GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1980 - pagina 52

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1980 - pagina 52

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 ^ magaTJtne 6 van de bedrijfsorganen om verordeningen te maken erkend, „voorzover de toepassing van de rechtvaardigheid de totstandkoming en uitvoering van zulke regelingen noodzakelijk maakt" Conclusie VII handelde over de zeggenschap van de sociale partners ,,De vertegenwoordiging van de ondernemers- en arbeidersorganisaties in de bedrijfsorganisatie worden geregeld op paritaire basis, met dien verstande dat deze voor de economische aangelegenheden niet onder alle omstandigheden noodzakelijk is" De instelling van een Sociaal-Economische Raad werd bepleit, die desgewenst ook eigener beweging de overheid zou adviseren ten aanzien van alle maatregelen dfe op het bedrijfsleven betrekking hadden.

Verkiezing 1948 Maar de letter zaten de maatschappelijke groeperingen die met elkaar de ARP droegen weer op één lijn. Bij de nadering van de verkiezingen van 1948 probeerde men een gesloten front te vormen en er het beste van te maken. De politieke strijd draaide om de Indonesische kwestie (een noodzakelijke Grondwetsherziening was de aanleiding tot Kamerontbinding) en sociaal-economische vragen. De ARP deed verwoede pogingen te bewijzen dat haar conservatie reputatie onverdiend was. De geest van Colijn bleef haar echter achtervolgen. Zoals Chr. van den Heuvel terecht opmerkte in zijn Handboekje voor de huisbezoekers voor de verkiezingen van 1948 droegen ook de katholieken, de vrijzinnig-democraten en de christelijkhistorischen verantwoordelijkheid voor het beleid van de crisisjaren, maar de antirevotutionaren waren bij uitstek kwetsbaar doordat ze Colijn ook achteraf niet konden of wilden laten vallen. De huisbezoeker moest zich niet laten aanpraten dat de ARP vóór de oorlog een weinig vooruitstrevend beleid voorstond. Hij kon, op Van den Heuvels advies, erkennen dat zijn partij er haar eer in stelde niet met de waan van de dag mee te gaan. Maar de beschuldiging dat de ARP in het interbellum ,,een door te weinig socialen zin gekenmerkte politiek" had gevoerd miste elke grond, al had achteraf gezien op bepaalde punten misschien iets anders kunnen zijn opgetreden. Toen en ook nu gold, dat gezonde publieke financiën geen kapitalistisch belang vormden, maar een sociaal be-

Jan Schouten, eredoctor van de Vrije Universiteit

lang. Zou iemand tegenwerpen dat toch de warme sociale bewogenheid had ontbroken, dan diende het antwoord te zijn dat dergelijke woorden niets betekenden en dat sentimentele uitdrukkingen de zaken vertroebelden; niemand was gebaat met bewogenheid zonder meer. De meningsverschillen over de PBO werden door Van den Heuvel keurig toegedekt met de feitelijk juiste conclusie, dat de opvattingen van de ARP ,.op de allernauwste wijze aansluiten hij hetgeen waarmede ook de vertegenwoordigers van het CNV zijn accoord gegaan", namelijk bij het compromis van Birkhoven. De imaginaire weifelende kiezer, die zou suggereren dat de ARP een burgerlijke partij dreigde te worden (in plaats van een partij voor ,,kleine luyden"!), moest worden meegedeeld dat dit gevaar inderdaad dreigde, maar dat de partijleiding er zeker in zou slagen het af te wenden.

Ruppert weigert Al eerder werd vermeld dat in 1948 werd gepoogd de kandidatenlijst een vooruitstrevender aanblik te geven. Het lag voor de hand dat voor de bezetting van openvallende plaatsen ook

werd gedacht aan een vooraanstaande figuur uit het CNV, waarbij Ruppert als eerste in aanmerking kwam. Schouten, die van de CNV-voorzitter vond dat hij de tussen partij en vakbond gerezen geschillen teveel cultiveerde, vreesde dat de ARP een figuur zou slaan wanneer Ruppert demonstratief een kandidatuur zou weigeren. Hem werd de eerste opvolgersplaats bij gelijkblijvend zeteltal aangeboden, maar hij bedankte voor de eer in een brief waarvan de toon, volgens Schouten, niet was zoals hij had behoren te zijn. Het bericht dat Ruppert niet op de lijst kwam veroorzaakte nogal wat deining in de partij, naar het Centraal Comité moest vaststellen. Een aantal kiesverenigingen verlangde van het bestuur dat het nu een andere exponent van de christelijke arbeidersbeweging naar voren haalde. Lang niet alle leden van het Centraal Comité waren overtuigd van de noodzaak wat royaler aan het CNV tegemoet te komen. Een Gerbrandy, die zo hoog op de lijst was gekomen, moest toch ook al worden beschouwd als een ,,sociale" figuur? Tenslotte kreeg G. Moll, voorzitter van de Christelijke Bouwvakarbeidersbond, de oorspronkelijk aan Ruppert toegedachte veertiende plaats.

Conferentie Voor het oog mocht de onderlinge strijd zijn uitgewoed, onder de oppervlakte werd de discussie voortgezet. In het vroege voorjaar van 1949 werd opnieuw een bijeenkomst belegd van de partijleiding met vertegenwoordigers van de christelijk-sociale beweging, in het CNV-vakantieoord in Putten. Tijdens de tweedaagse conferentie (25 en 25 februari) bleek dat men nog tijd tekort kwam, zodat besloten werd het gesprek enkele weken later (11 en 12 maart) voort te zetten. De deelnemers ontvingen, op Rupperts verzoek, bij de agenda een afschrift van zijn al genoemde brief van 7 juni 1948 ,,Ter vertrouwelijke kennisneming en overweging van den inhoud", schreef Gosker in de convocatie;,, voorzover de inhoud van dezen brief de sociaal-economische politiek betreft, komt hij uiteraard voor hespreking ter conferentie in aanmerking". Tijdens de één jaar eerder gehouden conferentie had Ruppert verklaard ,,het nu niet te willen hehhen over Colijn '' maar in zijn brief vroeg hij deze keer aan de ARP,,eens een woord van schuld te laten horen over de werkloosheidspolitiek in de dertiger ja-

, J j IJ ! f f ] \ \

i | \ 1

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's

VU Magazine 1980 - pagina 52

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's