Zions roem en sterkte - pagina 213

VAN HET KENMERK DER WARE EN VALSCHE KERK.

205

huns levens, nemende gestadiglijk hunne toevlucht tot het bloed, den dood, het lijden en de gehoorzaamheid des Heeren Jezus, in denwelken zij vergeving hunner zonden hebben, door het geloof in Hem. Aangaande de valsche kerk, die schrijft zich en haren ordinantiën meer macht en autoriteit toe dan den Woorde Gods, en wil zich aan het juk van Christus niet onderwerpen ; bedient de Sacramenten niet, gelijk Christus in zijn Woord verordend heeft, maar zij doet daar af en toe, gelijk als het haar goed dunkt ; zij grondt zich meer op de menschen, dan op Christus ; zij vervolgt degenen die heiliglijk leven naar het

zij

Woord Gods, heid en

en die haar bestraffen over hare gebreken, gierig-

afgoderijen.

en van eikanderen

te

Deze twee kerken

zijn lichtelijk te

kennen

onderscheiden.

[Wij gelooven, dat men wel neerstdich ende met goede voorsichwt den woorde Gods, behoort te onderscheyden, welcke de ware Kercke zy : aengesien dat alle secten, die huyden-daechs in Wy en de werelt zyn, haer met den naem der Kercke bedecken. spreken hier niet van het geselschap der Hypocriten, de welcke in de Kercke onder de goede vermenght zijn, ende hier en tusschen van de Kercke niet en zyn, hoewel sy na den lichame in deselve zyn : maer wy segghen dat men het lichaem, ende de gemeynschap der ware Kercke onderscheyden sal van alle secten welcke segghen datse de Kercke zyn. De merck teeckenen om de ware Kercke te kennen, zijn dese : So de Kercke de reyne Predicatie des Evangelij oeffent : indien sy ghebruyckt de reyne bedieninghe der Sacramenten gelycse Christus inghestelt heeft : so de Kerckelicke tucht ghebruyckt Cortelyck, so men hem aenstelt wert, om de souden te straffen. na fiet suyver woort Gods, verwerpende alle dinghen die daer teghen zyn, houdende Jesum Christum voor het eenighe hooft. Hier door can men sgkerlyck de ware Kercke kennen : ende en staet niemant toe, hem daer van te scheyden. Ende aengaende de gene die van de Kercke zyn ; die kan men kennen uyt de merckteeckenen der Christenen ; te weten, uyt het gheloove, ende wanneer sy aengenomen hebbende den eenen Salichmaker Jesum Christum, de sonde vlieden, ende de gherechticheydt na jagfien, den waren Godt ende haren naesten lief hebben niet af en wijeken noch ter rechter noch ter slinckerhant, ende haer vleesch cruycighende met synen wercken. Also nochtans niet als of daer noch geen groote swackheydt in haer en sy, maer sy stryden daer teghen door den geest alle de dagen hares levens, nemende gestadelick haren toevlucht tot het bloedt, de doodt, lyden, ende gehoorsaemheyt des Heeren Jesu, in den wekken sy vergevinge harer sonden tiebben, door fgeloove in hem. Aengaende de valsehe Kercke, die schrijft haer ende hare ordinantiën meer macht ende authoriteyt toe, als den woorde Godts ; ende en wil haer het jock Christi niet onderwerpen : sy bedient de Sacramenten niet, gelyc Christus in syn woordt verordent heeft : maer sy doet daer of ende toe, gelyck ticheyd,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen