GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de diepte - pagina 313

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de diepte - pagina 313

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

307

Het licht der openbaring en der verlossing was over dit volk reeds opgegaan in het paradijs, en had door de weerkaatsing zijner stralen van de maan der wetsinstellingen en van de sterren der profetie bet beschenen, van het uur zijner stichting. Jehova had dit volk zeer beweldadigd; maar Hij had zijne blijdschap niet groot gemaakt; zij zouden nochtans blijde wezen voor zijn aangezicht, gelijk men zich verblijdt in den oogst, gelyk men verheugd is, wanneer men den buit uitdeelt; want in de volheid der tijden zou God den Messias, zenden; in Hem zouden zij de Zon zijn eeniggeboren Zoon der hun geschonken heilsopenbaring zien de Bron van alle heillicht, het doel van heel hun volksbestaan, in wien alle volken der aardo zouden gezegend worden. Tot dit volk nu worden ook de uitverkorenen uit het land van de schaduwe des doods door het Licht, dat over hen is opgegaan, vergaderd; zij worden, sedert ze door geboorte uit God bij Gods gunstvolk werden ingelijfd, onafgebroken door de Zon der gerechtigheid beschenen. Zij kunnen nu in de duisternis nooit meer op hun gemak zijn, nimmer meer in vrede wonen; maar wel, en dat dikwerf tengevolge van het licht, dat hen bestraalt, gelijk het oude Israël in duisternis ,

wandelen.

Het is wen, het

niet alleen

genade van God

zijn licht te

aanschou-

eene vrucht van Christus Middelaarswerk, als we bij zijn licht onze duisternis leeren kennen. Door dikke en zware nevelen van zonde en schuld voelt de begenadigde zondaar zich omringd en nedergedrukt, als hij door den Heiligen Geest aan zichzelven ontdekt wordt in het licht van Gods vleklooze heiligheid en onkreukbare rechtvaardigheid, zoolang hem de geloofsblik op het eenig en eeuwig geldend zoenoffer in Christus wordt onthouden. Hoe belast en beladen gaan Gods ellendigen over den weg, als ze zich wel de grootste der zondaren weten maar nog niet durven gedat hun barmhartigheid is geschied. Rusten kunnen looven ze echter in deze duisternissen en diepten nooit. Zij wandelen, zijn steeds in beweging, slaan dikwerf by- en zijpaden in, vinden overal duistere teleurstelling, totdat de groote Morgenster over hunne zielen opgaat, en het God behaagt zijn Zoon in hen te openbaren. In de duisternis wandelen ze dikwerf nog, nadat reeds menige ster met heilbelovende vertroosting hen heeft toegeblonken want ofschoon deze sterren bij nacht hun den komenden het wordt geen dag in de heilbegeerige dageraad prediken ziel, vóórdat ze het groote licht, de Zon der gerechtigheid is

ook

,

,

;

,

zelven

ziet.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's

Uit de diepte - pagina 313

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's