GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Locus de Consummatione Saeculi - pagina 266

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Locus de Consummatione Saeculi - pagina 266

College-dictaat van een der studenten

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

264 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

beweerden, dat de opstanding aireede geschied was. In de eerste cliristelijke Icerk kwam dus reeds dit sj)lrltuaUstische gevoelen op. Het grondde zich op de uitspraak van Johannes „wij weten, dat wij uit den dood zijn overgegaan in het leven." 15

Cor.

1

:

12

wijst

datzelfde

op

verschijnsel

zelfde dwaling, ongetwijfeld tengevolge

;

in

Corinthe heerschte die-

van de omstandigheid, dat

er

sommigen

gevonden werden, die medegingen met de Platonische philosophie. Luk. 20 27 en Acta 23 6 melden, dat ook in de laatste dagen van het Oude Verbond de Sadduceën de opstanding in geestelijken zin opvatten. Diezelfde gedachte wist steeds in de christelijke kerk heerschappij te ver:

:

krijgen en

wel 90

nu nog,

onder,

die

als

men

niet

100 menschen bij elkaar neemt, zijn er voorzeker met de opstanding des vleesches rekenen, maar de

voorstelling hebben, dat de ziel

na den dood voor eeuwig naar den hemel gaat.

deze door het Rationalisme gekweekte voorstelling voegde zich in den laatsten tijd een nieuw e\emeA-iti. w. de pantheïstische philoso})hie, die zich sdtoos bewoog tusschen de twee polen „stof en geest" en zich bezighield met de Bij

om deze beide te vermengen en te verbinden. Toen deze philosophie weer macht en invloed kreeg, heeft zich èn de theosophie èn de Vermittlungstheologie opgemaakt om deze pantheïstische voorstelling van het proces der vermenging van stof en geest ook op de theologie en met name op de eschatologie toe te passen. En zoo werd de opstanding des vleesches wel weer hersteld; doch. als men onderzoekt, uit welk motief dit voortkomt, dan ontdekt men niet een motief, aan de Heilige Schrift ontleend, maar een, dat poging

opkomt op

uit

dien

eene wijze,

pantheïstischen ader.

welke

Immers zij verklaren die opstanding met de Schrift, doch overeenstemt

geheel in strijd is

met de pantheïstische theosophie. Van ziel en lichaam te spreken is volgens deze theorie onzin. Dat zijn niet twee substantiën, maar één; het eene komt voort uit het andere, het lichaam eigenlijk uit de ziel. Hunne tweede thesis is dan natuurlijk: de dood maar bij den dood gaat er een is geen scheiding tusschen ziel en lichaam; geen lichaam het graf in en de ziel heeft aan zich een heel klein, psychisch-pneumatisch soma, een „Nervenleib," waarmede de ziel weggaat. Die ziel komt dan weer langzamerhand tot eene zekere gedaante, dat Nervenleib ontwikkelt zich door een voortdurend proces. Er is dus niet ééns eene Kvüaraaig, maar er is altijd en ziehier hunne derde thesis door eene ccvaaraaig tav vsKQmv, zoodat men begint op te staan van af het oogeblik, dat men sterft. De opstanding is eene motio perpetua et snccessiva; of liever: het Nervenleib ontwikkelt zich zeer langzaam en de opstanding is

hoop

stof,

onzichtbaar,

een

naam

voor dat altoos voortdurende proces.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's

Locus de Consummatione Saeculi - pagina 266

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's