GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de schaduwe des doods - pagina 47

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de schaduwe des doods - pagina 47

meditatien voor de krankenkamer en bij het sterfbed

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

;

39

om

zich tot den levenden God, eens voor altijd, met heel hun hart en heel hun ziel te bekeeren. Op dezulken heeft God eertijds door zulk een plage zeer sterk ingewerkt, en lang niet zoo klein is het aantal van deze geestelijk geborenen, maar nog altoos geestelijk slapenden, die in zulke dagen van ernst opeens het vuur in hun beenderen voelden branden, en niet langer konden weerstaan, als er geroepen werd: „Ontwaakt, gij die slaapt, en laat Christus over u lichten!" Dat deed dan wel die ziekte niet, want noch cholera, noch typhus, noch influenza kan ooit iemand tot bekeering brengen. Bekeering gaat altoos door het Woord, dat als een hamer eindelijk het steenen hart in ons verbrijzelt. Maar wat zulk een plage wel kan, is den slag van dien hamer versterken, en maken, dat het Woord ons sterker Tjangrijpt, er dieper bij ons ingaat, en een wezenlijker indruk bij ons achterlaat. En zoo nu gaat ook thans weer in de heerschende plage een roepstem tot alle wedergeborenen maar nog onbekeerden in ons midden uit, dat ze hun zielsoog dan eindelijk toch eens voor de hoogheid van hun Bonds-God ontsluiten zullen dat ze een einde zullen maken aan dat willoos hinken op twee gedachten; dat ze dan nu eindelijk toch tusschen den dienst der wereld en den dienst van Jezus kiezen zullen en dat ge, heden terwijl gij zijn stemme nog hoort, zult opstaan en tot \iw Vader gaan, en zeggen „Vader, ik heb gezondigd tegen den hemel en tegen U !" In dat eindelijk tot bekeering komen van wie reeds zoolang hun bekeering uitstelden, moet ook nu de plage van Gods hand vrucht voor de eere zijns Kaams dragen. ;

:

En

wee, wee Gods kerke, zoo die rijpe vrucht uitbleef.

Doch Ook

er is meer.

hen, die hun eerste bekeering reeds achter zich hebben, komt in deze plage een zeer ernstig vermaan. Het is toch onwaar, dat op een eerste bekeering altoos een gestadig toenemen in stille godsvrucht volgt. Dat kan men wel zoo beredeneeren en zoo voorstellen, maar het is niet zoo. Veeleer is zoo gestadige tot

vrucht van de eerste bekeering uiterst zeldzaam. Immers bijna de gewone regel is, dat er, zoodra er eenige tijd na de eerstQ, bekeering verloopen is, een onzalige verkoeling intreedt; en dat men in het besef, dat de zake zijner zaligheid nu afgedaan is, weer half indommelt en zich gewennen gaat aan een halfslachtig leven, zoo half in het vrome maar ook half in het zondige. Als ging het tusschen God en onze ziele op een onheilig accoord. En juist op zulke zondige toestanden onder Gods volk kan zulk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's

In de schaduwe des doods - pagina 47

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Abraham Kuyper Collection | 316 Pagina's