GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Behoort een christen in de komedie? - pagina 54

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Behoort een christen in de komedie? - pagina 54

drie pleidooien

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

56

Het ledige en holle in het leven laatste jaren, schrijft Fanny Kemble,

mijner

tante in haar mij diepen indruk. Haar lusteloosheid en onverschilligheid schenen mij, ten onrechte misschien, voort te spruiten uit den opdroogenden, vernielenden invloed van den overspannen kring, waarin zij steeds geleefd had. Deze herinnering maakte mij zoo bevreesd, dat ik eiken avond vurig bad om bewaring voor den kwaden invloed van mijn beroep. Wij gingen vaak naar tante Siddons. Telkens merkte ik

maakte op

een nieuwe verwoesting op, door den tijd in dezen prachtigen bouwval aangericht. Hoe duur heeft zij haar roem betaald! Haar beker was zoo bedwelmend, dat voor haar 't leven alle geur heeft verloren; slechts ongevoeligheid, ledigheid, verveling, matheid blijven haar nu over. Alles is voor haar dof, vorm- en kleurloos, onverschillig. Wat droevig lot! En toch, hoe werd zij eens niet bewonderd!

Verder nog

Welk een ik er

schrijft

zij

wonderlijk beroep

meer van

maar denk

,

lang mijn vader

is

't

onze

er niet aan

Eiken dag walg

!

't

op te geven, zoo-

leeft.

Mijns vaders gansche leven is onrust en moeite geweest, veroorzaakt door zijn aandeel in die ellendige onderneming van het Covent-garden tooneel. Nu zijn krachten afnemen, zie 'k hem met smart er aan denken zich weer in een nieuwen schouwburg te steken. Ik wil er „deel noch lot" in hebben. Ik zal mijn vader leenen of geven wat ik kan. Ik zal des noods voor de helft spelen van wat ik elders ontvang. Maar al maakte ik 100 pCt. ik nam niet het minste aandeel in een schouwburg, uit vrees van nog eens den dag mijner geboorte te zullen vervloeken. ,

Fanny Kemble werd geen

eigenares van een schouwburg,

Haar

en kon eindelijk haar beroep vaarwel zeggen. beschrijver

Aug.

schriften blijkt

godsdienstig

,

Graven

wijl

gemoed

zij

hoe

dat nooit een onafhankelijk het

kiezen. Hij acht het ijdel te

tooneel,

wijst er op,

tooneel

die dat zouden

die

,

verheven en

beweging

zedelijk en

kunnen

zij

fier

eigen

uit

hopen op een

den schouwburg verfoeien, en

,

levens-

haar gedenk-

uit

zal

hervormd

t^t stand brengen,

smaak

in het tooneel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881

Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's

Behoort een christen in de komedie? - pagina 54

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881

Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's