Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 66

RECHTSOPENBARING

58

HET ORGANISCH LEVENSBESTAND.

IN

Het begrip van recht onder menschen dankt dan ook eeniglijk aan het

dat van dit alles juist het

feit,

opkomen

zijn

omgekeerde zich aan

ons voordoet. Zonder overdrijving toch kan gezegd, dat onder menschen in het gemeenschappelijke menschelijk leven niets hoegenaamd gelijk

De

is.

zegswijze, van de twee bladeren aan eenzelfden boom,

ook hier

die nooit gelijk zijn, vindt

en mensch en

talent,

naar

volkomen toepassing. Mensch mogendheid

en levensduur, naar welstand en welvaren, naar

leeftijd

zoo wat bodem

woonplaats,

zijn

ongelijk, naar lichaam en naar geest, naar

is

wat het bestand van

wat klimaat

als

En

leven uitmaakt.

zijn

viduen niet naar één model gevormd

zijn,

kortom

in alles,

niet alleen, dat

de indi-

betreft,

maar, ook afgezien hiervan,

staan ze niet als in een beeldengalerij, los van elkaar naast elkander,

maar krachtens het geboorterecht in betrekking, en zoo natuur

den

gedurig

een

Waar niet

of

nood des levens brengen

vaster verbinding met den ander.

in

maar

vast werken, gelijk de raderen van een machtig

en

automatisch

werktuig,

mensch met andere menschen

derde plaats dan nog bijkomt, dat deze verhoudingen

de

in

losser

in

staat elk

als neiging, en

dat

om

aan het rad van

die

zijn

den mensch een eigen zin en wil opkomt,

er in

eigen leven die stuur en die actie te geven,

zijn

Voeg

begeerte wenscht.

hier

nu

bij,

dat in ons tegenwoordig

menschelijk leven de zonde rusteloos woelt en doorwerkt, en er steeds

op

uit

is,

om

verhoudingen schier

zich

opdringt,

neerkomt op

elk

plaats

punt

schuiven,

te

de

en ge voelt aanstonds, hoe

vraag naar recht,

d.

i.

hoe

't

en het afkeurend oordeel over wat niet zoo

wraking van

rechtsregelen

gestelde

normale verhoudingen egoïstisch werkende

de

de

in

op

hier

die

voor

regelen

hierbij

voorhands

hondt,

nemen we

zooals

God

't

onrecht.

doch

instelt,

evenzoo

onbesproken. Recht

het

instelt,

ten

In in

het

deele

doen kan, en de

handhaven kan,

in

blijve

betoog, dat ons thans bezig

zijn volstrekten,

alomvattenden

en zooals het in Zijn vierschaar,

en krachtens Zijn gezag

mag,

zijn

Het probleem van de overheid,

dit slechts ten deele

slechts

zijn moet,

zin,

namens Hem

absoluten zin geldt.

Methet oog hierop nu het menschelijk leven onder vizier nemend, komen we te staan voor de alom bekende vraag, wat we aan ons zelve, aan God, aan onzen medemensch, aan de dieren en aan de verschuldigd

zijn.

Vijf

stoffelijke

voorwerpen

rechtsproblemen, omdat deze wereld wel eerst een

chaos of wilde bajert was, gelijk er dan ook staat

:

„De aarde nu was

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen