GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 470

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 470

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Roelf Haan

Marga Klompé en de Advent December is dë Adventstijd. De christelijke kerk bezint zich om zich opnieuw te oriënteren op het komende vrederijk. Dat doet zij, zoals Marga Klompé het zei in het laatste interview dat zij gaf, in een "chaotische en verwarrende tijd". Hoe zou die tijd ons oriëntatie bieden? In de avondwake die wij op donderdag 30 oktober hielden rondom het lichaam van Marga Klompé, in haar parochiekerk in de Haagse Parkstraat, vielen mij deze woorden op: dit was het moment waarnaar zij nieuwsgierig had uitgezien. Marga was een christin in de meest wezenlijke zin van het woord; in een wereld die chaotisch is en ve&warrend, die mensen als vliegen dooddrukt onder het gewicht van anonieme onderdrukkingsmechanismen, was zij bij haar sterven zoals bij haar leven, gierig op nieuws. Dat christelijke geloof, dat haar zo verwachtingsvol in spanning hield, hoefde niet altijd in woorden voor op de tong te liggen. Maar in de gemeenschap van gelovigen, die een gemeenschap van doeners is meer dan van sprekers, kon een enkel woord zorgen voor de onderlinge herkenning die van tijd tot tijd de vriendschap en het respect kon oversteunen en verdiepen. Hier lag ook het geheim van haar heldere zakelijkheid en nuchterheid. "Zoals je zult begrijpen kan ik je geen opwekkende berichten over mijn gezondheidstoestand geven," schreef zij in een brief die ik kort voor haar sterven ontving, "maar ik kan nog van de goede dingen genieten waaronder de vele hartelijkheid die ik van alle kanten ondervind." Hoe kan een strijdster als zij tegen zoveel maatschappelijk onrecht, zó genieten? Zó haar

416

nuchterheid en onbevangenheid bewaren? Haar vroomheid bestond bij de gratie van de moderne boedelscheiding tussen geloof en leven die het recept vormt van kerkinstituten in een overlevingsstrategie. Het is gemakkelijk het geloof zuiver te houden wanneer men "de politiek van de kansel weert". Althans, dat denkt men. Want onvermijdelijk zullen deze zuiveraars van de kerk zich in de eerste plaats manifesteren als een politieke kracht, eéh kracht van aanpassing aan de "schema's van de wereld", zoals Paulus dat noemt in het twaalfde hoofdstuk van zijn brief aan Rome. Het geloof laat zich namelijk van de wereld niet scheiden op straffe van vervalsing. Want wie de steuntrekker achterstelt bij de overlevering, zo zegt Jezus zelf in Mattheus 15, is een huichelaar, die "Mij eert met de lippen", en het confessionalisme inschakelt "om voorbij te gaan aan het gebod Gods". Vandaar dat zoveel gelovigen vandaag de lippen maar liever niet te veel roeren, om niet mee te doen aan het vrome praten van de weters die niet meer nieuwsgierig zijn. De verwachting naar het nieuwe, de adventshouding is de bestaansbodem van de kerk. Tegelijk is de gedachte aan de komst van een Andere Wereld, die juist datgene belichaamt waarvoor zovelen onder ons zeggen "doelbewust" te strijden, waarvoor wij "strategieën" ontwerpen, maar waarvan de kerk zegt dat die niet maakbaar maar slechts herkenbaar is, een absurditeit. Daarop is geen "beleid" te baseren. Een afgezaagde journalistieke vraag aan kerkleiders is dan ook die naar hun "beleid", als waren zij ondernemers of politici.

Het christelijke geloof is een geheel ander beginsel dan het doel/middeldenken dat onze economie en onze cultuur beheerst, en ook de kerk geïnfecteerd heeft. De zakelijkheid van hen die zeggen: hoe kan je je tegen kernraketten en schending van mensenrechten verzetten als die beide er toch al zijn, is iets anders dan de nuchterheid van hen die geloven in een andere God dan "business as usual". Kernwapens en de Gualtemateekse modeldorpen zijn toch beleidseisen, middelen ter bereiking van een noodzakelijk doel? vraagt de "wetenschappelijke" zakelijkheid. Zij zijn het paard achter de wagen, antwoordt de nuchterheid van het geloof. Dat ligt zo glashelder, dat mensen als Marga Klompé op zoek gaan naar verantwoordelijken die aanspreekbaar willen zijn, om hen midden in de anonimiteit van het systeem waarin zij hun "beroep" uitoefenen te confronteren met de nood van mensen van vlees en bloed die onder hun beleidsbeginselen zijn bezweken, of die daar juist een beroep op doen. Het geheim van Marga Klompé was dat zij dit altijd deed met respect. Zij sprak de functionaris, of deze nu bestuurder was van de Amrobank of de Roomskatholieke kerk, aan op zijn bevoegheid, maar ook op zijn eigen omgaan met die functie. Daarbij placht zij te zeggen dat we voor alles tegenover deze "ambtsdragers" pastoraal moesten blijven. Zij wist, schrijft Albert van den Heuvel, "dat het leiden van een ingewikkeld en geschakeerd instituut altijd de noodzaak tot voorzichtigheid en niet zelden tot compromissen meebrengt. Kleinere geesten vluchten dan in de ver-

meende puurheid van het radicalisme. Ik denk dat Marga Klompé de echte radicaal was: er werd geen water bij de wijn gedaan, maar de wijn werd midden in de kerk gedronken. Marga Klompé is een lichtend voorbeeld voor hen die bezorgd zijn om het leeglopende (?) kerkinstituut, en voor de activisten die het geloof behandelen alsof het een ideologie was. Nieuwsgierige mensen als zij wekken ook zelf nieuwsgierigheid. Een functionaris van het imperialistische Romeinse rijk was de oppertollenaar uit Lukas 19. Deze man was op de een of andere manier nieuwsgierig geworden naar de Advent. Hij wacht de komst van Jezus af, verscholen in een boom. Jezus roept deze dienaar van het heersende politiek-militaire complex uit de anonimiteit, bij zijn naam, die "onschuld" betekent. Een verkrampte kerk mocht bij haar veronderstelde vijanden wel eens weer dat verlangen naar nieuwe dingen leren opmerken. Want, zoals Marga Klompé het voorleefde in het aangezicht van de machten, wederzijdse nieuwsgierigheid kan wonderen doen.

VU-MAGAZINE - DECEMBER 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 470

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's