat hij landelijk gezien is toegenomen door verbeterde omstandigheden in het overwinteringsgebied enerzijds en een verruiming van zijn biotoopkeuze (biotoop = plaats waar een vogel geheel in z'n omgeving ingepast is) anderzijds. Anders wordt het als we de tureluur, kemphaan en watersnip bekeken. Dit zijn vochtminnende soorten, die daarom o.a. door ontwatering worden bedreigd. Binnen het totale graslandbestand zijn zij het meest kieskeurig in hun hiotoopkeuze en hebben weinig speelruimte voor het incasseren van veranderingen."

Uniek gebied In Noord-Holland (met Friesland de provincie die de meeste weidevogels herbergt) is de Zaanstreek een belangrijk bolwerk voor weidevogels. Heijnis' beschrijving van de polder Westzaan kan duidelijk maken waarom. ,,Vele weilanden in dit poldergebied liggen lager dan de omringende sloten; deze percelen zijn ontstaan doordat generaties boeren de bagger uit de sloten op de oever trokken, waar het inklonk. Hierdoor is in feite elk weiland een polder apart, kleine poldermolentjes en Amerikaanse windmolens malen het weiland steeds droog. De capaciteit van deze molens is niet al te groot, zodat na hevige of langdurige regenval hele weilanden onder

Het aantal draadslachtoffers dat per week onder de leidingen in De Reef en het Westzijderveld wordt gevonden

•a

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 338

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's