GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 115

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 115

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

E

en optimist; zo mag je mij wel noemen, ja. Dat is m'n karakter. Maar ik signaleer ook altijd de positieve dingen; ben bepaald geen doemdenker. Wellicht ken je het Chinese teken dat het woord 'crisis' aanduidt. Aan dat teken zitten twee aspecten: dreiging en uitdaging. Ik richt me altijd op het laatste. Dat fascineert me, ook in deze tijd waarin zoveel verandert en zoveel als bedreigend wordt ervaren. Verandering betekent voor mij altijd uitdaging. Natuurlijk moet de samenleving zich niet laten overrompelen door de druk vanuit wetenschap en technologie om alles maar te accepteren wat ze daar noodzakelijk achten. Wetenschap en technologie moeten zich veel sterker openstellen voor appèls vanuit de samenleving. Je kunt dat commercieel vertalen. Zeggen: we maken zonder mankeren wat de mensen vragen. Dat is niet helemaal wat ik bedoel. De wetenschapper moet zich in het spanningsveld van de discussie durven wagen, een eigen kritisch oordeel ontwikkelen over die maatschappelijke behoefte, zich afvragen of hij die kan en mag bijpunten. Dat is interactie: niet de samenleving aansmeren wat in laboratoria bekokstoofd wordt, niet klakkeloos voldoen aan een behoefte, maar in weloverwogen keuzeprocessen maatschappelijke behoeften en wetenschappelijke mogelijkheden op elkaar afstemmen. Ook in een ander opzichtig ben ik trouwens optimistisch. Ik merk steeds vaker dat moderne wetenschappers en technologen door schade en schande wijs geworden zijn. Zij hebben inmiddels heel goed door dat ze om de VU-MAGAZINE—MAART 1989

Prof.ir. E.J. Tuininga (1936) studeerde werktuigbouwkunde in Delft, werkte in New York en Geneve als marketingmanager voor multinationals als IBM en Texas Instruments, en was tussen 1971 en 1981 verbonden aan TNO, laatstelijk als hoofd van het daartoe behorende Studiecentrum Technologie en Beleid. Thans is hij hoogleraar aan de Faculteit der Natuurkunde en Sterrenkunde van de Vrije Universiteit, waar hij leiding geeft aan de Vakgroep Algemene Vorming. Daarnaast is Tuininga actief in, onder meer, tal van energie- en milieuorganisaties. Interview: Gert J. Peelen Foto: AVC/VU

maatschappelijke aspecten van hun werk gewoon niet heen kunnen. Er is in Amerika een analyse gemaakt van de reactie van de samenleving op een aantal technologische ontwikkelingen. Die terugkoppeling is heel belangrijk geweest, in die zin dat overheden, bedrijven en wetenschappelijke instellingen ervan hebben geleerd. Ze hebben begrepen dat ze signalen uit de samenleving eerder moeten oppikken en serieus nemen. Ze zijn er eindelijk van doordrongen dat bijvoorbeeld de moderne informatietechnologie slechts kans van slagen heeft, wanneer zij zich vroegtijdig rekenschap geven van het maatschappelijk draagvlak, van de inbedding van het geheel in de samenleving. Gelukkig kom je dit inzicht tegenwoordig steeds vaker tegen; in de politiek, maar ook in industriële kringen.

H

et beeld van een professor Sickbock die zonder scrupules de ondergang van de wereld voorbereidt, raakt kant noch wal. Ook wetenschappers zélf weten zich geconfronteerd met alles wat in het verleden is

misgegaan. Dat heeft ze met de neus op hun individuele verantwoordelijkheid gedrukt. Eigenlijk vind ik dat nog de meest interessante ontwikkehng. Mijn studenten houd ik altijd voor dat er drie soorten oplossingen zijn: de overheid doet het wel, de technologie lost het vanzelf wel op, óf we moeten zélf veranderen. Ik denk dat er een mengvorm nodig is. Sommige dingen zal de overheid moeten afdwingen, anders gebeurt er niets. De technologie heeft soms aardige verrassingen in petto. Maar ik ben het vooral ook eens met oud-minister Pieter Winsemius die zegt dat bijvoorbeeld het milieuprobleem alleen kan worden opgelost wanneer we het verinnerlijken. Degene die vervuilt moet het probleem zelfleren oppakken. In wezen is dat het principe van 'methodisch bezinnen op verantwoordelijk handelen': leg het probleem, de oplossing of het voorkómen ervan, zo dicht mogelijk bij de actor.

reld. In de eerste plaats hou ik ervan bezig te zijn met jongeren; ik heb vroeger ook altijd jeugdkampen geleid. Ik voel me thuis bij deze leeftijdsgroep van rond de twintig. Een andere reden is dat ik gefascineerd ben door kennisoverdracht; ik voel me bovenal een communicator; in de avonduren sta ik tussen de schuifdeuren en doe aan cabaret, bijvoorbeeld. Niet voor niets ben ik destijds begonnen in de industriële reclame; hield ik me bezig met de vraag: hoe komt een boodschap over? Hier word ik betaald voor mijn 'optreden', zou ik bijna zeggen. Onderwijs ligt me na aan het hart. Ze zeggen hier ook wel eens: eindelijk een professor die onderwijs de hoogste prioriteit geeft. Hoe is het toch mogelijk dat instellingen die de intelligentsia van de toekomst moeten opleiden, op zó'n oudbakken manier hun onderwij sprodukten afleveren en hun kennisoverdracht organiseren?! Je houdt het niet

Ik merk steeds vaker dat moderne wetenschappers en technologen door schade en schande wijs geworden zijn,' Roep niet steeds: de overheid moet maar reguleren. Ontwikkel een systeem waarbij de actor de consequenties van zijn handelen zélf in het keuzeproces kan betrekken.

Z

e vragen me wel wat mij destijds bewogen heeft om vanuit een technologisch instituut over te stappen naar de academische we-

voor mogelijk! Het kan toch anders? Persoonlijk ben ik een voorstander van 'ervaringsleren'; kennis overdragen in reële situaties, daarvan leren studenten het meest. En als laatste antwoord op de vraag naar mijn beweegredenen: het is natuurlijk leuk om professor te worden in iets waarin je gelooft Zo simpel is dat.

5

25

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 115

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's