Locus de Consummatione Saeculi - pagina 176

174

College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

Luk. 12

:

32.

Dat

we

als

vinden

bij

De Heere beschouwt dezen

Israël gesproken.

is tot

als losse indivicku' n,.

maar

als

een organisch geheel.

niet

We hebben hier hetzelfde,

Jesaja „bind de getuigenis toe en verzegel ze onder mijne

leerlingen."

Diezelfde gedachte

ligt

ook

bekende uitspraak van

in die

„Velen

-Jezus

zijn

geroepen, weinigen uitverkoren." Dat slaat op Israël! Terwijl de Heere de stelling, dat de heidenen de prioriteit hebben, uitspreekt

deze

in

eveneens algemeen

„Velen laatsten

den:

bekende en insgelijks verkeerd begrepen woor-

zullen

de eersten zijn; en velen eersten de laatsten.

En ook „de heidenen zullen u voorgaan in het koninkrijk der hemelen." Deze woorden krijgen hierdoor alleen hunne signatuur, nu ze gezet zijn in de historische

lijst.

we

derhalve Jezus' prediking en optreden saamvatten, dan bemerken we, dat de Heere tot Israël niet met een hard oordeel komt; Hij weent zelfs over Jeruzalem. Doch al die zachtheid en teederheid verlamt geen oogenblik de strengheid, het recht van Zijn oordeel. Wie Hem niet aanneemt, die gaat verloren. Voor de individuen en voor den volksstaat geldt dezelfde regel.

Als

En

daarbij

nu profeteert de Heere, dat

zich den dood aan

Hem

Hem

zij

niet zullen

aannemen, maar

zullen eten.

Op den Pinksterdag valt dan ook onmiddellijk het Joodsche karakter weg. meer het Hebreeuwsch is de taal der openbaring; neen, allen hooren ten gevolge van het wonder der talen in hunne eigene taal de dingen Gods verkondigen. Het Israelietisch karakter der kerk wordt daarmede opgeheven Niet

en de wereldkerk gaat

in.

De verkondiging van het Evangelie van het koninkrijk der hemelen, die van nu af door de apostelen plaats heeft, geschiedt dan ook aldus: zij gaan uit vayi de Joden, maar als onder dezen de last is neergelegd, wenden zij zich En als zij nu uit de heidenen bekeerlingen maken, dan gaan tot de heidenen. dezen niet naar de synagogen; maar zoowel de christenen uit de Joden als die uit de heidenen breken met de synagoge en gaan samen onder elkander vermengd, in eene aparte kerk leven. (Cf. het visoen van Petrus, het laken met het vat, rein en onrein door elkaar). Ze spreken

dit

ook

uit;

let

b.

v.

op

1

Thess. 2

14,

:

ontzettende uitspraak. De Joden worden geteekend als Toug idiüvg Zij

TiQOfpTjxcii

v.cc\

zij

de kerk.

bovendien,

dat

zij

Dit

is

eene

hebben ook Jezus gedood en van

En daarom Seê

welbehagen, geen lust aan hen;

verhind(:'i-en

16.

rjuccg i-AÖtcó^avtsg.

hebben dus hunne eigen profeten,

dat tijdstip af vervolgen

geen

15,

ccitov.zBïvavxeg 'irjaovv kuI

zij

zijn

de zaligheid tot

ui]

ccQta^ovteg;

God

heeft

ook allen menschen tegen; zij de heidenen komt. En dit alles

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen