GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 12

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 12

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

zich afschoven, het is ook een o«/lasting voor degenen die zich schuldig voelen over wat hun dagelijks werk is, aldus Koelega. "Er zijn mensen die de hele last van dit soort problemen op hun schouders nemen. Dan zijn er eigenlijk maar twee reacties mogelijk: ze worden cynisch, óf ze gaan zich machteloos voelen. Wij proberen duidelijk te maken dat je als individu een verantwoordelijkheid hebt, maar niet alle; het is een collectieve verantwoordelijkheid. Wij willen heel precies aangeven waar die individuele aanspreekbaarheid ligt en wij zullen iedereen daarop vastpinnen."

Z

oiets stuit vanzelfsprekend op weerstanden. Koelega: "Niet zelden reageren mensen op vragen die wij aan de orde stellen, met opmerkingen als: 'Ik verkeer in

Het MCKS probeert de uitwisseling van ideeën tussen de kerken, en wetenschap en technologie weer te herstellen. de gelukkige omstandigheid dat aan mijn werk geen ethische problemen kleven'. Vaak komen ethische vragen pas aan de oppervlakte als er grotere verbanden zichtbaar worden, maar in bedrijven en wetenschappelijke instellingen bestaan vaak belemmeringen voor individuen om zicht te krijgen op het geheel. Soms wordt er informatie achtergehouden, soms heeft men het gewoon te druk om zich ermee bezig te houden. Wij proberen individuen te laten zien welke plaats zij in het complexe geheel innemen." In principe richt het MCKS zich op allen die op enigerlei wijze betrokkenen zijn bij technologische ontwikkelingen: technologische en wetenschappelijke onderzoekers, politici en overheidsambtenaren, ondernemers, consumenten. De beraden die het MCKS tot nu toe op dit terrein heeft georganiseerd waren echter vooral bedoeld voor technologen en natuurwetenschappelijke onderzoekers; niet omdat die méér verantwoordelijk zouden zijn dan anderen, maar omdat het MCKS nu eenmaal niet alles tegelijk kan. Het is niet eenvoudig interesse te wekken voor dit soort vragen in de besloten wereld 10

van technologie en natuurwetenschappen. Een aantal technologen kreeg tijdens een MCKS-beraad vorig jaar de spiegel voorgehouden door ir.dr. H. W. Lintsen, die zich aan de Technische Universiteit van Eindhoven bezighoudt met de geschiedenis van het ingenieursberoep. Volgens hem zijn technologen vooral geïnteresseerd in zaken die te maken hebben met 'technologie' en met 'economie'. Zij houden zich wel bezig met de sociale aspecten van hun werk, maar dan vooral in termen van 'beheersing'. Koelega heeft ervaringen opgedaan die daaraan doen denken. Zo verzocht hij kort geleden een technisch tijdschrift aandacht te besteden aan het werk van het MCKS. De reactie was heel afhoudend: 'We doen niet aan godsdienst en politiek.' Toch voelt ook de 'andere kant' zich niet altijd begrepen. Dr. G.K. Koch, onderzoeker bij Unilever, hield zijn gehoor tijdens een MCKS-beraad voor: "Werken in natuurwetenschap en technologie is fascinerend en misschien zelfs verslavend. Het is fascinerend om voortdurend aan de rand van het ontdekte te staan, om verder te komen waar anderen misschien gefaald hebben en te weten dat overal ter wereld onderzoekers met dezelfde problemen bezig zijn. Het is een ontzagwekkend bouwwerk, waarvoor je alleen, in een soort wedstrijd bezig bent voortdurend nieuwe stenen aan te dragen. Elk gesprek met vertegenwoordigers van deze vakgebieden is zinloos, als je hun beroepsenthousiasme niet kunt begrijpen." En Koch voegde daaraan toe: "Ik ben bang dat daardoor veel gedachtenwisselingen in het MCKS zijn gefrusteeerd."

A

ls theoloog begrijpt Koelega wat Koch bedoelt. "Er komen drie werelden in het MCKS samen: die van de natuurwetenschappen, van de sociale wetenschappen en de theologie. Van een cultuurverschil is zeker sprake; er bestaan wederzijdse misverstanden. Sommige technologen is wel eens gezegd dat ze maar een ander beroep moesten kiezen, omdat wat zij deden onchristelijk was. Zo'n beschuldigende vinger is volstrekt misplaatst, dat is een aantasting van de integriteit van mensen met een technologisch beroep. Aan de andere kant vinden ze

mij misschien wel 'zo'n softe theoloog'. Maar als dit soort stereotypen uit de weg geruimd zijn, kunnen gesprekken tot stand komen, die voor alle deelnemers - voor ieder vanuit het eigen vakgebied - heel verrijkend zijn. Sommigen zeggen jaren naar zoiets als het MCKS op zoek te zijn geweest." Het MCKS heeft, in de loop der jaren dat het zich met technologie en ethiek bezighoudt, zelf ook het nodige bijgeleerd. De gespreksonderwerpen waren aanvankelijk heel algemeen geformuleerd. Technologische processen werden bekeken vanuit een perspectief dat de gehele samenleving omvatte. Het MCKS pleitte voor een omkering in de relatie tussen technologie en samenleving. Niet langer zou wat technologisch mogelijk is moeten bepalen wat er in de samenleving gebeurt. In plaats daarvan zou allereerst gevraagd moeten worden welke samenleving voor de toekomst wenselijk is; de vraag welke technologie daaraan dienstig is zou daaruit moeten volgen; een ideaal dat nogal ver afstond van de dagelijkse praktijk van de technologische onderzoeker. Dat zag het MCKS zelf trouwens ook wel in. "Toch was dat meer dan het intrappen van een open deur", zegt Koelega. "We bedoelden ermee dat zo vroeg mogelijk in het kennistraject - dat begint bij de geniale inval van een professor en eindigt bij de toepassing van een produkt - de vraag naar de maatschappelijke effecten aan de orde moet komen. Het gebeurt nu al dat in fundamentele research rekening wordt gehouden met de eisen die het milieu stelt. Maar deze manier van denken heeft nog lang geen algemene instemming." Inmiddels is de benadering van het MCKS veel concreter geworden. Was vier jaar geleden de nogal abstracte vraag - 'Hoe beheers je technologie?' - het thema van een beraad, nu komen mensen aan het woord over de situatie in hun dagelijks werk en de fricties ten opzichte van hun idealen, die zich daarin kunnen voordoen. Koelega: "Je kunt de problemen waarom het gaat alleen gezamenlijk aanpakken. Je moet ze niet individualiseren, maar wél concreet maken. Pas wanneer je concreet wordt, kun je invloed uitoefenen op het beleid." D Hanne Obbink is theoloog en journalist

VU-MAGAZINE—JANUARI 1988

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 12

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's