Tractaat van de reformatie der Kerken - pagina 211
DE REFORMATIE EN DE OVERHEID.
I85
noch onze vaderen, noch onze Oranjevorsten
vormers,
in
deze zon-
digden, maar veeleer dat ze met aldus breuke inden bestaanden toestand te brengen, zich van den plicht der gehoorzaamheid aan God kweten, dan is het openbaar: dat breuke met den bestaan-
den toestand, op zichzelf en zondermeer, nog zelfs
plichtsbetrachting
Waar hangt
dit
Uitsluitend
hiervan,
dan David
toestand
al
Had niet mogen
zijn
geen
zonde, veeleer
kan.
nu van af? of
zulk
niet geschiedt
uit
een
breuke
met den bestaanden
gehoorzaamheid aan
God.
Samuels openbaring gehad, zoo had hij tegen Saul optrekken. Hadde Jezus niet krachtens de gemeenschap met den Vader gehandeld, zoo ware Hem geen gezagsuitoefening in den tempel toegekomen. Hadden de Apostelen niet geweten dat ze uit gehoorzaamheid aan Gods Woord handelden, zoo hadden ze het En zoo ook hadden onze HerSanhedrin niet mogen weerstaan. vrije Geuzen niet geweten, dat hun inbreuk op Rome's vormers en wettelijk geordend gezag voorsproot uit drang om God en Spanje's meer dan menschen te gehoorzamen, zoo zou hun breuke hun tot gruwelijke schuld geweest zijn. De legitimist zegt dit dan ook, en in Engeland zoowel als in Duitschland gaan er reeds stemmen op, om zoo de Reformatie als onzen Opstand te veroordeelen. En daartoe, merkt het wel ojd, zullen onze legitimisten ten slotte ook moeten komen. Ons veroordeelende om wat ze noemen revolutionair bedrijf, zullen ze gelijk oordeel ook over onze Hervormers en onze vaderen moeten vellen. Of wel, deinzen ze, wat God geve, hiervoor terug, dan zullen ze ook hun ondoordacht en voorbarig oordeel ten onzen laste moeten herzien, en moeten zeggen: Revolutionair is niemand om het feit op maar revolutionair zichzelf, dat hij breekt met den bestaanden toestand zal hij dan eerst wezen, indien hij die breuke waagt uit andere beweegredenen, dan om God meer dan m e n s c h e n te gehoorzamen. niet
;
§
62.
Van
De vraag
de reformatie en de overheid.
ook opgeworpen en van gewicht, of aan de Overheid in het werk van de reformatie der kerken toekomt en wel met name, of de Overheid al dan niet geroepen, gerechtigd en gehouden is, „om te weren e n u t t e r o e i e n
alsdan
niet
is
aandeel
;
i
alle afgoderij en valschen godsdiens
t.''
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1883
Abraham Kuyper Collection | 240 Pagina's