Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 45

DR.

KUYPER PREDIKANT.

23

zoo grootelijks in de minderlieid was en niet zoo ten eenenmale op een overwonnen standpunt stond, dat zulke vrees door niets was gewettigd, werd door hem geantwoord, dat deze partij iiare beteeniet

kenis eenig en alleen ontleende aan het

feit,

dat

zij

de uitdrukking

was van hetgeen nog onbewust in het volk leefde. Dr. Hoedemaker was daarbij tegenwoordig;

dit woord, toegemeente opgedaan, gaf hem stof tot nadenken. De doopquaestie bleef intusschen aan de orde. Wel scheen het dat dit een punt zou worden, waarop alle nuanceeringen der orthodoxen zich zouden vereenigen. Een vergadering werd te Utrecht daarover belegd, In de Kapittelkamer van de St. Janskerk zag

gelicht door ervaringen in de

Doedes en Kuyper, van Toorenenbergen en Van Oosterzee en Buitend k, Groen van Prinsterer en Van Wassenaar, ja wie al niet vereenigd. men Vos,

ij

„De vergaderingen spelden geen kwaad" schreef Dr. Hoedemaker. En toch als een zeepbel spatte alles uiteen en de ervaring bewees ook mij, dat men voorgoed had af te zien, om

—

eenheid en vrede te zoeken door het verzwijgen der waarheid, die de Heilige Geest Christus Gemeente, in den loop van 18 eeuwen, uit

het

Woord had

geleerd."

Het was in dien tijd, dat Dr. Kuyper aan Dr. Hoedemaker de vraag stelde: „Hebt gij den moed om naast mij te staan voor dit beginsel?

Wij zullen verguisd worden door de broeders. Men zal

ons verstoorders van den vrede noemen, ons uitspuwen en zoeken af te maken maar met Gods hulp kan dit ons redden van het woelen der partijen. Het volk zal bijvallen en ten slotte komen zij, wien het hooren van de leus „Gereformeerd" de schrik om het hart sloeg, ook zelf tot ons. Ik zie geen anderen weg".

Dr. Kuyper heeft, gelijk als op Dr. F. L. Rutgers en ook op Dr. H. B a V i n c k en zoovele anderen, ook invloed uitgeoefend op Dr. Hoedemaker. Toch duurde het nog geruimen tijd, eer deze, ten opzichte van de Belijdenis, positie nam, waar Dr. K u y p e r

toen reeds stond.

meende in

Jammer

zich tegen Dr.

de eerste plaats de

als ideaal

In

dat er een oogenblik

Kuyper

te

moeten

kwam, dat Dr. H. omdat deze

stellen,

Kerk wilde, terwijl Dr. aan de nationale Kerk vasthield. vrije

Hoedemaker

den apologetischen arbeid der Utrechtsche School geen

ziende en met de Ethischen niet kunnende

saam werken,

heil

besloot

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen