GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 105

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 105

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

bevangen te kunnen helpen. Men voelt zich zo schuldig dat men het er maar helemaal bij laat zitten, of vader wordt juist van hot naar her gesleept."

V

voorgeschiedenis hebben," legt Eikelenboom uit.

A

lles bij elkaar opgeteld, is wel duidelijk dat er voorlopig geen medische oplossing voor het Alzheimerprobleem te verwachten is. Daarom richt het onderzoek zich in de Valeriuskliniek op de verbetering van de diagnostiek en het verzamelen van kennis over het beloop van de ziekte. Volgens de onderzoekers een unieke invalshoek. Eikelenboom: "In de Verenigde Staten werkt men heel sterk vanuit het idee: dit probleem moet over zoveel jaar zijn opgelost. Dat hebben we ook gezien in het kankeronderzoek, toen Nixon de oorlog tegen kanker afgekondigde, omdat hij ook zijn prestige-object nodig had. Maar je kunt het probleem alleen oplossen, als de basale kennis inmiddels verworven is en je in de technologische fase bent. In Nederland overheerst dat biomedische uitgangspunt gelukkig minder en is er zelfstandige aandacht voor de vraag: hoe gaan we er in onze gezondheidszorg mee om, ook als de ziekte niet eenvoudig te bestrijden is?" Het is de bedoeling om eenvoudige testen te ontwikkelen, met behulp waarvan de huisarts een diagnose kan stellen en uitspraken kan doen over het beloop van de ziekte. In VU-MAGAZINE-^MAART 1989

een groot aantal huisartsenpraktijken zal worden onderzocht welke patiënten van boven de vijfenzestig geheugenproblemen hebben en welke niet. Daarna wordt een groep van drie- tot vierhonderd van degenen die mogelijk aan dementie lijden gedurende een aantal jaren 'gevolgd', om te kijken welke symptomen nu dementie voorspelden - en eventueel welk type - en welke niet. Daarnaast wordt onderzocht welke waarde kostbare moderne apparaten, als SPECT- en NMR-scanners voor de diagnose hebben. Een duidelijke diagnose is vooral van belang voor de partner en de familieleden van de patiënt, die als er sprake is van dementie, professionele begeleiding moeten krijgen. Want zeker in de zorgzame samenleving komen zij onder zware druk te staan, die vaak nog verhevigd wordt door schuldgevoelens. Eikelenboom: "Als de familie gaat zoeken naar de oorzaak wordt er altijd het eerst gedacht aan psychische factoren. Zoals: we zijn verhuisd en daardoor voelde hij zich in de steek gelaten. Pas na verloop van tijd wordt duidelijk dat er mogelijk van een organische aandoening sprake is. Als mensen gevangen zitten in dit soort schuldgevoelens is het vaak ook heel moeilijk voor ze om goed en on-

erbetering van de diagnostiek is ook van belang voor het tot nog toe weinig succesvolle onderzoek naar geneeesmiddelen die de ziekte van Alzheimer vertragen. Jonker: "Wil je een onderzoek naar de effectiviteit van zo'n geneesmiddel zinvol starten, dan moet je mensen nemen die in een vroeg stadium verkeren. Maar juist in een vroege fase weet je niet of iemand aan de ziekte van Alzheimer lijdt of aan iets anders. Dat betekent dat dit soort studies op het ogenblik aan één groot manco lijden: er worden mensen geselecteerd met een heel lichte vorm van dementie, maar niemand weet hoeveel van die mensen nu de ziekte van Alzheimer hebben, terwijl de preparaten op de karakteristieken van die ziekte zijn ontwikkeld."

Dr. P. Eikelenboom: 'Zodra je iets nieuws niet meer vanuit zichzelf l(an interpreteren, ga je dat vanuit het verleden doen.' Foto Bram de Hollander

Een bekend probleem binnen de diagnostiek van dementie is dat dementie depressiviteit kan veroorzaken en dat depressiviteit op haar beurt tot vergeetachtigheid kan leiden. Daardoor zou het vaak moeilijk zijn uit te maken of iemand nu aan het één of het ander lijdt. Volgens Jonker is dat echter een fabel.

'Juist in een vroege fase weet je niet of iemand aan de ziekte van Alzheimer lijdt of aan iets anders.' Als je goed naar de symptomen kijkt, is voor een psychiater de verwarring niet zo groot. Vergeetachtigheid is op zichzelf geen maatstaf, want vooral bij bejaarden gaan veel psychiatrische ziekten gepaard met een ontregeling van het geheugen en het denkvermogen. "Demente mensen zijn vaak gedesoriënteerd in de tijd en de ruimte. Eén van de verschillen is dat een depressief iemand - ook al lijkt hij alles te zijn vergeten - in een ziekenhuis bijvoorbeeld nooit de weg zal kwijtraken." D 15

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 105

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's