E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 476
Derde deel
478
XXXIVa. hoofdstuk
ZOND.
achteraan plaatsen van de Tien geboden
is
IV.
door den Heidelberger met voor-
bedachten rade geschied en had een afzonderlijke bedoeling.
Welke deze bedoeling was, kende ook de Heidelberger ten Christus
tot
en
is,
Wet ons
volle, dat de
dat het in zooverre
Lnther deed, eerst
^
niet moeilijk in te zien. Natuurlijk er-
is
heel den eisch der
volkomen
Wet
een tuchtmeester
rationeel was, gelijk
en daarna tot
uit te leggen,
de Verlossing te komen. Maar Ursinus en Olevianus doorzagen uitnemend
waan gevoed Wet had. Het was dan
wel, dat door zulk een wijze van behandeling de verkeerde
werd,
een kind van God dan nu ook eens voor goed van de
alsof
met de Tien geboden uitstaande
af was, en niets meer
Van Mozes kwam men op
eerst Mozes.
vaardigd
aan wilden hoe
men naar
zijnde, leefde
geleid heeft,
waarin een (behalve
leiden, gelijk er dit feitelijk in Duitsche landen toe
om
het geheele Oude Testament allengs in onbruik te bren-
een nieuwen. godsdienst te stempelen,
religie tot
Wet
zou
zijn.
De Wet had nu eenmaal
haar strekking voor de ongeloovige wereld,
rechtigheid
in stand te
of doel:
om
om
burgerlijke ge-
houden) voor de uitverkorenen tweeërlei gebruik
den onbezonnen mensch tot de kennisse zijner ellende
hem
brengen
en
voor
verlosten
de
hier-
medeplichtig worden. Ze gevoelden uitnemend wel,
iegelijk zich zelf ten
lo.
En
moest
en de Christelijke
gen,
in Christus gerecht-
niet
ze
dit er toe
En
Christus.
de vrije inspraak des Geestes.
zoo
een
tuchtmeester tot Christus
te zijn;
en
te
om
20.
regel des levens te wezen. Bij breeder opvatting
een
had er dus eigenlijk een dubbele uitlegging van de Wet moeten volgen: lo.
om
een uitlegging van de Wet,
te leeren verstaan;
en
20.
ons in
alle
bijzonderheden onze ellende
eene uitlegging
om
ons in allerlei bijzonderhe-
den den regel des levens voor Gods kinderen aan
nu eenmaal
niet.
Men kon
ééne behandeling moest óf
dit afloopen.
met Luther de wet wel
niet als regel des levens
als
die
Maar
dit
ging
En zoo stond men dus voor de
keuze,
tuchtmeester tot Christus, maar dan ook
voor de Christenen te behandelen
het laatste den nadruk te leggen, en het eerste
Voor
te bieden.
Catechismus, die in 52 Zondagen moest
geen dubbele behandehng van de Tien geboden inlasschen. Met
afloopen,
om
in een
;
óf wel
om
op
meer principieel af te doen.
keuze nu staande, oordeelden Ursinus en Olevianus, en de Gere-
formeerde kerken hebben hieraan haar zegel gehecht, dat het ker, dat het practischer, dat het
de breedere
behandeling van de Tien geboden
heid te nemen. Hiermee Leerstellig
laat
zijn voorbeeld
zijn
is
profijtelij-
meer de godzaligheid bevorderlijk was, bij
om
de leer der Dankbaar-
de keuze die Luther deed dus niet veroordeeld.
keuze zich
zelfs zeer
goed verdedigen, gelijk Calvyn
dan ook aanvankelijk gevolgd
is;
maar voor een
practisch
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's