GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 155

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 155

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

ap VALVAS 9 NOVEMBER 2006

O P I N I E / R E C E N S I E

PAGINA 1 1

Universitaire studentenraad over hoger onderwijsbeleid

'Gevolgen van nieuwe wet kunnen desastreus zijn' De nieuwe Wet op het Hoger Onderwijs en Onderzoek (WHOO) dwingt studenten om egoïstisch en kortzichtig te studeren, vindt de studentenraad. Een opinie.

Usr over leerrechten De leerrechten zijn een onderdeel van de nieuwe Wet op hét Hoger Onderwijs en Ondenoek. Ze omvatten een plan om studenten maar voor vier jaar (plus een jaar uitloop per diploma) het recht te geven om een 'laag* collegegeld te betalen en normaal te kunnen studeren. Zijn de leerrechten op, dan mag jouw unhrersiteit zelf bepalen hoeveel collegegdd ze je gaat vragen als je je studie nog niet hebt afgemaakt De bedragen per jaar kunnen dan oplopen tot meer dan tiendnizend euro. Trjdens je studie jezelf kunnen ontwikkelen, zit er dus nog slechts in voor de studenten met geM. De ex-staatssecretaris Rutte heeft hier wel een oplossing voor: de torenhi^e studieschuld. Rutte: "Ik wil niet dat studenten hun tijd verdoen met een bijbaantje: staidenten hebben te veel angst voor het lenen. Een studie is voornamelijk een Investering in jezelf. Hier willen mensen geen studieschuM opbouwen, terwjjl daar in Amerika niet van wordt oi^ekeken." De gehele wet WHOO waar de leerrechten aan gekoppeld zijn, is nog niet aangenomen. De kans op doordrukken bestaat onder Balkenende Hl. Een noodwet schrüven is een andere optie die al wei genoemd is. De afloop is onzeker, maar de hoop op terugdraaien is minimaal.

Bij het voorstel voor de nieuwe Wet op het Hoger Onderwijs en Onderzoek (WHOO) draait het allemaal om commercialisering van het onderwijs. Universiteiten en hogescholen schieten op deze manier hun doel voorbij. Een universiteit is immers verplicht om goed onderwijs te leveren en heeft een belangrijke wetenschappelijke verantwoordelijkheid. Een onderwijsinstelling zou de kostbare tijd van haar medewerkers niet mogen gebruiken om haar concurrentiepositite te versterken door marketing en economische maatregelen, die vaak ten koste gaan van de student. Door de eis van de overheid om marktgericht te werken, komt de kwaliteit van onderwijs en onderzoek dus flink in het gedrang. De eerste prioriteit van onderwijsinstellingen zal komen te liggen bij het sluitend krijgen van de begroting. Kleinschalig onderwijs wordt als eerste de dupe. De opleidingen in talen, theologie, filosofie en ook enkele maatschappelijke opleidingen moeten nu al vechten om het hoofd boven water te houden. Met de komst van marktwerking in het onderwijs zullen deze kleme studies en opleidingen de concurrentieslag niet meer kunnen maken. Een beangstigend beeld, zeker als je bedenkt dat juist taalstudenten de docenten van de toekomst zullen worden» Tevens speelt de derde geldstroom een steeds grotere rol: bedrijven kurmen onderzoek aanvragen en bekostigen. Soms gaat dat zover dat een bedrijf besluit na gedaan onderzoek de resultaten ervan niet te publiceren. Vaak zijn dat onderzoeken in de farmaceutische industrie. Om even aan te geven hoe gevaarlijk deze ontwikkelingen zijn: negatieve gevolgen van sommige medicijnen zijn wel onderzocht, maar niet bekendgemaakt. Behandelaars zijn niet op de hoogte. Bedrijven nemen dus risico's met onze gezondheid!

Zesjescultuur Voor de studenten betekent de WHOO dat ze vooral snel moeten studeren. Nu al zijn de klachten over de zesjescultuur niet van de lucht, toch wil de overheid dat studenten zich nog minder gaan bezighouden met verdieping of verbreding. Het kost studietijd die er niet meer is. Om studenten sneller te laten studeren, is er een aantal maatregelen in het wetsvoorstel opgenomen. Voor nieuwe studenten geldt er een bindend studieadvies. Heb je na twee jaar niet je propedeuse, dan mag je vertrekken. Streng, en waarschijnlijk niet erg rechtvaardig. Beginnen met studeren betekent toch voor eenieder

Rian Hagebeuk: 'Jezelf ontwikkelen zul je buiten je studietijd moeten doen' een hoop veranderingen: een andere woonplaats, voor het eerst op jezelf wonen, nieuwe mensen leren kennen, een zoektocht naar wat je in de toekomst wilt gaan doen. Dat verloopt niet voor iedereen even vlekkeloos. Een maatregel die je later in je studie zult tegenkomen bij de invoering van de WHOO, is

de Harde Rnip. Die houdt in dat je niet mag doorwerken aan een mastertraject als je je bachelor niet volledig hebt afgerond. In Den Haag denkt men dat dit studievertraging tegen zal gaan omdat je gedwongen wordt eerst een diploma te halen voordat je verder mag. Dit lijkt op het eerste gezicht valide, echter

Recensie

Wetenschappelijk opvoeden In 1931 g i n g h e t P a e d o l o g i s c h I n s t i tuut o p e n i n A m s t e r d a m . I n e e r s t e uistantie w a s e r plek v o o r z o ' n t w i n tig kinderen m e t p r o b l e m e n , e r z o u den er n o g h o n d e r d e n v o l g e n . H e t i n stituut b e s t a a t 75 jaar, w a t g e b e u r d e daar allemaal? DIRK DE HOOG

Een zesjarig jongetje met het syndroom van Down dat nog niet kon praten, was een van de eerste patientjes van het Paedologisch Instituut. Hij bleek doof te zijn. Dat had nog niemand eerder ontdekt. Het is een prima voorbeeld van wat de oprichter van het Instit u t Jan Waterink in 1931 voor ogen stond. Een centrum waar op grond van wetenschappelijke inzichten kinderen met opvoedingsproblemen onderzocht en behandeld konden *wden. Waterink, van oorsprong theoloog. Was m 1926 tot eerste hoogleraar psychologie en pedagogiek aan de VU benoemd. Op''^erkelijk is dat juist hij dit voor Nederland

en zelfs Europa unieke instituut stichtte. Hij vond de toen gangbare pedagogiek te moralistisch en te weinig wetenschappeUjk-empirisch van aard. Een van de dingen die hij invoerde, was het gebruik van gestandaardiseerde testen voor kinderen. De ontwikkelingen binnen het instituut staan beschreven in Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen, dat vorige week is verschenen onder redactie van Marjoke Rietveld-van Wingerden, historisch pedagoog aan de VU. Verschillende auteurs belichten belangrijke episoden uit het bestaan van het instituut, waar kinderen behandeld werden én naar de eigen school van het instituut konden. Waterink was dan in zijn tijd misschien wel modem, hij was ook een echte VU-man. Zo stond op vloeken ontslag op staande voet en was een pedagogisch tikje met de liniaal nog niet uit den boze. Het Paedologisch Instituut was in eerste instantie opgericht in samenwerking met de Vereeniging voor de Verpleging en Verzorging van Zwakzinnige Kinderen en Idioten. Maar Waterink wilde zich vooral

richten op kinderen met een normale intelligentie mét probleemgedrag. Daarmee werd het instituut de voorloper van moderne medisch-opvoedkundige instellingen. Naast het bieden van hulp was het doel het ontwikkelen van wetenschappelijke kennis en methoden voor het verbeteren van gebruikte therapieën. In 1989 verhuisde de instelling naar nieuwbouw in Duivendrecht. In 2004 fuseerde het met de Argonaut, een vergelijkbaar instituut gelieerd aan de UvA, tot academisch centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie de Bascule. Nu staat het meer op afstand van de VU, maar er werken nog steeds bekende VU-hoogleraren, zoals kinderpsychiater Theo Doreleijers. Het boek is wetenschappelijk gezien interessant, maar voor de gewone lezer een behoorlijke kluif Gelukkig zijn er ook plaatjes. Marjoke Rietveld-Van Wingerden (red.), Een buitengewone plek voor bijzondere l<inderen. Driel<wart eeuw ifinderstudies in tiet Paedoiogiscli instituut te Amsterdam (1931-2006), uitgeverij Meinema, 247 biz. € 24,50.

met goede randvoorwaarden. Die voorwaarden zijn nu nog ver te zoeken: bijna nergens kun je op meer dan één moment in het studiejaar instromen in het mastertraject, herkansingen worden erg weinig gegeven en vakken die meer dan eenmaal per jaar onderwezen worden, zijn erg schaars. Maatregelen die de studie kunnen bevorderen, komen weinig voor. Juist zoiets essentieels als studiebegeleiding ontbreekt volledig in de WHOO. Ook de inspraak van studenten op hun eigen universiteit wordt nauwelijks nog beschreven. De rechten van de inspraakorganen zijn niet meer gegarandeerd en worden overgelaten aan instellingen zelf. Op veel plaatsen zullen ze dus eenvoudig worden wegbezuinigd. Jezelf ontwikkelen zul je buiten je studietijd maar moeten doen. Een jammerlijke keuze: het treft de studieverenigingen, maatschappelijke en politieke organisaties en voornamelijk de student zelf: in vier jaar afgestudeerd, sta je ineens op de arbeidsmarkt. En dan? Je hebt je papiertje en je kennis, maar je cv kan geen relevante werkervaring laten zien. De verwachting dat de politici uit eigen ervaring zouden spreken, is geheel onwaar. Degenen die zelf het langst hebben gestudeerd (tot elf jaar: Maxime Verhagen; 7,5 jaar: Mark Rutte) hebben de aanzet gegeven tot dit voorstel. Rian Hagebeuk, voorzitter studentenraad

universitaire

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 155

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's