GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 225

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 225

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

AD VALVAS 14 DECEMBER 2006

PAGINA 15

DE GEBOORTE VAN NIEUWE WOORDEN

Non-Stop übertaal Het Nederlands bruist. De omgangstaal groeit dagelijks gemiddeld met zo'n tien nieuwe woorden, uitdrukkingen en betekenissen. Hoe dynamisch is de taal van studenten? TEKST: WIN CASTERMANS ILLUSTRATIE: BEREND VONK

>Wasabi? Te Luip! 'Hoe gaat het? Te gek', luidt de vrije vertaling van bovenstaande kop. Hoe jonger studenten zijn, hoe inventiever hun taalgebruik. Een rondgang op de VU. Floor Auer (19) en Sara de Haan (19), beiden eerstejaars bedrijfswetenschappen: Zullen we chili? Zullen we eens relaxen/afspreken? 't Is chili Het is fijn, rustig I.d.d. Inderdaad I.e.g. In elk geval; uitgesproken sms-taal Ik check je later Ik spreek/zie je later "Dat zeggen de urbans." Laters! Ik spreek/zie je later "Dat zeggen de kakkers." Flex! Goed! Alles is flex Alles klopt Echt lauw "Meestal een positief bedoelde reactie." Wijs "Dat hoor je alleen nog maar in Utrecht." Linda Ronkes (23), vierdejaars beleid, communicatie organisatie registreert: Laters Tot later "Typische corpstaai." Weet je wel "Steeds meer stopwoorden, bij eerstejaars hoor je soms ook straattaal." Energieke targetkiller die je bent "Steeds meer holle frasen." Hi there! Hallo! "Steeds meer alles naar het Engels draaien." Smoothdelicious "Als e-mailadres gebruiken of om te zeggen dat je iets lekker vindt." Irene Küppers (25), zesdejaars wijsbegeerte: Na heel lang nadenken: "Geen idee, werkelijk niet." Rozemarijn de Vries (22), vüfdejaars psychologie: Dat is relaxed Iets leuk vinden übercool ontzettend gaaf Kariien Meeriiolz (21), derdejaars cultuur, organisatie management: Ola Hallo in het Spaans Ciao Tot ziens in het Italiaans Greetz De groeten - uitgesproken sms-taal "Maar volgens mij weten de mannen hier veel spannendere woorden." Drie jongens van achttien die niet met naam genoemd willen worden, noemen lachend en snel het volgende rijtje op: Baksen, ploppen, krikken, masten en bonen Neuken Neukable Gevsdllig Iemand zwanger prikken "Dat kan ook nog." Klefbekken, amandelhockey Tongzoenen Danny Bainathsah (18) en Wieshant Manna (19), beiden eerstejaars bedrijfswetenschappen: Het gaat dik; hij doet; hij is hard; hij is smooth Het is tof Faja Erg. Iets heel erg vinden Rustig Stopwoord Maaike Taekema (18), studeert voor onderwijsassistent in het OZWgebouw Doekoe Geld Faja Lullig Mohamed Zoundri (19), student in het OZW-gebouw, SCW-jongerenwerk: Wasabi? Hoe gaat het? "Zelf verzonnen, goed hè? Ik gebruik het heel vaak." Te luip! Te gek, heel leuk, doorgedraaid Hij is moeilijk/lastig Hij is een toffe peer Dat nummer is moeilijk Dat nummer is goed Dat is kapot moeilijk Dat is heel goed "Kapot als vergrotende trap bij moeilijk." Braddah Broer, broeder "Om alvast in de kerstsfeer te komen."

Taalkundige Hennie van der Vliet (46) van de faculteit Letteren kijkt als vakman naar de opgetekende studententaal. "Ik zie vooral jongerentaal. En dat is een oud fenomeen. Niemand verbaast zich nog over de vele Engelse woorden in onze taal. Maar de laatste tijd komen er wel steeds meer ontleningen uit andere talen, zoals talen uit Marokko, het Turks en het Sranantongo uit Suriname. Er is sprake van een soort van straattaal die voor oudere mensen hoe langer hoe slechter te begrijpen

'Alles wat ik dus weet van jongerentaal, is alweer hopeloos ouderwets' valt. En dat is precies waar het om gaat. Het moet onherkenbaar zijn. Zodra je ouders het begrijpen, is het uit. Dan moetje wat anders verzinnen. Alles wat ik dus weet van jongerentaal, is alweer hopeloos ouderwets." Met die geheimtaal moeten jongeren elkaar een beetje kunnen begrijpen, maar het moet ook komisch blijven, leuk; een beetje gangster moet het ook zijn, volgens Van der Vliet. "Misschien is dat door de populariteit van de gangsterrap. De meest stoere, in aanzien staande groepen leveren de grootste bijdrage aan die taal. Nu is de invloed op Jongerentaal het grootst vanuit de Marokkaans-Arabische en Surinaamse hoek."

Faja "Alles zit erin", constateert Van der Vliet. "Verbastering, afkortingen, vreemde talen. En het zijn vooral woordjes. De syntaxis, de zinsbouw, verandert niet. Op het eerste voorbeeld na dan: Zullen we chili? Dat is eigenaardig." Hij vraagt zich dan ook af hoe particulier deze taal is. Jongerentaal blijkt wel degelijk per regio te verschillen. "Er is een zekere kern van woorden die landelijk hetzelfde is. Maar in Heerhugowaard gebruiken scholieren echt andere woorden dan in Dokkum." Bij het woord 'faja' is er sprake van polysemie. "Een woord heeft allerlei betekenisvariaties. Dat komt vaker voor in de woordenschat. De betekenis van faja kan gradueel verschillen: van lullig en vervelend tot heel rot. En een rot ding kan kortweg een faja worden. Zo kan het woord school verwijzen naar een groep kinderen, een klas of gebouw of instituut." Opvallend is dat het woord 'moeilijk' een positieve betekenis krijgt. "Dat komt uit de Amerikaanse straattaal. Ken je dat nummer van Michael Jackson: Who's bad? Dat betekent daar: wie is de toffe peer?"

Onterechte angst Jongerentaal verandert niet sneller dan vijfjaar geleden. "Het is alleen meer in het nieuws omdat de straattaal zo in opkomst is. Het heeft iets bedreigends omdat Je het als ouder helemaal

niet meer kunt volgen. De angst is altijd dat het Nederlands verdwijnt. Maar daar hoefje met bang voor te zijn. Die Jongeren worden ouder en gaan gewoon Nederlands spreken. Het sijpelt wel wat door, maar dat is een heel gezonde situatie." Die aparte taal vind Je niet alleen bij Jongeren. "Het komt altijd voor in hechte sociale groepen. Groepjes mensen die iets delen: een hobby, sociale klasse. Dus ook bij de riskclub en de Rotary Club. Weliswaar is die taal minder specifiek dan bij Jongeren." Een Volendamse student schreef onlangs een scriptie bij Van der Vliet over de rol van het Volendams bij chatten en sms'en. Zij constateerde dat Volendamse scholieren veel Volendams met elkaar op school spreken. Maar als zij ouder worden en een baan krijgen, spreken ze veel minder Volendams. "Dus dan gaat het er een beetje af. Ik denk dat het met jongerentaal ook zo is. Naarmate Je clubje van mensen met wie Je omgaat groter en diverser wordt, slijt het specifieke jongerentaaltje. En word Je ook een beetje te oud voor die subcultuur. Jongerentaal bereikt zijn hoogtepunt zo tussen het veertiende en achttiende Jaar", schat Van der Vliet.

Blijverdjes Haalt luip het woordenboek? "Woordenboeken moeten nieuwe woorden bevatten. Niet de gloednieuwe die weer verdwijnen, maar de nieuwe oogst die ook een beetje stabiel in de woordenschat ligt. Dus Je moet eerst kijken of luip in diverse teksten over een jaar of drie met enige regelmaat voorkomt. Dan maakt luip een kans." Dat is het werk van lexicografen. Zij maken lexicale bestanden: woordenboeken. Lexicologen werken op metaniveau, zij doen onderzoek naar typische verschijnselen binnen het lexicon als woordbetekenis en woordverandenng. "Tot vorig Jaar hadden we hier nog een afdeling lexicologie, waar ik aan verbonden was. Toen kon ik me nog lexicoloog noemen, maar die afdeling is weggesaneerd met de laatste reorganisatie. Ik ben nu gewoon taalkundige", aldus Van der Vliet.

Tijdstempel Taal is een afspiegeling van de tijd, besluit Van der Vliet: "Daar heb je prachtvoorbeelden van: van teach-in O'aren zestig), inspraak Garen zeventig), burgerlijke ongehoorzaamheid üaren tachtig) tot de calculerende burger (jaren negentig). Of de weggooiverpakking (jaren vijftig) tot het navulpak (jaren negentig)." Ton den Boon, hoofdredacteur van het Groot woordenboek van de Nederlandse taal, bevestigt dat in de inleiding van het zojuist verschenen Van Dale Jaarboek Taal 2007. 'Allerlei maatschappelijke verschijnselen zoals de bloei van de vrijetijdseconomie, de veranderingen in het zorgstelsel, de vernieuwingen in de (mobiele) telecommunicatie, de flexibilisering van het werk en ook de multireligieuze samenleving drukken meer en meer een stempel op onze taal.' Daardoor blijft het Nederlands nonstop groeien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 225

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's