Levend onderzoek aan de Vrije Universiteit - pagina 153
JAAP WILLEM S
Het spreekt vanzelf dat niet elke groep in dezelfde mate kan leunen op externe financiering. Onderzoekers die meer toepassingsgericht werken, zullen uiteraard gemakkelijker toegang hebben tot contractresearch dan biologen met vooral belangstelling voor fundamenteel onderzoek, maar ook het zuiver wetenschappelijk/fundamenteel onderzoek wordt af en toe gevraagd door bedrijven of overheden. Twee succesrijke groepen zijn de afdelingen Oecologie en Genetica. Ecoloog Nico van Straalen: 'In veel gevallen zijn externe partijen (ministeries, instituten, bedrijven) geïnteresseerd in het onderzoek dat aan de universiteit wordt uitgevoerd. Er zijn veel dilemma's in de maatschappij, bijvoorbeeld gerelateerd aan milieuproblemen, gezondheidsproblemen, en technologische vraagstukken, waarbij het facultaire onderzoek beslissingen kan ondersteunen door het leveren van fundamentele kennis. Er zit voor beide partijen een voordeel in contractresearch: de faculteit vergroot zijn onderzoekspotentieel en de opdrachtgever krijgt nieuwe informatie waarmee zij n probleem kan worden opgelost. Voor de faculteit Biologie is het contractonderzoek tevens een manier om haar maatschappelijke verantwoordelijkheid waar te maken.' Geneticus (os Mol zegt over het maatschappelijk nut van contractresearch: 'De beide afdelingen Plantengenetica hebben in de afgelopen jaren een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van ziekteresistente gewassen, aan oliehoudende planten met een gewijzigde vetzuursamenstelling en aan siergewassen met een veranderde bloemkleur. Dit type onderzoek zal op wat langere termijn kunnen bijdragen aan het verbeteren van de wereld-voedselproblematiek, de ontwikkeling van meer milieuvriendelijke bioplastics en brandstoffen en aan het verhogen van de sierwaarde van bloemen en potplanten.' Ontwikkelingssamenwerking Binnen de faculteit Biologie bestaat sinds april 1988 het Centrum Ontwikkelingssamenwerking Biologie ( C O B ) . In de Beleidsnotitie 'Faculteit Biologie en Ontwikkelingssamenwerking' (juni 1994) zijn de mogelijkheden voor inzet vanuit de faculteit geïnventariseerd t.b. v. ontwikkelingssamenwerking. Hieruit bleek dat er grote verschillen zijn in de aard en intensiteit van de contacten die de verschillende afdelingen onderhouden met instellingen in ontwikkelingslanden. Bijna alle contacten met ontwikkelingslanden concentreren zich op
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000
Historische Reeks | 168 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000
Historische Reeks | 168 Pagina's