Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 434
de eerste bladzijde der tweede afscheiding
;!
DE ONDERNOMEN VELDTOCHT.
416
medestrijders de morgenbeurt in de
dagen
houden van dezen inhoud: „Als onzer
eene
allicht
het
is
Het
!
liegt!... Het
„Wat
vragen:
eerste
—
Wat
zelfs
;
in die
onze
liegt in
Sneeuwt
doet het?"
doet het?" kerJceli/ke
een nadruk werd dat woord uitgesproken, dat geen vergeten zal
Het weer was
aanleiding, een voorafspraak te
hij
tegenwoordig elkander ontmoeten, dan
wij
regent het, vriest het, dooit het?
M. H.
Wester'ker'k alhier.
nam
Daaruit
veranderlijk.
zéér
„Wat wereld
zijner
het,
—
het doet?" .
."
.
Met zulk
hoorders het ooit
de veraf en hoog gezeten organist onderging de trilling
van den heiligen donder des sprekers.
Het over
liegt!''
42
Ps.
1—3
Ps. 42:
—
Deze hooggeschatte broeder
in de ZitiderkerJc
en Ps.
('s
av.
hield zijne laatste toespraak
30 October) Hij gaf
zijn
„lijfstukje"
:
43: 3—5:
„Eene onderwijzing, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ^Gelijk een hert schreeuwt
„Myne
alzoo schreeuwt
myne
God!
U, o
ziel tot
naar de waterstroomen,
dorst
ziel
naar God, naar den levenden God: wanneer zal
ik
ingaan, en voor Gods aangezicht verschijnen?
„Zend mv
licht
en uwe waarheid, dat die mij leiden; dat
den berg moer heiligheid, en
tot
„En
dat ik inga
heuging, en „
Wat
hoop
op
U
buigt
God,
Gods
tot
met de harp
u neder,
gij
ivant
ik zal
tot
altaar, tot love, o
lossing mijns aangezichts, en mijn
Niet lang
na
mij brengen
den God der blijdschap mijner ver-
God, mijn God
o mijne ziel
Hem
zij
uwe woningen
nog
en wat
!
loven,
zijt gij
onrustig in mij ?
Hij is de menigviddigde ver-
God"
de Februari -preek stond
met
hij
ambtgenooten
bijna alle
rond de geopende groeve van van Marken, in vrede en in blijdschap heen-
gegaan ook omdat
z.
i.
damsche Gemeente, de
het Classicaal Bestuur van
Vaderlandsche Kerk
Amsterdam de Amster-
gered
had.
't
Was
een der
schoonste dagen van een doodelijk voorjaar.
Den
schoonsten dag van Slachtmaand (23 November) stonden wij
lijkbaar
nen
de
van dien broeder, wel met bloemen overladen, maar nog meer met tra-
overstelpt.
Wel was
in de
Lokalen
zijn
dood verkondigd geworden
vloek van den Almachte ter verheerlijking van het ook door volgde, ware,
uitverkorene,
en
dierbare
volk
menigeen op den Godsakker dan ook durfde naar
bij
daar nu lag
te
rotten,
en
te
hem wreed
des Heeren, in wiens
te zeggen,
als een
ver-
naam
dat die Godlooche-
branden in de Hel, zoodat krachtige
•
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's