VU Magazine 1994 - pagina 233

universiteit spreekt profdr Wofgang Ehfeld uit Mainz een gezelschap natuurkundigen toe. O p de voorste rij de broze gestalte van emeritus-hoogleraar De Waard. Ehrfelds verhaal is getiteld '3D-Microstructures - Processes, Materials and Products' en de spreker pakt fors uit. Het allerkleinste draagt ongekende mogelijkheden in zich, zo blijkt wanneer Ehrfeld al snel over de talloze praktische toepassingen van de micromechanica te spreken komt. Zo bezien zal de micromechanica voor motoren, pompen, overbrengingen en allerlei andere apparatuur, net zo revolutionair blijken te zijn als de uitvinding van de chip was voor de electronica. De toepassingen in de medische sfeer spreken het meest tot de verbeelding. Zoals de implanteerbare pompjes die continu uiterst kleine hoeveelheden van een geneesmiddel toedienen, zodat stoffen die bij overdosering schadelijk zijn, daarmee van een potentieel gif tot een ongevaarlijk geneesmiddel worden. Suikerzieken zullen ook baat hebben bij de nieuwe techniek. En sommige blinden zullen met behulp van micromechanische technieken weer kunnen zien.

Dr. Miko EIwenspoek: "We plukken hier zelf de vruchten van onze research."

Ehrfeld noemt nog een serie andere produkten die micromechanisch te maken is. Het gaat om uiterst kleine membranen, lenzen en sensoren. Produkten dus die een oplossing zijn voor problemen waarmee wetenschappers worstelen, maar die niet direkt bruikbaar lijken in het dagelijks leven. Toch zullen al die minuscule apparaatjes die Ehrfeld toont op gev/eldig uitvergrote dia's, volgens de Duitse hoogleraar binnenkort betekenis krijgen in een veel bredere kring.

Autotechniek Nederland speelt volgens de hoogleraar vooral een rol in de ontwikkeling van micromechanica voor auto's. Sensoren en pompjes zullen de brandstofvoorziening nauwkeuriger laten verlopen en de zuinigheid bevorderen. Airbags zullen sneller op botsingen reageren met speciale sensoren. Daarnaast noemt Ehrfeld een chemisch laboratorium in zakformaat en een motor met een doorsnee van een haar als reële mogelijkheden. Die motor draait inmiddels al, aangedreven door magnetische krachten. Behalve hoogleraar in Mainz is Ehrfeld directeur van het IMM Instituut voor Microtechniek dat is opgericht als een openbaar nutsbedrijf van de Duitse deelstaat Rijnland-Palts. Het

IMM telt 120 medewerkers, die in verschillende projecten samenwerken met de industrie. I M M heeft commerciële belangen en dat is te merken aan het verhaal van Ehrfeld. "Europa," zegt hij, "heeft de slag om de micro-electronica verloren van Japan. Maar ik hoop dat we zullen winnen als het om andere microdingen [micro-things dus) gaat." "Strikt genomen," aldus de hoogleraar, "zijn we in Europa beter en sneller dan de Japanners. Maar Japanners denken commerciëler." In onze streken, zegt hij, ontwikkelen we eerst de techniek en daarna kijken ^ve wat v/e ermee kunnen doen. Dat kost tijd. Daarom zetten Japanners tegelijkertijd de afdeling marketing aan het werk. Tegen de tijd dat de Europeanen aan toepassingen op grote schaal gaan denken, liggen de Japanse produkten al in de winkel. Met dank aan de Europeanen voor hun onderzoeksinspanningen. Zo heeft Japan de slag om de microelectronica gewonnen en als we niet oppassen gaat het met de micromechanica dezelfde kant op.

Novosibirsk Ehrfeld besluit zijn lezing met het tonen van een dia waarop het netwerk van zijn bedrijf IMM schematisch in beeld is gebracht. De pijlen wijzen naar Portugal, Kreta en zelfs

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen