Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 4
met nadere toelichting op Ons program. Eerste deel. De beginselen.
VIII
onze vaderen mij
van
prijsvraag
een
goedgekeurd antwoord inzond die
vaste
tot
en
niet gelet,
mijn levenskeus eerst door
beslissing.
het
was de hoogleeraar de wagen zou. Die
mij op aandrong, dat ik een antwoord
nu
liep
Calvijn
vanzelf
16e eeuw zoo
bij
daar Kerk en Staat
thuis, en
Calvijn
ik
de
nauw saamhingen,
innig
op zekere hoogte, naar het politiek
toen, tot
Maar ook zoo ontbrak leven.
en van
Ik bleef theoloog
om wat
nog
toch
alle
Vries, prijs-
den Poolschen
Lasky, gemeenlijk Johannes a Lasco genoemd.
Ivan
geleerde
van
over het kerkbegrip
waarop ik een Zelf had ik op die
faculteit,
bij
er
vraag
kwam
Toch
Groninger theologische
de
prijsvraag ganschelijk
trokken Schweizer en Scholten
eeuw bestonden,
16e
de
in
vanzelf het sterkst aan.
als
Zoo kwam
in de opvatting
van
lokten mijn studiën mij reeds terrein.
aanraking met het politieke
zonder meer, en voelde nog geen de minste aan-
16e eeuw onze vaderen op politiek gebied bezielde, te Van Groen van Prinsterer had ik nog nimmer iets gelezen, en het sterkst nog sprak mijn politieke neiging zich uit, toen ik in 1853 voor de actie tegen de Bisschoppelijke hiërarchie letterlijk opvlamde. Zelfs te Beesd ging van mij als predikant geen andere actie uit dan in conservatieve richting. Het is dan ook niet anders dan het contact met het leven, dat nog in de dusgenaamde Nachtschool ritselde, waardoor ik de ondoendrift
in de
doen herleven.
lijkheid inzag, eenerzijds
en anderzijds
om 1789
om
in
risch-politieke lijn te kiezen.
en
ook
theologie en politiek van elkander te scheiden,
plaats van 1578 als uitgangspunt voorde histo-
Het waren
gaven.
leven
Dit contact
„Gezelschappe n", met hun gen had men nog een eigen politiek
politieke
klaarste
als
leven licht
die
in
medegegaan. sterdam
kringen
destijds,
verjongde
innerlijke
kunnen.
vermaan.
Alleen
één.
te
verjongen,
maar
verouderen.
te
over ontstak, geraakte
Dibbets,
uit het overblijfsel der
litteratuur, en die litteratuur
met het aloude
toch
uit
zijn
was ook
sprak nog theologisch
scheen het theologisch-
Wat Owen tijd; en al hij
met
er nog als 7 had Alexander
zijn tijd te
Bechthold en Kühler, het driemanschap dat
weinig
Am-
te
met Grosheide, onze stoere Gereformeerden nog poogde
redden, spraken het telkens weer
vooral
kwam
breeden aanhang. In die Gereformeerde krin-
onafscheidelijk
Comrie het pogen
te
van den Reveil,
niet de Supranaturalistische vindingen, die mij dit contact
historische
en
niet de bezielingen
uit,
dat er verheldering van inzicht en
toepassing noodig was,
zou de kern van ons volk
zijn
kracht ook in de nieuwgeboren toestanden onverzwakt behouden
Ons
Calvinistisch volk toch is nimmer tevreden geweest met stichtelijk Het heeft nimmer kunnen rusten, eer het zich sterk gevoelde in een
eigen levens- en wereldbeschouwing, gelijk die met breeden uitslag in
Woord geteekend
lag.
Reeds
in
Gods
de dagen van Dordt was deze kern van ons
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's