GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 391

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 391

[Deel 1]

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

A F S C H E I D VAN

PENNING

toe-culturen?' Handhaving van het stamverband is bijvoorbeeld onverenigbaar met een werkelijke ontsluiting van de primitieve cultuur. Ontwikkelde en wetenschappelijk gevormde Bantoes zijn geestelijk aan deze primitieve sociale levensvormen ontgroeid. Staatsvorming is de natuurlijke vijand van de primitieve, ongedifferentieerde, sociale verbanden en kan eerst tot ontwikkeling komen, nadat deze zijn uiteengeslagen. Kortom, men moet 'nimmer op een kunstmatige in390

standhouding [ten behoeve] van ten ondergang gedoemde primitieve sociale levensvormen zoeken, om de levensvatbare elementen in de naturellencultuur voor vernietiging te behoeden'. J. H. Bavinck bracht midden 1952 een bezoek van zo'n maand lang aan Zuid-Afrika, om vervolgens het jaar er na een klein half jaar (maart tot augustus 1953) als gastdocent in Potchefstroom te verblijven. Bavinck was sinds 1939 hoogleraar in de missiologie aan de v u . Hij kende, als voormalig zendeling in Nederlands-Indiƫ, de situatie van de duale, koloniale samenleving. 329 Beide keren informeerde Bavinck het thuisfront met lange reeksen artikelen in het Gereformeerd Weekblad over zijn ervaringen en indrukken in Zuid-Afrika. 330 Bavinck voelde zich, naar eigen bekentenis, vanaf de eerste dag thuis temidden van zijn broeders daar.33' Hij begreep hen en hield van hen. Hij kende de afstand tussen mensen uit verschillende culturen, en begreep het probleem van de rassenverhoudingen in Zuid-Afrika. Het betekende niet, dat hij zich identificeerde met de Afrikaners. Hij constateerde met enige weemoed ook de verschillen. De Afrikaners zijn door hun geschiedenis, het ontbreken van de antithese in de samenleving en de dominantie van de tegenstelling tussen Brit en Boer, weinig gewapend tegen het oprukken van het materialisme en de secularisatie. 332 Bavinck had ook alle begrip voor de zwaarie van de problematiek van de verhouding tussen blank en zwart. 'Hoe moet men zich tegenover die Bantoebevolking gedragen en hoe moet men dat zo doen, dat men enerzijds hun het volle pond geeft, waarop ze recht hebben, terwijl men toch anderzijds eigen positie, ook de eigen, "Christelijke" beschaving niet ondergraaft en niet de sluizen openzet, die de overstroming van Zuid-Afrika met barbarisme en ontwrichting moeten tegenhouden?'. 333 Hij wist geen oplossing en erkende de levensgrote problematiek ervan, maar weigerde het rassenprobleem te beperken tot sociaal-economisch/politieke problematieken. Wij blanken en zwarten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 391

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's