GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 50

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 50

Eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

eredoctoraten

rige jaren zestig, toen de arp als onderdeel van het ‘vermolmde’ bestel verguizing ten deel viel, werd Schouten als een ouderwets man beschouwd die de tekenen des tijds niet had verstaan. Anno 1950 was van die verguizing nog geen sprake. Integendeel, zo fier als Schouten overeind stond, zo fier fungeerden ook nog de partijen. De Antirevolutionaire Partij zocht, onder zijn aanvoering, in het isolement haar kracht. Zonder veel succes, maar dat deed weinig afbreuk aan zijn reputatie. Schouten was voor het antirevolutionaire volksdeel de onbetwiste leider, ook al miste hij het charisma van zijn voorganger Colijn. Dat zijn promotor op 20 oktober 1950 de jonge jurist André Donner was, mag pikant worden genoemd. Donner en Schouten hadden veel met elkaar te maken gehad tijdens de oorlog. De jonge student rechten was betrokken bij de ondergrondse verzetskrant Trouw. In 1945, Colijn was niet meer in het land der levenden, had Schouten de leiding van de inmiddels weer bovengronds opererende arp op zich genomen. Schouten drukte de ook in antirevolutionaire kring populaire gedachte aan doorbraak middels krachtige, urenlange betogen de kop in. ‘Men kreeg’, aldus Donner, ‘een herscholingscursus in anti-revolutionaire staatkunde, met als uitgangspunt dat orde alleen maar wordt hersteld door de grondslagen van voorheen weer op te zoeken en daarop voort te bouwen.’ Donner moet grote waardering hebben opgevat voor de principiële betogen van zijn politiek leider. In zijn toespraak bij de toekenning van het eredoctoraat riep hij de standvastige opstelling van Schouten na de bevrijding in herinnering. ‘Toen na de bevrijding anderen min of meer waren bevangen door de tijdgeest van een onder de bezetting opgebloeide romantiek, die ook op staatkundig terrein dreef tot een “schwärmen” met alles, wat nieuw heette en wat anders dan anders leek, heeft de heer Schouten van de aanvang af zich beijverd ons volk terug te roepen tot de realiteiten van het Nederlandse volksleven en tot de beginselen van een gezond en evenwichtig staatsbestel.’ Ook na de oorlog zou Schouten zich, aldus Donner, als oppositieleider hebben laten leiden door de overtuiging dat het volk zonder Gods Woord ten prooi zou vallen aan ‘de vernieuwingsdrang en experimenteerlust van zijn leiders’. De promotierede van Donner toont nog eens hoezeer dit doctoraat in het teken stond van de verering van de grote voorman van de eigen zuil. Maar Schouten was ook van heel Nederland, zo maakte minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

49

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007

Historische Reeks | 191 Pagina's

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 50

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007

Historische Reeks | 191 Pagina's